Hoofdstuk 36

40 10 1
                                    

Pov Spirit

Ik keek vanachter de rug van Zayne naar de drie jongere lynxen. Ze hadden prachtige kleuren vacht en merkte dat ik me aangetrokken tot hen voelde. Ik wist niet of Zayne dat ook voelde, maar ik zou ze niet zomaar weg sturen. De schoten waren wel opgehouden, wat ik maar opvatte als een goed teken en waar we dus ook geen zorgen meer over hoefden te maken.

Wie zijn jullie? vroeg Zayne misschien een beetje bot. Zayne! Ik stootte hem kwaad aan toen ik zag dat de kleinste bang in elkaar dook. Zuchtend keek hij me even aan voordat hij zich weer op de drie lynxen wendde. Blijkbaar zag hij ook dat de kleinste bang in elkaar gedoken was, aangezien hij veel rustiger en aardiger sprak. Sorry van zonet, zei hij vriendelijk tegen hen. Ik ben een beetje prikkelbaar door de situatie van buiten.

Dat deed me herinneren aan de schoten en meteen liep ik richting de uitgang van de grot. Sniekie (hoe spel je dat?) en voorzichtig gluurde ik uit de grot. Ik zag dat zich beneden aan de rotswand een aantal jagers hadden verzameld en een kamp hadden opgeslagen. Wetend dat ze me toch niet zouden zien, sloop ik naar buiten, zorgend dat mijn vacht alleen op de rotsen was. Daardoor was ik minder goed zichtbaar.

Wat ga je doen?! hoorde ik Zayne bezorgd roepen. Ga nou niet naar beneden!

Ik wil weten wat ze van plan zijn! antwoorde ik hem rustig. Relax. Ben met een paar minuten weer terug.

Lening sprong ik naar beneden en verschool me tussen de laagste rotsen boven de grond. Ik was nu best dicht bij hun kamp en nu ik mijn oren sspitstn, kon ik net nog iets van hun gesprek opvangen.

'... uithongeren.' zei er een.

'Dan denk ik dat we nog wel een tijdje moeten wachten.' zei een ander. 'Die drie zagen er niet echt dun of uitgehongerd uit.'

'Dat moet dan maar.' zei de eerste weer.

Verder bleef het stil in het kamp dus klom ik weer omhoog. Een steek trok opeens door mijn linker achterpoot heen. Ik keek naar beneden en zag dat ik in een soort klem was gestapt. Ik zette mijn kiezen stevig op elkaar om niet te piepen van de pijn. Ik mocht hoe dan ook geen enkel geluid maken, wetend dat de jagers me dan makkelijk konden neerschieten. Er was maar een oplossing voor nu. Ik moest wachten tot het donkerder werd en dan proberen om los te komen.

Zayne, piepte ik naar hem. Ik denk dat we een probleem hebben. Ik zit namelijk vast in een klem en kan met geen mogelijkheid weg op dit moment.

Waar zit je vast? was wat hij meteen bezorgd terug reageerde.

Ergens onderaan. Niet naar beneden komen! riep ik naar hem toen ik kleine vallende steentjes zag neerkomen. Ze zullen ons allebei zien!

Met bange ogen keek ik naar beneden, naar het jagerskamp op nog geen vijf meter onder mij. Ik maakte me zo laag mogelijk en negeerde de pijn in mijn poot en het bloed wat er langzaam uit drupte. Een jager kwam met getrokken geweer buiten de tent en keek met een scherp oog naar boven.

Even dacht ik dat hij mij niet gezien had, toen een kogel zich net boven mijn rug in de rotsen schoot. Piepend van angst drukte ik me dichter tegen de rotsen onder mij aan. Mijn gewonde poot lag onder mij waardoor de pijn alleen maar toenam.

Meerdere schoten werden in de rotsen boven mij geschoten. Ook de andere jagers waren de tenten uitgekomen en hielden de plek waar ik zat goed in de gaten. Ik kon niets anders dan zo stil mogelijk blijven zitten en geen geluid te maken. Mijn enige hoop was dat het snel donker zou worden en ik weg kon, weer terug naar Zayne.

Na een paar uur zat de eerste jager die op mij geschoten had er nog en ik wist dat ik het niet lang meer vol zou houden. De pijn had zich verspreid door heel mijn lichaam. Ze hadden nog een paar keer vaker op me geschoten en een schot had mijn rug geraakt. Ik kon niet bewegen zonder dat mijn hele lichaam brandde en sidderde.

Zayne had al een paar keer eerder naar beneden willen komen, maar ik had hem telkens weer tegen gehouden, bang dat hem iets zou overkomen.

Het was bijna helemaal donker en ik zag dat de jager moeite had om mij goed te kunnen onderscheiden van de rotswand. Pas toen een andere jager naar hem riep dat het toch geen zin meer had, kon ik opgelucht adem halen.

Langzaam bewoog ik mijn pijnlijke spieren. Zacht getrippel kwam via de rotswand naar beneden. Meteen wist ik dat Zayne eraan kwam. Ik piepte zacht zodat hij wist welke kant hij ongeveer op moest. Binnen nog time stond hij naast me.

Zijn kleine lichaam wurmde hij onder mij door en veranderde terug naar mens toen hij de klem had gevonden. Met een harde ruk trok hij de klem uit elkaar en zo snel mogelijk haalde ik mijn poot eruit.

Ik moest voor nu wel terug veranderen. Het deed te veel pijn om Cloë de baas te laten. Ik hoorde Zayne zacht nat adem happen. Blijkbaar had hij naar mijn enkel gekeken.

Ik ging bijna over mijn nek toen ik naar mijn enkel keek. Hij was helemaal groen, blauw, paars en rood geworden. Ook kon je duidelijk mijn bot zien.

Zoute tranen gleden over mijn wangen. Zayne veranderde terug en ik gilde het bijna uit toen hij met zijn ruwe tong over mijn enkel heen ging. Het liefst wilde ik al mijn pijn eruit gillen, maar dan zouden we er allemaal aan gaan.

Je moet terug veranderen. zei Zayne vol spijt in mijn hoofd. Anders komen we niet meer omhoog. Ik zal je zo goed mogelijk helpen.

Met al mijn én Cloë's wilskracht konden we er voor zorgen dat ik weer veranderde. Met moeite hees ik me overeind en met Zayne direct achter me, begon ik aan de lange pijnlijke klim omhoog.

Toch maar wel.

Cement alsjeblieft op de vraag van het vorige hoofdstuk. Dan weet ik wat ik ermee kan doen.

Groetjessss

Never ExpectedWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu