Wie zoet is...

921 30 7
                                    

'Wolfs!', ze trekt haar linkerschoen aan, 'schiet nou op!'. In tegenstelling tot zijn huisgenote, kan de man een eeuwigheid over zijn ochtendritueel doen. 'Verdomme', ze houdt haar rechterschoen op zijn kop en tot haar verrassing valt er een voorwerp uit. Ze pakt het pakketje van de grond en knijpt haar ogen samen. In de donkere gang kan ze amper onderscheiden wat er in het plastic verpakt zit. 'Wat is dit nou weer', mompelt ze. 'Ik kom er aan', ze hoort hem de trap op lopen en stopt snel het presentje in haar jaszak. 'Ga je mee', ze voelt zijn warme hand op haar onderrug. 'Ga ik mee?', moppert ze, 'ik sta hier al 10 minuten op je te wachten'. 'Je hebt je schoenen nog niet eens aan', hij probeert een grijns te onderdrukken. Ze zucht diep en trekt het nu lege laarsje aan. 'Ja?', zijn hand rust inmiddels op haar schouder, waar hij zachtjes in knijpt. 'Ja', ze staat op en loopt haastig de deur uit, om het lichamelijk contact zo snel mogelijk te verbreken. 'Jij rijdt', zonder achterom te kijken gooit ze de sleutel over haar schouder. 'Joe', met een katachtig reflex vangt hij de bos op. Als ze nog even omkijkt en zijn speelse blik vangt, kan ze een ondeugende glimlach niet onderdrukken. Hoofdschuddend wendt ze haar gezicht af, waar zijn we mee bezig?

'Wat ga je doen?', 'toilet', met opgetrokken wenkbrauw kijkt hij haar na, 'schiet je op, we hebben een zaak'. Ze steekt haar hand op en loopt met grote passen de kantoortuin uit. Eenmaal in haar eentje, haalt ze het presentje uit haar jaszak. Het plastic schittert in het felle pvc licht van het toilet. Ze kan een hartje onderscheiden. Van marsepein, denkt ze. Onder de lekkernij, op het gouden kartonnetje, staat een tekst gekrabbeld. Haar vingers peuteren wat aan het strikje dat het plastic bij elkaar bindt. Ze trillen een beetje. Waarom weet ze niet precies. Terwijl het rode lintje naar beneden dwarrelt, opent ze het zakje. Ze schuift het kartonnetje met de mierzoete substantie uit het plastic. Ze haalt het hartje, dat wat aan het karton plakt, van zijn ondergrond en stopt het in de lege verpakking. Zachtjes wrijft ze over het kartonnetje in haar handen. Zodat ze de woorden kan voelen, voordat ze ze leest. Het handschrift kent ze als geen ander. Het is dat van hem. Ze slaat haar ogen even ten hemel en ademt diep in. Raapt al haar moed bij elkaar, voor ze zich aan de tekst waagt. Op de een of andere manier voelt ze dat dit iets belangrijks is, maar ze wil ook weer niet op te veel hopen. Kom op Eva. Ze blaast haar ingehouden adem uit en focust zich op het sierlijke geschreven tekstje.

Lieve Eva,

Dit is een klein presentje van Sint en Piet,

Speciaal voor deze lieve, stoere griet.

Samen vangen jullie alle boeven,

Maar er is meer in dit leven dat hij wil proeven.

Wil jij op 5 december misschien uit eten met deze fijne vent?

Hij heeft namelijk een heerlijk avondje gepland.

Je zou hem hiermee ontzettend blij maken,

Dat het jullie maar mag smaken!

Lieve groet, Sint en Piet

Met opgetrokken wenkbrauw leest ze de tekst nog eens. Sint en Piet? Dat is toch niets voor Wolfs? Ze schrikt van een zacht geklop op de deur. 'Eef?', de stem van haar collega klinkt bezorgd, 'zit je hier?'. 'Ja, wacht even', ze stopt het plastic zakje met de marsepein in haar jaszak en bergt het kartonnetje op in haar kontzak. 'Wat is er?', ze stapt het toilet uit. 'Wolfs wacht op je', ze glimlacht flauwtjes. 'Ja...', murmelt ze, 'Wolfs wacht op me...'.

Wordt vervolgd...

Korte verhaaltjes - Flikken MaastrichtWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu