50.

90 6 0
                                    

Jonas

Evelien beweerde niet bang te zijn, maar leunde toch dicht tegen me aan toen we ons een weg door het donkere bos waagden. Ze kneep stevig in mijn hand. Ik beloofde dat ze veilig bij me was, al was ik daar zelf niet helemaal zo zeker van of het me wel zou lukken haar te beschermen. Ik was een agent in opleiding. Ik wist wel hoe ik iemand op de grond kon krijgen, maar zonder wapens voelde ik me ook maar machteloos. Het geschreeuw was nog steeds te horen. Al leek het niet alleen om schreeuwen van angst of pijn te gaan, er was ook agressief gebrul.

'Daar!' Fluisterde ik en wees naar een open plek in het bos waar het tafereel zich afspeelde. Evelien en ik konden ons verschuilen achter een paar doornstruiken en probeerden een glimp op te vangen van wat er precies aan de hand was.

We schrokken. Het zag ernaar uit dat Con het kamp van Red Freedom had ontdekt. De meisjes leken sterk en hoewel ze wapens hadden, leken ze niet in staat Con aan te kunnen. Elk meisje dat in zijn buurt kwam of het waagde hem aan te vallen, schoot hij neer. Hij lachte kwaadaardig en genoot ervan hoe de meisjes steeds banger werden. Op een bepaald moment kropen de meisjes allemaal dicht op elkaar en durfden niet meer aan te vallen. Er lagen al te veel levenloze lichamen op de grond. Con had veel slachtoffers gemaakt. Heel erg veel.

'Oh nee,' fluisterde Evelien,'hij heeft Natoe geraakt!'

Ze had gelijk. Natoe lag op de grond, geraakt door een kogel in haar been. Ze leefde nog, maar had erg veel pijn. Con richtte zich vooral op de meisjes die bang achteruit deinsden. Hij dreef de spot met hen. Hij lachte met hun angst, hun gebrek aan vechtlust en ook met hun uiterlijk. Hij wilde ze allemaal van kant maken.

'Komaan, popjes van me, wil er niet nog iemand proberen het tegen me op te nemen? Of zijn jullie echt zó zwak?' Daagde hij al lachend uit. Niemand reageerde. Ze waren doodsbang.

'Dachten jullie nou echt dat ik jullie kamp nooit zou vinden? Ik zoek al jaren naar jullie. Jullie konden niet eeuwig blijven vluchten. Het moment is aangebroken waarop ik jullie allemaal één voor één afmaak. Jullie hebben me al genoeg ellende bezorgd, kleine rebellen. Dus, vooruit, wie waagt zich nog een laatste keer aan een gevecht?'

'Ik!'

Ik schrok. Evelien sprong recht. Ik wilde niet geloven dat zij dat was. Dat zij had geroepen. Ik wilde haar tegenhouden, maar het was te laat. Ze stapte door de doornstruik heen, naar de open plek in het bos. Con lachte.

'Evelien Bosmans? Wat een aangename verrassing! Vertel me eens, hoe gaat het met je zoontje?'

'Dat zijn jouw zaken niet. Wil je het nog uitvechten of ga je daar stom blijven kijken, Connard?'

'Oh, mijn mooi getalenteerd popje is een klein vechtertje, niet waar? Daar hou ik van. Laat maar eens zien wat je kan.'

'Doe het niet, blondie. Je maakt geen schijn van kans.' Kreunde Natoe die over de grond kronkelde.

'Ze heeft gelijk,' lachte Con,'je maakt echt geen kans tegen mij. Maar je mag altijd proberen natuurlijk. Ik hou je niet tegen.'

'Het is zelfmoord.' Kreunde Natoe.

'En wederom heeft ze gelijk. Ze is best nog slim, die kleine rat.'

'Ik ben niet bang voor jou!' Scheeuwde Evelien.

Con grijnsde en hield zijn hoofd schuin. 'Schattig, maar ik geloof je niet. Wist je trouwens dat mensen zonder angst dikwijls vroeger sterven omdat ze het gevaar sneller opzoeken?'

'Laat deze meisjes met rust.' Gromde Evelien en balde haar vuisten.

'Ik heb een idee,' zei Con plots,'jullie krijgen uitstel. Ik laat jullie even langer leven. Een uurtje ongeveer. Zo kan ik jullie eerst allemaal nog eens verkrachten zodat jullie helemaal gebroken zijn als jullie sterven. Hé, maar is dat geen goed idee? Dan begin ik bij jou, Bosmans. Ik wil je zien lijden.'

Locked by you 2 [herschrijving]Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu