Hoofdstuk 49

25 8 2
                                    

Pov Zayne

Waarom negeert ze ons? Ik kan er niet meer tegen! riep Jake gefrustreerd uit. Hij heeft de afgelopen uren alleen maar in mijn kop gezeurd. Hij kon maar niet begrijpen dat onze mate tijd nodig had om uit te zoeken hoe het verder moet.

Jake, hou je kop! gromde ik boos naar hem.

Jake bleef maar mokken. Hij leek gewoon niet te willen begrijpen dat Spirit tijd nodig had om ons te vergeven. Dat hij zelfs blij moest zijn dat ze ons in haar buurt laat, maar daar zal hij nog wel achter komen.

Stiekem keek ik haar van opzij aan. Ze lag heerlijk in de zon met onze vier pups dicht tegen haar aan. De zon verlichtte haar vacht, deed haar vacht bijna stralen. Het aanblik van onze pups bij haar, maakte me warm van binnen.

Het stak me alleen wel dat ze alle vier bij haar lagen. Het voelde als een leegte die me elke dag vanbinnen steeds meer weg vrat. Ik wist dat ik er niets tegen kon doen. Ik kon niet zomaar aan Spirit vragen van; he, doordat jij me zo negeert, ga ik er aan onderdoor... Dat kan ik gewoon niet zeggen. Dan zou haar hart nog meer breken en zou ze me nooit mee toelaten.

Zuchtend richtte ik me op. Het was weer eens tijd om mijn poten te gaan strekken en te gaan jagen. Niet dat ik er zin in had, ik had liever... Ach, dat is nu wel duidelijk.

Zonder de pups of Spirit wakker te maken, ging ik opzoek naar iets dat we konden eten. Mijn neus pikte al snel de geur op van konijnen. Verder waren er niet echt veel dieren zo dicht bij de grote bergen. Een kwartier verstreek terwijl ik het pad volgde naar het hol van de konijnen. Dat bleek goed verstopt te zitten onder een struik met stekels. Met mijn klauwen probeerde ik onder de scherpe takken door te komen, maar trok me grauwend weer terug. Scherpe doorns zaten in mijn vacht geprikt. Met mijn tong ging ik over de doorns heen, maar met geen mogelijkheid kreeg ik ze eruit.

Het opgevend liep ik weer verder, zoekend naar een ander wildspoor. Als snel kwam ik tot de conclusie dat er geen enkele andere konijnenfamilie in de buurt woonde, wat dus betekent dat ik weer terug moet naar die konijnen onder die scherpe struik. Ik hoopte maar dat het lot me nu wel goed gezind was.

Ik sprong bijna een gat in de lucht toen ik zag dat er een dik konijn voor de struik zich aan het wassen was. De wind blies recht in mijn gezicht, dus het dier kon me niet ruiken. Langzaam sloop ik dichter bij. Ik maakte me klein om een aanval de maken, toen opeens het konijn weg schoot. Op die plek, waar het konijn net nog had gezeten, stak nu een grote speer in de grond. Aan de veren kon ik zien dat het geen normale speer was, dus echt jagers waren het niet, maar het waren ook geen speren zoals de indianen hadden. Van wie waren die dan?

Ik trok me zo veel mogelijk terug achter de struik. Hopend dat ik niet gezien zou worden. Teleurgesteld geroep werd hoorbaar toen de speer uit de grond werd getrokken. 'Ik had echt gedacht dat ik hem nu wel zou hebben!' werd er door iemand uit geroepen. Aan de stem te horen, was het een jongen die net uit volwassen was, dus een jaar of 18.

'De volgende keer beter, Rayn.' werd er door een heel wat oudere man gezegd. 'Je leert het vanzelf wel. Heb vertrouwen, dan komt het wel goed.'

De stemmen verwijderden zich weer van het konijnenhol en al snel kwam het konijn weer onder de struiken vandaan. Meteen was ik de mannen vergeten. Ik moest wat te eten voor Spirit en de pups meenemen. Met mijn klauwen uitgerekt, sprong ik op het konijn af en drukte hem op de grond. Het diertje keek me nog een keer bang aan, voordat ik de lichten in zijn ogen liet doven.

Ik pakte het konijn in mijn bek en liep weg. Een krak van een tak achter mij, liet me meteen omdraaien. Een jonge jongen stond achter mij met dezelfde speer in zijn handen. De punt was op mij gericht, wat me een drukkend gevoel van gevaar gaf. Ik maakte me automatisch kleiner, in de hoop dat de jongeman weg zou gaan.

Never ExpectedWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu