Binnen no time scheuren we de straat uit en zijn we onderweg naar wie weet waar. "Wollah jou broer en Redouan ze gaan zien, kijk wat ze je aan doen". Ondertussen kijkt hij via de spiegel naar mij. Het feit dat hij hier nu is moet ik nog laten inzinken. Ik voel me veilig in zijn bijzijn, niemand die ons maar 1x is komen opzoeken om te kijken hoe het gaat. Mijn eigen broer mijn bloed eigen broer heeft me gewoon gedumpt in de bergen. Wat dacht hij dat zou gebeuren, denkt hij nu dat alles gaat zijn zoals het was?. "Wat hebben jullie in de tussentijd gedaan hier hè, een beetje schapen zitten slachten of wat?". Ik merk duidelijk dat hij ons probeert op te vrolijken, momenteel zitten ik en Yasmina erbij als standbeelden.
"Nee we zijn een beetje rond gaan wandelen hier en daar". Ik ga recht op zitten en verhef mijn stem een beetje. "Waar gaan we naartoe Younes, we hebben helemaal niks bij ons behalve kleding. Onze paspoorten hebben ze afgepakt en..". "Daar hoef je nu nog even geen zorgen om te maken safi?. Ik snap dat jullie beide misschien bang zijn, maar geloof me ik heb het beste met jullie voor". Ondertussen voel ik Yasmina's hoofd op mijn schouder, haar zien slapen geeft mij rust, mijn beste vriendin die overal mee in de shit raakt verdiend dit allemaal niet. "Jij moet ook gaan slapen rust uit, dit busje heeft voldoende plek, ja kan die stoel van je naar achter gooien". De jongen die achter ons zit staat op en helpt mij met de stoel. Ook ik val in slaap en wacht tot we worden wakker gemaakt.
Van het geluid van een deur die dicht gaat en een aantal stemmen word ik wakker. Meteen kijk ik langs me of Yasmina er nog is. "Alhamdullilah". Zeg ik opgelucht, terwijl ik haar probeer wakker te maken. Ondetussen zie ik Younes even naar een winkeltje lopen en kijk ik om mij heen. Ik zie veel mensen, de zee en winkels. We zitten zeker in een stad, maar welke is de vraag. Niet veel later is ook Yasmina wakker. "Waar zijn we?". Zegt ze met een schorre stem, terwijl ze in haar ogen wrijft. "Ik weet het nog niet Yas, maar we zitten 100% in de stad". "Eindelijk weg uit de bergen!". Vanuit mijn ooghoek zie ik Younes met een jongen terug naar ons lopen. Ze gaan beide voorin zitten en handen ons een plastic tas aan. "Hier voor jullie, we gaan even naar een hotel dan vertel ik later wel hoe en wat verder".
In de tas zitten wat broodjes en te eten. "Dankje ik had dit echt nodig". Ik pak het broodje en kijk uit het raam. We rijden een grote ronde oprit op. Er om heen staan allemaal palmbomen en mensen die ons opwachten. De deur wordt opengedaan en we worden alle hartelijk verwelkomt "salam" hoor ik van elke hoek afkomen. Onze koffers worden getild en we lopen naar binnen. De vloer zijn creme kleurige tegels en in de hal hangt er een grote kroonluchter. Hier en daar staan wat stoelen en vanuit de grote ramen zie ik een zwembad met daaromheen ligbedden. "Wachten jullie maar hier ik ga ons inchecken". Younes loopt samen met de jongen naar de incheckbalie en Yasmina loopt richting de tuin. "Wauw het is hier echt mooi he, moet je kijken dit is zeker een 5 sterren hotel". "Ja het is prachtig". "Dames komen jullie?". We lopen richting de lift die ons leid naar de kamers. "Jullie zitten samen in een kamer". Het pasje krijg ik in mijn hand en we lopen naar de kamer.
De deur maak ik open en zie gelijk dat dit een super luxe kamer is. "Zo mooi!". Yasmina loopt gelijk de kamer in en verkend het. Younes voel ik op mijn schouder tikken en ik draai me om. "Kom je even mee met mij ik wil je alleen even spreken". "Oke is goed". Ik loop samen met hem mee naar de rooftop. Die uitkijkt op de stad en zee. Het uitzicht is prachtig en kijk mijn ogen uit. "Vanaf deze hoogte zie Marokko niet elke dag he". Ondertussen lopen we beide naar de reling en staan naast elkaar. "Dus over wat wilde je me spreken precies?". Even zie ik Younes aarzelen maar al snel verteld hij alles waarover hij spijt heeft. Aan zijn stem hoor ik hoe gebroken hij is, de pijn die hij heeft naar mij toe breekt mij ook. De man die ik tegenover mij zie staan is iemand waarmee ik mijn toekoemst zag. "Wollah alles waar ik jou doorheen heb laten gaan in de hele periode dat we samen waren, maar ook de afgelopen tijd het spijt me". Bijna nooit heb ik hem deze woorden horen zeggen. "Je moet me een kans geven ik zal alles goed maken, met je ouders je broer wie dan ook! Ik mis je, ik wil bij je zijn, geen enkele vrouw kan aan jou tippen als jij doet". Zijn handen legt hij op mijn schouders neer en komt dichterbij. "Alsjeblieft geef me een kans, ik laat je zien dat jij bij mij hoort". Ik kijk hem aan maar ik twijfel ook. Aan de andere kant gaat het niks meer worden met Redouan en heb ik meer haat gevoelens tegenover hem gekregen. "Ik weet het niet Younes ik bedoel kijk wat er allemaal is gebeurd?".
"Wollah bij deze ik beloof het je ik ga alles goed maken". Hij trekt me dichterbij zich en ik voel een koude wind langs mijn lichaam gaan. "Ik heb je zo gemist de afgelopen tijd, dit is het enige wat ik wil in de wereld". Zijn hand legt hij op mijn wang en komt langzaam dichterbij. Zijn lippen zet hij zachtjes op de mijne en ik sluit mijn ogen. Nu pas besef ik mij dat ik met Younes ben, van binnen ben ik zo intens gelukkig dat hij nog leeft en ik denk aan de tijden hoe het was samen met hem. Zou het dan toch nog werken tussen ons.
JE LEEST
HABIBA DJELI ❤️
RomansWonend in Amsterdam met mijn broer Yassine en mijn ouders. Yassine is iemand uit het criminele milieu. Hij heeft een dominant karakter, met een kort lontje. De enige persoon waarvoor hij een zwak heeft ben ik. Habiba djeli is dan ook mijn bijnaam. ...