Zoveel vragen..

65 4 4
                                    

Ik gaf gas en reed met een volle snelheid weg. Mijn handen trilden nog steeds en het leek alleen maar erger en erger te worden. Ik snapte de link totaal niet tussen Karim en het ongeluk van mijn vader. Welke rol had hij hierin? Ik had zoveel vragen en mijn hoofd tolde. Een auto claxoneerde hard achter mij en ik zag dat de stoplicht op groen stond. Zo was ik trots dat ik een zaak gewonnen had, en zo knalde mijn hersenen zowaar open om wat er net gebeurde. Ik had het gevoel alsof ik op lucht reed. Alsof je letterlijk het leven uit me gezogen had. Ik keek in de binnenspiegel en zag dat ik superrood was. Mijn wangen gloeide en ik voelde ineens warm aan. Sterker nog, ik werd misselijk en moest bijna overgeven. Ik racete naar huis en met moeite deed ik de voordeur open. Toen ik pas thuis was kon ik pas adem halen. Ik gooide mijn sleutels op tafel en keek naar mijn mobiel. Moest ik mijn moeder bellen? Had zij de antwoorden op mijn vragen? Kende zij Karim? Onmogelijk! Hoe oud was Karim toen? Mijn hemel, ik werd gek van alle vragen!

Ik ging douchen en bidden en dook meteen met al die duizend vragen mijn bed in. Morgen was het vrijdag. Laatste dag voor het weekend. Ik hoopte met heel mijn hart dat ik Karim niet hoefde te zien. Ik wilde hem niet zien. Maar was dat maar zo'n feest. De volgende dag kwam Karim fluitend het gebouw binnen alsof er niks is gebeurt. Hij bleef even staan en wierp een blik mijn richting op en draaide zich weer vervolgens om om naar zijn eigen kantoor te lopen.

Het allerergste is dat hij mij juist getriggerd heeft hiermee. Ik wilde weten wat hij wist. Wist Marcel hier misschien iets van? Pff, ik maakte mezelf gek. Mijn concentratie was weg en ik keek maar voor me uit. Ya rabi, had ik eindelijk een leuke baan waar ik mijn energie in kon storten, wordt ik nu gekweld door de vragen waar Karim voor zorgde. Marcel kwam binnen en had een flinke map in zijn handen. "Zaken.. zaken". Zei hij met een glimlach. Ik glimlachte geforceerd terug en keek weer naar mijn laptop. "Ben je druk?". Zei Marcel. Ik keek hem aan en schudde mijn hoofd. Waarmee zou ik druk moeten zijn bedacht ik me. "Dan doe je iets niet goed". Zei Marcel terwijl hij de mappen op zijn tafel neerlegde. Bam, die zit.

"Ik heb een nieuwe zaak maar daarvoor hebben we de hulp van onze collega Karim nodig. Hij is gespecialiseerd in narcotica en alle toeters en bellen daaromheen." Marcel pakte zijn mobiel en belde een nummer. "Karim.. met mij. Kom je?". Zei hij. Ik keek naar Marcel terwijl hij ophing. "Hij zit.. daar. Ik had 'm ook kunnen.. roepen?". Zei ik voorzichtig. "Geen tijd voor, voor jou heb ik een andere klus. Kun jij deze voor mij uitwerken?". Hij liep naar me toe met een mapje. "Dit is nog van onze vorige zaak en het OM zeurt om een verslag hierover. Voordat je het opstuurt, even naar mij opsturen ter controle." Zei hij. Ik knikte en nam het mapje aan.

Op dat moment kwam Karim binnen en liep rechtstreeks naar Marcel toe. Ze praatte honderduit over de zaak die Marcel had en ik betrapte mezelf af en toe dat ik naar beide keek. Ik vroeg mezelf af waar die twee elkaar hebben leren kennen. Het waren vragen die er niet toe deden, geloof me ik had wel andere vragen aan mijn hoofd. Alweer. Ik typte alles over en Karim liep na een half uurtje het kantoor uit. Marcel was druk aan het bellen en ik zag op mijn mobiel dat Zaki me al een paar keer heeft gebeld. Ik ken Zaki goed, dit is mis. Ik stond meteen op en stopte mijn mobiel in mijn achterzak. Naar Marcel gebaarde ik dat ik koffie ging halen en hij knikte terwijl hij druk in gesprek was.

Met snelle passen liep ik het kantoor uit en vervolgens liep ik gauw naar de wc. Gauw belde ik Zaki op en gelukkig nam hij meteen op. "Assia, shit.. nu pas". Zei hij. "Zaki, wat is er?? Sorry ik was werken en had mijn telefoon op stil". Zei ik. "Mama. Mama ligt in het ziekenhuis". Zei hij. Ik schrok en liet bijna mijn telefoon vallen.

Voor even was ik van de wereld. Hoe komt het dat het slechte nieuws altijd mij moest bereiken? Mijn handen beefde weer en ik keek in de spiegel. Ergens ver hoorde ik een stem. Zaki. Ik hieldt mijn mobiel aan mijn oor en luisterde alleen. "Luister, het was weer raak. Alleen dit keer heeft hij ma van de trap geduwd! Ma weigert aangifte te doen. Misschien kan jij op haar inpraten want mij lukt het niet". Zei Zaki. Ik voelde de tranen al prikken. Wat moest er gebeuren zodat mijn moeder die hufter eens en voor altijd aan de kant zou zetten? Ik hing op en veegde mijn tranen weg. Het was half 12, ik moest tot 17:00 uur werken. Hoe moest ik hieruit komen? Wat voor indruk zou ik geven aan Marcel? Ik moest weg,.. ik moest naar mijn moeder.

Zonder Jou.Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu