Hoofdstuk 46 • Harry

457 25 3
                                    

Iedereen heeft het huis verlaten, behalve Mabel en ik. Liam en Zayn besloten maar naar de sportschool te gaan. Waarschijnlijk werd mijn uitgebreide beschrijving van gisteravond hun iets te veel. Begrijpelijk, maar ik wilde iedereen gewoon vertellen hoe gelukkig ik was, al was ik dat absoluut niet. En Liam en Zayn waren niet dom. Wienowa had mijn hart in duizenden gescheurd maar dat hoefde hun niet te weten. Om de zoveelste tijd keek ik op de klok om erachter te komen dat het vier minuten later is dan net. Ze zochten haar nu al ruim twee uur. Ik realiseer me nu pas dat ik Mabel niet meer hoor neurien. Ze zou gaan douchen maar ik kan haar niet horen neurien - iets wat ze normaal wel doet-. Hoewel haar stem die de ruimte vulde, mij een heerlijk gevoel gaf, was zingen niet haar sterkste kant. Dit had ze dus ook zeker niet genetisch gemeen met mij. Maar ik geniet ervan. Er was iets aan haar vrolijke klanken. Het was niet mooi, verre daarvan, en was ook zeker niet zuiver maar ik hield van de tevredenheid. Ze was gelukkig. Dat maak ik mezelf tenminste wijs. Ik doe haar goed, beter dan de inrichting waar mijn moeder haar naar wilde sturen. Bij haar geboorte was mijn moeder eigenlijk voor haar gevoel te oud, Mabel was een ongelukje. En zo bleef iedereen haar ook behandelen. Ze wilde haar na drie jaar afstaan, want het zou niet werken. Maar ik had haar een schuldgevoel aangepraat waardoor ze mocht blijven. Ik begaf me naar boven met een kopje thee. Ik wilde haar vertellen over mijn avond, al wist ik zeker dat zij door mijn vrolijke act heen kon kijken. Ik open haar deur terwijl ik klopte. Ik kon niet langer wachten want ik wilde met iemand praten. Als ik de deur opensla, is haar kamer leeg en haar raam waardoor zij de sterren bewonderde is open. Op haar bed lag de telefoongids, opengeslagen op een bladzijde. Vol verbazing liep ik erheen. Parker, Dorothy stond er bovenaan de lijst, en met mijn hand wrijf ik gefrustreerd over mijn hoofd en haren. Dit zat er natuurlijk aan te komen. Ik glijd met mijn ogen langs de namen en stop abruct als ik zíjn naam zie. De naam waar ik stiekem al naar zocht. Ik scheur de pagina gestresst eruit en sprint de trap af. Met tranen in mijn ogen, dwarrelt er maar een vraag door mijn hoofd. Waarom moet je naar hém toegaan ? Waarom trekt deze Jack Parker je zo aan ? Louis had het me laatst uitgelegt : " hij trekt haar niet aan, de vrijheid om hem heen trekt haar aan. En haar opsluiten in jouw huis, geeft haar geen vrijheid, Harry " Ik was woedend geworden, want hij begreep het niet. Ik wil haar dicht bij me hebbben. Zodat niemand haar meer van me af kon nemen. De thee gooi ik met een knal op de grond voordat ik mijn jas van de kapstop pak. De scherven vliegen rond de gang, maar dat maakt niet uit. Ik moest me aggessie kwijt.

Met een zucht tik ik op de deur van het adress dat ik in het telefoonboek zag staan. Er werd open gedaan door een schots meisje, dat zag je aan haar. Ze zag er mager en zag er slecht uit maar dat deed me weinig. Ik zoek mijn zusje, vertelde ik haar. " ik kan je niet helpen " mompelde ze met haar schotse accent, bijna geluidloos. " Jessica, heb je de deur geopend !" De kwade kreet van Jack word vervolgd door stampende voetstappen. Nog geen minuut later kwam hij uit een deur en pakt hij Jessica bij haar nek. Hij duwde haar tegen de muur en gaf haar een klap recht in haar gezicht. Meerdere klapen en stoten volgen waarna ze machteloos op de grond zakte. Ze begon zichzelf tot rust te wiegen maar Jack gaf haar nog een trap na. Op dat moment komt Mabel's hoofd tevoorschijnlijk achter een deur, en kijkt ze me spijtig aan. Ik loop langs Jack en grijp haar bij haar pols. Ze kreunt even van de pijn terwijl ik van achter een vuist opvang van Jack. Zonder na te denken gris ik een kapstok en smijt het tegen hem aan. Mabel trek ik het huis uit en de deur klapt dicht. Onderweg naar mijn auto trappelt ze af en toe terug waarna ik haar dan harder aan haar pols trek. " Waarom zocht je naar mij en niet naar Wienowa ?" Zegt ze fel, waardoor ik in een second stilstaan. " Omdat Wienowa niet van me houdt." Ze kijkt me even aan, zonder antwoord te geven. " Maar jij wel van haar. En je kan dat niet veranderen, Harry. Ik zie het in alles wat je doet, in je blik als ze s'ochtends naar beneden loopt. En die creepy grijns die je op je gezicht hebt als zij er is. Je hebt verliefd op dit meisje en daar moet je voor vechten. " zegt ze na haar stilte. We staan hier maar, ergens in een zijstraatje. En Mabel deed niks anders dan me simpelweg aankijken maar dat was genoeg om de kracht van haar woorden in me op te nemen. Ze had gelijk. Dat wist ze ook maar al te goed. Ik was verliefd op Wienowa en ik kon daar niks aan doen. Isabelle ook niet. Ik wilde haar zoeken en haar in mijn armen nemen en zoenen maar dat durfde ik niet. Ik durfde dat niet, uit angst dat ik iets verkeerd doe. " Maar wat moet ik haar dan zeggen, als we haar vinden ?" " Niks. Soms, als je hoofd te veel praat, is stilte alles wat nodig is. En een paar armen om die stilte in te delen." Antwoorde ze, ze was zo zeker van wat ze zei. Ik begrijp dat ze Wienowa heeft vergeven voor wat zij haar heeft aangedaan en ik besloot dat ook maar te doen.

The Perfect mismatch ~ 1D ~ 5SOS ~ Fanfiction.Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu