23.

141 6 0
                                    

Jonas

'Hebben jullie dat ook gezien? Er liep een olifant door de straat!'

'Een olifant?!' Riep Kick enthousiast nadat ik iedereen naar buiten probeerde te lokken.

'Ja! Hebben jullie dat echt niet gezien?'

'Nee,' antwoordde Baron net toen iedereen zich wilde rechtzetten om mijn verzonnen olifant te bewonderen,'maar ik moet je wel een compliment geven. Je hebt goede ogen, chaval. Je bent de eerste persoon die ik ontmoet die door muren heen kan kijken.'

Er verscheen een frons op mijn voorhoofd terwijl hij lachte. 'Dacht je nou echt dat ik achterlijk was, hermano? In de keuken zijn geen ramen. Dus vertel mij eens: hoe zag jij die olifant dan?'

'Ik... euh... Ik bedoel niet dat ik het zag, ik bedoel eerder dat ik het hoorde. Het was luid getrompetter.'

'We zijn in Andalusië, estúpido, niet in Afrika. Hier leven geen olifanten!'

'Dan was het geen olifant, maar een persoon die enthousiast trompet speelde terwijl hij door de straat liep.' Het was onmogelijk om mezelf uit de situatie te redden, dat was duidelijk. Baron zette zich al grommend recht en dreigde naar zijn pistool te grijpen. Hij zou me afmaken, dacht ik bang, maar nog voordat hij zijn pistool kon bovenhalen hoorden we een luide knal.

Zora rende de keuken uit. 'Ren!' Schreeuwde ze.

'Zora, wat is er gebeurd? We zouden toch wachten tot iedereen in veiligheid is?!' Riep ik.

'Het plan is mislukt, Jonas. De hele ton brandstof viel om. Ik stootte er tegenaan, het was niet de bedoeling! Iedereen weg! Nu! De boel gaat hier ontploffen!'

'Ik moet Evelien halen.' Zei ik snel, maar Zora trok me met zich mee naar buiten. 'Daar is geen tijd voor! Je moet jezelf redden!'

'Nee, ik laat haar echt niet achter!'

'Ik haal haar wel.' Zei Pieter.

'Waarom zou je dat doen?!' Snauwde ik wantrouwig.

'Omdat ik niet nog een Evelien wil verliezen.'

Evelien

Ik lag op mijn bed te kermen van de pijn toen ik luide knallen hoorde. Ik hield mijn adem in. Wat gebeurde er daar beneden? Was er een schietpartij aan de gang? Meteen daarna voelde ik de paniek mijn lichaam betreden. Wat als Jonas iets was overkomen?!

Ik stapte naar de deur toe, maar net wanneer ik die wilde openen, zag ik hoe de zwarte rook langs de gleuf aan de onderkant de kamer binnendrong. Waar rook is, is vuur, dacht ik bang.

Meteen daarna klonk er nog een luide knal, deze was veel luider dan de vorige. Alles ging erdoor trillen en ik viel zelfs bijna om. De zwarte, ongezonde lucht danste in de kamer en drong tot diep in mijn longen.

Ik bedekte met mijn hand mijn mond en duwde de deur open. Ik zag niets meer dan alleen maar rook en metershoge vlammen.

'Evelien!' Ik schrok bij het horen van mijn naam die uit Pieter's mond leek te komen. Met zijn gezicht zwart van de as en zijn huid onder de brandwonden, klauterde hij met moeite naar boven. De trap brokkelde steeds verder af en zou zo instorten.

'Kom met me mee, ik help je te ontsnappen.' Zei hij en bood me zijn hand aan, maar ik weigerde en duwde hem de trap af. Hij kon zichzelf nog net vastgrijpen aan enkele tredes alvorens hij in de zee van vuur terecht zou komen.

'Je hebt mijn kind vermoord. Dit is mijn wraak.' Zei ik met gebalde vuisten en ging op zijn handen staan waarmee hij de trede vasthield. Het leek net die ene scène uit de Lion King.

'Evelien, doe dit niet alsjeblieft.' Smeekte hij.

'En nu verwacht je dat ik wel zal luisteren? Jij hebt mijn smeekbedes ook altijd genegeerd!'

'Als je mij laat sterven, kom je hier niet levend weg.'

'Dat kan me niet schelen. Wraak op jou nemen was mijn enigste doel! Ik heb je niet nodig!

'En Jonas dan? Wat als je sterft? Hoe zal hij zich voelen? Komaan, Evelien... ik hou het niet lang meer vol. Als we uit dit huis zijn, beloof ik je je vrijheid terug te geven.'

'Ik ben je beloftes moe.'

'Ik meen het! Jij en Jonas zullen dan voor altijd vrij zijn! Maar help me nu, verdomme!'

Ik kon het niet laten. Net wanneer de vlammen hem omsingelden, stak ik mijn hand naar hem uit. Hij knikte dankbaar en legde zijn hand in de mijne. Ik hielp hem van de deels ingestorte trap af te komen en samen zochten we haastig naar een uitweg.

'We moeten langs het dak.' Zei Pieter terwijl het vuur de bovenverdieping inmiddels bereikt had. 'Wacht,' zei ik,'er is nog iets wat mee moet.' Ik wilde naar mijn kamer rennen, maar hij greep me stevig vast bij mijn pols. 'Geen sprake van! We mogen geen seconde meer verliezen!'

'Laat me los, klootzak!' Schreeuwde ik en duwde hem bij me weg. Ik had al meteen ongelofelijk veel spijt dat ik hem niet in de vlammen had geduwd. Ik rende naar mijn kamer en haalde het dagboek van Riet van onder mijn kussen. Dat kon ik hier niet achterlaten.

'Bosmans, we moeten nú weg!' Kuchte hij. Hij was nog maar pas in mijn kamer, maar hij zakte al meteen door zijn benen. 'De slechte lucht zal ons doden nog voordat we in aanraking komen met het vuur,'zei hij op een hese toon,'we moeten nu echt vluchten.'

'Hoe komen we dan op het dak?' Vroeg ik.

'Mijn kamer.' Kuchte hij en zakte steeds verder onderuit op de grond.

Met tegenzin hielp ik hem overeind. 'Hou je hand voor je mond.' Zei ik, waarna hij mijn bevel meteen uitvoerde. We ontweken de vlammen en holden naar zijn kamer toe. In een mum van tijd had het vuur ons daar ook omsingeld, maar via de ladder in zijn kamer wisten we te ontsnappen. De vlammen kropen langs de ladder naar omhoog. Ik had net het luik naar het dak geopend toen Pieter het uitschreeuwde van de pijn. Het vuur had zijn benen bereikt. Zo snel als ik kon kroop ik op het dak en stak behulpzaam mijn hand uit om hem naar boven te hijsen.

Hij was best zwaar, waardoor ik alles op alles moest zetten om hem op het dak te krijgen. Na mijn intense inspanning, liet ik me op de grond vallen. Ik kuchte niet alleen door de slechte stoffen in mijn longen, maar ook nog steeds van de pijn in mijn buik. Pieter legde een hand op mijn schouder en knikte dankbaar. Vervolgens sloot hij het luik, in de hoop dat we tijd zouden winnen alvorens de vlammen op het dak konden komen.

'Alles oké?' Vroeg hij.

'Alsof jou dat wat kan schelen.' Snauwde ik en zette me recht. Ik zocht naar een uitweg naar beneden, maar het was te hoog om te springen.

'Bosmans,' zuchtte hij,'bedankt om mijn leven te redden. Ik zeg dit niet graag, maar je bent een heldin. Een moedig, onbevreesd, dapper en stoer meisje. Ik dacht dat ik je goed kende, maar ik had het mis. Ik had nooit verwacht dat je mij zou helpen.'

'Ik ook niet,' gaf ik toe,'en geloof me: ik deed het niet met plezier. Je verdient het om te branden in de hel, maar je beloofde mijn vrijheid terug te geven. Daar zou ik alles voor doen. Ik vraag me eigenlijk iets anders af... waarom redde jij mij? En vertel niet dat het is omdat je veel geld in me hebt gestoken. Ik weet, nee, ik voel dat er wat anders aan de hand is. Dus, waarom?'

'Omdat ik een lange tijd geleden ook mijn kind verloren ben. Een meisje. Ze zou de naam Evelyn krijgen. Ik heb nooit de kans gehad om haar te ontmoeten, maar... als ik jou zie of als ik je stem hoor, lijkt het wel alsof jij... háár bent. Ik kan het niet uitleggen.'

'Ik snap wat je wil zeggen.' Zei ik.

'Het verlies van mijn kind heeft me gemaakt tot het monster dat ik nu ben. Het verdriet dat ik had... het nam me helemaal over. Aangezien het voor mij zo'n grote impact had gehad en ik iets zocht om je gedrag te bestraffen, vermoordde ik je kind. De pijn is onverdraaglijk. Een kind verliezen is het ergste wat er bestaat. Maar ik handelde uit woede en lust naar wraak. Ik had het nooit mogen doen. Het spijt me.'

'Ik hoef je excuses niet. We moeten een uitweg zoeken, want straks sterven we misschien wel allebei.'

Heeeey mensen! Vergeet niet te stemmen en te reageren als je het een leuk hoofdstuk vond! Alvast bedankt en verzorg jullie goed!

Locked by you 2 [herschrijving]Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu