52) The Elven King

177 18 5
                                    

Lena was een beetje, zo niet heel boos dat ze als excuus in een bad werd gezet.
Ze had niet het gevoel dat er het nodig had en nog minder dat ze vuil was. Het was gewoon een excuus om ervoor te zorgen dat er zo weinig mogelijk van de heisa zou merken.

Het warme water doet deugd (want wanneer ook niet) maar ze verveelde zich ronduit. Het baden had geen doel. Buiten de indoctrinatie vorderen. Haar haar was langer dan ze het ooit had geweten en zag er qua structuur net uit als dat van de andere Elfen.

De kamer waar ze inzat heeft geen ramen en de deur is gesloten. In de verte hoort Lena de taal van de Berg Elfen. Een taal die ze (nog) niet verstaat.

Ze leunt achteruit. Saaaaaai!
Ze voelt zich terug als haar zesjarige zelf. Het gevoel dat je juist iets super leuks aan het spelen bent in de tuin en dat je ermee moet stoppen omdat je ne nu bad in moet. Exact DAT gevoel.

Ze had er genoeg van. Of het de bedoeling is of niet, resoluut stond ze op en stapte ze het bad uit.
De handdoeken lagen dichtbij en ze nam een heel grote. Die van de Bos Elfen waren zachter. (Dat ze daar nu aan denkt!)

Ze deed niet veel moeite om haar deftig aan te kleden. De onderjurk knoopte ze niet helemaal dicht. En de jurk die eigenlijk van Aírell was geweest deed ze daarover aan.

Als de tekst schrijft dat ze de problemen zelf oplost dan moet ze er maar snel eens aan beginnen.
Ze neemt de zilveren kroon, zet die statig op haar hoofd en ziet dat het goed is. Haar lange haar trekt ze vanonder de kraag uit zodat het mooi kan drogen. Daarna neemt ze haar licht bol.

Nu moet ze even nadenken hoe ze het gaat aanpakken. Haar ontsnappingsplan was een redelijke 'ingeving van het moment' geweest die gelukkig voor haar goed uitgedraaid is. Nu moet ze het anders doen. Als het inderdaad oorlog wordt kan je moeilijk tussen de twee partijen in gaan staan en schreeuwen dat ze ermee moeten ophouden.

Lena at de gekregen fruitschaal leeg en ging zitten op een eenvoudige stoel. Als het over de vaardigheden van handwerk gaat staan de Bos Elfen ver voor op hun soortgenoten.

Lena opent de deur en kijkt naar buiten. Ze wordt niet bewaakt of zo maar toch doet ze het liever voorzichtig op een plaats die je niet kent.

Niemand op de gang. Beneden klonk geluid van metaal. Lena liep rondkijkend naar buiten. Ze kent haar weg hier absoluut niet.  Af en toe lopen er Elfen langs maar die zeggen niets over het feit dat ze zomaar rondloopt op de gangen.

Net als bij de Bos Elfen worden de vroegere koningen met veel trots ten toon gesteld in de vorm van standbeelden die uitgehakt worden in de muur. De galerij der koningen of zo. Maar ook hier is een goed deel van de beelden vrouwelijk.

Het geluid van metaal mindert. Zijn ze weg aan het gaan? Hoe lang heeft ze dan in dat bad gezeten?

Lena loopt een trap naar beneden (daar kwam immers het lawaai vandaan) terwijl ze iemand zoekt die haar wat uitleg kan geven. Of die wil of niet, zei is het wonder van het moment. Serieus, dat kunnen ze haar toch niet weigeren?

Lena komt een deur tegen. Ze test of hij open is. Ze had het niet verwacht maar hij opende. In films zie je altijd hoe ze er vier moeten proberen en dan vast zitten.
Ze stond buiten.

Dit was dus een van de waarschijnlijk vele doorgangen naar buiten. De zon scheen aangenaam en enkele witte wolken lieten zich meedrijven op een blauwe zee van lucht.

"Waar nu naar toe?" zegt ze luidop.
Een paar Elfen lopen wat door de tuinen. Zichtbaar met een doel maar Lena heeft er het raden naar.

"Hei!" roept ze naar iemand. Beetje flauw maar wat doe je anders?
Statig loopt Lena op een Elf af. Er kent er niemand van maar dat moet ook niet.

Oud Elfs dan maar, daar gaat ze.
"Niet liegen, ik weet wat er overal aan de hand is. De voorspelling en zo en dat de Bos Elfen naar jullie Bergen komen.
Waar is jouw volk nu naar toe? Ik zie heus wel dat jullie met een doel hier gebleven zijn."

De Elf gebaarde overduidelijk dat ze Lena niet verstond en wees naar iemand anders.

"He jij! Je moet me iets vertellen!"
Verbaasd stopte de Elf en keek Lena aan. Haar ogen blonken.

"Waar is heel jullie volk naar toe? Denk niet dat ik niet doorheb dat het oorlog wordt. Waar zijn ze?"
De Elf wees naar de tunnel waar Lena eerder binnengekomen was.
"Aan de velden. Zeggen ze. Ik weet van niets! Wij zijn maar van de lage klasse."

Lage klasse? Bizar.
Lena zei snel een dankbetuiging en liep dan door de tuin zoekend naar een idee.
Ze speelde met de bol tussen haar handen.

Een idee, een plan. Iets gewoon.
En toen schoot er iets te binnen. Te voet zou ze hen nooit inhalen. Maar met een paard wel. Daar denk je vaak pas aan als je al onderweg bent.

Lena was blij dat ze eraan dacht. Zo van die ideeën heeft ze meestal pas te laat. Maar nu niet. Het deed haar denken aan een uitspraak die ze ergens gelezen had.

"Bij vlagen ben ik geniaal. Alleen is het hier altijd windstil."

Maar deze keer niet! Of toch?
Lena vloekte dat het kletterde.

The Elven KingWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu