Broken.

58 4 4
                                    

"Assia.. please zeg wat. We zijn zo ongerust."

"Assia.. alsjeblieft. Ik ben het Zaki. Voor mij doe je wel open toch?."

"....."

"Ik blijf hier en ga niet weg totdat je open doet."

"Neem tenminste je telefoon op. Ik smeek het je Assia..! Ik ga de politie bellen want dit kan niet!!".

Ik tilde mijn hoofd lichtjes op. Mijn kussensloop was doorweekt. Je kon hem zo uitwringen. Ik hoorde in de verte stemmen, maar zodra ik wist van wie die waren liet ik mijn hoofd weer rusten. Ik begon opnieuw. Op de hoop dat dit één grote nachtmerrie zou zijn en ik badend in tranen wakker zou worden. Op de hoop dat Soufian die stem juist was aan de andere kant van de deur. Ik had zoveel hoop. Dag 14. Veertien dagen dat ik het zonder jou moet doen. Mijn liefde. Mijn liefde die het niet gehaald heeft. Mijn liefde die er niet meer is. Ik sloot mijn ogen en probeerde me voor te stellen hoe het was als hij hier naast me lag. Precies zoals het had moeten zijn. Zoals het hoorde te gaan. Hij en ik. Was ik het maar. Was ik maar diegene die geschept werd door die klote vrachtwagen. Was ik maar diegene die het leven liet. Ik. De tranen druppelde één voor één naar beneden weer. Ik hoorde mezelf snikken. Het was net alsof je mijn ziel eruit trok en ik naar mijn levenloze lichaam keek. Een hoopje ellende, verdriet, rouw, grijs, een zwarte vlek. Gedoemd om nooit gelukkig te zijn of te worden.

Soufian heeft het niet gehaald. Diezelfde dag was ik in mijn bruidsjurk en al naar het ziekenhuis gereden. Huilend kwam ik aan op de IC afdeling maar het was al te laat. Ik kreeg een déjà vu en eigenlijk nog steeds. Weer iemand kwijt geraakt aan een ongeluk. Hij was snel het boeketje gaan ophalen. Bij terugkomst stak hij over terwijl hij mijn zijn laatste smsje stuurde en zag de vrachtwagen niet. Bloemen overal.. ik werd misselijk en stond gauw op. Snel liep ik naar de wc en gaf over. Ik hoorde een knal en voetstappen. Mijn naam werd geroepen. Ik herkende de stemmen van Zaki, mama en mijn tantes. Toen Zaki me zag liggen kwam hij op me af en begon te huilen. Zachtjes. Zijn handen voelde ik door mijn haren en hij fluisterde dat alles wel goed zou komen. Daar was ik nog niet zo zeker van. Alles begint weer opnieuw. Alleen ik ben geen tien jaar meer. Ik ben een volwassen vrouw van twintig jaar. Een vrouw die zo vreselijk haar best deed om alles op een rijtje te krijgen. Een vrouw die op het punt stond te trouwen met de liefste man van de hele wereld. Mijn held. Wat voor vooruitzichten had ik nu nog. Toekomst? Leven? Ik had niks meer meer. Zonder had ik niks meer en zonder hem wilde ik niet verder. Alle plannen waren foetsie verdwenen. Als sneeuw voor de zon gesmolten. Mijn hart is doodgegaan met hem. Mijn liefde.

En hoe lief en zorgzaam iedereen ook was, het verdriet kon je niet wegnemen. Ik droeg zijn ring en las zijn berichtjes keer op keer. Niets zou mijn verdriet doen wegnemen noch verzachten. Het enige wat ik wilde was hem. Soufian. En door mijn verdriet verwaarloosde ik alles. Mijn opleiding, mijn familie, mezelf en zelfs mijn geloof. Alles was zo oneerlijk. Hoe kon iemand zo in de bloei van zijn leven weggerukt worden van mij? Van zijn familie? Van deze wereld? Keer op keer scrolde ik door onze foto's. Duizenden had ik er. En elke dag bekeek ik ze allemaal. Al die duizenden foto's. Keer op keer. Het leek een obsessie, het was mijn leven. Mijn alles en mijn houvast. Alleen zo kon ik verder ademen, al wenste ik dat ik dat niet meer hoefde. Ik wilde het liefst in mijn verdriet verzuipen. Dat mijn tranen en mijn gebroken hart maar mijn dood waren. Ik verloor al een stuk toen papa overleed, en nu mijn liefde ook weg gerukt werd uit mijn leven kon deze hart maar beter stoppen met kloppen.

"Assia?". Ik keek in de waterige ogen van Zaki. "Zullen we samen buiten eten?". Vroeg hij. Ik schudde mijn hoofd. Hier zat ik dan. In onze slaapkamer. Het bed dat we samen hadden uitgekozen. De meubels. Zijn spullen stonden netjes gesorteerd in een hoekje. Mona en de rest van zijn familie wilde wat spullen terug en sommige mocht ik houden. Ik snap het, ook zij waren een dierbare kwijt. Een zoon, broer, neef. Ik kreeg in het begin steun maar na verloop van tijd rouwde zij allen alleen verder. Zonder mij. En weet je, dat was ok. Misschien herinnerde ik ze aan hem. Want iedereen zei hoe Soufian veranderd was sinds hij mij leerde kennen. En dat was ook zo. Hij was zo veranderd. "Misschien een andere dag zaki, ik ben moe". Zei ik. "Nee, dat ben je niet. Je bent verdrietig en dat snap ik. Ik begrijp je helemaal. Maar zo kan je niet verder gaan. Kom tenminste met mij mee. Iedereen is ten einde raad. Ik laat het niet gebeuren dat je hetzelfde meemaakt als mama. Dat je jezelf wat aandoet". Zei hij met vochtige ogen. De mijne werden automatisch ook vochtig. Daar heb ik al een aantal keer aan gedacht. Zouden Soufian en ik dan samen zijn? Ik zuchte. "Het is nu twee maanden geleden Assia. Ik zeg niet dat je niet meer hoeft te rouwen maar ik ken Soufian net zo goed als jij hem kende en hij zou dit nooit gewild hebben." Zei Zaki. "Ik kan het niet Zaki. Ik kan het gewoon niet". Snikte ik. Zaki omhelsde me. Hij trooste me. "Kom, laten we in ieder geval iets gaan doen. Al is het een rondje lopen. Please zus." Smeekte hij. Ik keek hem aan en hij veegde mijn tranen weg. Langzaamaan hielp hij me overeind en trok ik mijn sneakers aan. Het was begin oktober en het werd nogal fris. Twee maanden leefde ik als een kluizenaar. Dit huis verlaten leek net verraad jegens Soufian toe. Maar zaki hieldt mijn hand stevig vast. Alleen hij wist hoe diep onze liefde was...

De eerste stappen leken moeilijk. Ik leek net een baby die zijn eerste stapjes zette. Het zonlicht brandde in mijn gezicht en Zaki hieldt mij dicht tegen zich aan. "Zal ik je een nieuwtje vertellen?". Begon hij. Ik knikte langzaam. "Ik.. hoorde dat de.. nou ja je weet wel die klootzak van onze stiefvader gescheiden was. Alleen zij heeft hem dit keer gedumpt." Zei Zaki. Ik forceerde een glimlach. "Boontje komt om zijn loontje he". Zei Zaki. Ik knikte langzaam. "Wil je wat drinken?". Vroeg hij. Ik schudde mijn hoofd. "Ik heb het gevoel alsof ik dood ben van binnen Zaki. Wat er ook tegen mij gezegd wordt, ik hoor het niet. Hoe graag ik het ook wil. Het lijkt net alsof de wereld stil staat voor mij". Zei ik. Zaki stopte met lopen en keek me aan. "Ik weet het. Ik zie het aan je. Maar.. mag ik zeggen dat jij de sterkste vrouw ben die ik maar ken? Ik hou zoveel van jou Assia en..". Zijn ogen werden vochtig en hij liet een traan los. "Ik ben papa kwijt, onze moeder zijn we half kwijt,.. soufian was mijn beste vriend en zwager en die ben ik ook kwijt en nu heb ik het gevoel dat ik jou ook kwijt raak..". Zei hij.

Ik heb het nooit op die manier bekeken. Zaki was erg geëmotioneerd en ik trok hem naar me toe. Na zoveel ellende had ik een lichtpuntje en dat was Soufian. En nu zit ik weer in hetzelfde schuitje van ellende. En ik weet dat mijn verhaal met Soufian net wat anders ligt als de relatie tussen hem en Zaki, maar ook zaki klaarde op. Hij zag hem als een voorbeeldfiguur en grote broer. We hielden allebei van hem. De wond was nog zo vers en ik wist wat Zaki probeerde te zeggen. Ik zou mezelf kwijt raken, precies zoals mama zichzelf kwijt raakte toen. Zij deed dat ons aan, dat kon ik Zaki toch niet aandoen, maar in het bijzonder kon ik dat Soufian niet aandoen. Hij was mijn motivator, mijn stok achter de rug, mijn steuntje in de rug, hoe je het noemen wil. Hoe vreselijk zou dat zijn als ik al die energie die hij daaraan verspilde verloren liet gaan? Ik glimlachte en Zaki keek me aan. "Je hebt gelijk." Zei ik. Zaki glimlachte lichtjes.

Ik maakte een belofte aan mijzelf. Een belofte dat ik nooit en te nimmer een man zal toelaten in mijn leven. Mijn hart was al vergeven en die is gestorven met mijn grote liefde. Het zal voor altijd van hem zijn. Dat was mijn belofte naar hem toe en die zal ik nooit breken.

Zonder Jou.Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu