Een grote deur. Nai hoorde stemmen binnen. Stemmen van kinderen die blijkbaar onder de indruk waren van wat zij zagen. Nai vroeg zich af of de binnenkant net zo mooi was als de buitenkant. Het was maar een fractie van een seconde, maar wat zag Zweinstein er van bovenaf prachtig uit! Nai begon terug te denken aan wat Albus Perkamentus en ome Jimmy haar allemaal vertelden. Haar moeder en tweelingbroer Kai, die tien jaar geleden verdwenen, waren eigenlijk een heks en tovenaar. Om te zorgen dat Nai en haar vader veilig zouden zijn, zijn zij naar Zweinstein vertrokken en hebben hun geheugen gewist. Om ervoor te zorgen dat de toekomst beter zou verlopen, moest Nai in dit verleden veranderingen toebrengen. Geheugen gewist... Zouden zij dus nu ook niet weten wie Nai is? "Mijn naam is Nai Dracota, ik ben 11 jaar oud en .. een heks" ging Nai bij zichzelf na. Er gingen heel veel vragen door haar heen. Wat of waar moest zij iets veranderen? Mochten anderen wel weten dat zij iets kwam veranderen? Hoe zou de toekomst dan uitzien? Wie was die jongen toen zij terug ging in de tijd. Was hij degene die zij moest hebben?
"Deze kant op alstublieft!" Hoorde Nai plots. Ze schrok. Misschien moest zij toch maar door de deur naar binnen gaan. Nai stapte de grote deur naar binnen. Ze kwam binnen in een grote hal met allerbei marmeren trappen. Sommigen gingen gigantisch hoog omhoog, anderen weer diep naar beneden. Waar moest Nai beginnen? "Doorlopen alstublieft!" Hoorde Nai opnieuw. Het klonk als een oude, strenge vrouwenstem. Het kwam van beneden. Steeds dichterbij hoorde zij voetstappen de trap omhoog komen. Eerst grote stappen, waarschijnlijk van een vrouw. Deze werden gevolgd door heel veel kleine stappen en gefluister door verschillende stemmen. Nai keek langs een trap omlaag en zag alleen een grote zwarte punthoed, gevolgd door allerlei kinderen. Dit waren nu kinderen van Nai's leeftijd. Ze kwamen dichterbij. Nai wist even niet wat te doen. Moest zij zich nu verstoppen? Wat moest ze zeggen? Wie ze was? Wat ze kwam doen? Nai besloot toch maar ergens te verstoppen, bang dat zij ook maar iets moest uitleggen. Terwijl Nai zich omdraaide liep zij tegen een groot gedaante aan. "Oef!" Kreunde Nai terwijl ze op de grond viel. "Ik denk dattie verkeerd mot zitten! Professor Anderling, hier heb ik nog een eerstejaars!" Bulderde een zware stem. Nai keek omhoog en dacht dat er geen einde aan kwam. Een reus van een man hielp haar overeind en zette haar op beide benen. "Jou heb ik nog nie gezien! Mijn naam is Hagrid, terreinknecht en sleutelbewaarder van Zweinstein!" Nai wist even niet wat te zeggen. "Ehm.." stamelde ze. "Hoe kan er nou een eerstejaars nu al verkeerd zitten! Jij zal degene zijn die zoek is geraakt op het perron, Nai Dracota!" Een lange smalle oudere, streng uitziende vrouw met een brilletje greep Nai bij haar kraag. Pas op dat moment besefte Nai dat ze een zwart gewaad droeg. Sinds wanneer had ze die aan dan? Nai werd tussen de andere kinderen gestopt, die eerst haar bekeken en vervolgens terug keken naar de vrouw. "Voor diegene die het net niet mee hebben gekregen. Mijn naam is professor Anderling, afdelingshoofd van de afdeling Griffoendor. Zometeen lopen jullie rustig de grote hal in waar jullie eerst gesorteerd worden in jullie afdeling. De afdelingen zijn Griffoendor, Ravenklauw, Huffelpuf en Zwadderich. Blijf hier rustig wachten totdat ik jullie kom halen" Professor Anderling liep door twee grote deuren weg. Nai keek naar de andere kinderen. Velen waren zenuwachtig, daarin voelden zij gelukkig hetzelfde als haar. "Dus het is waar.." hoorde ze een van de kinderen zeggen. Nai keek naar waar het vandaan kwam. Een blonde jongen liep met twee niet al té snugger uitziende jongens naar weer twee anderen toe. "Harry Potter is op Zweinstein" zei de blonde jongen tegen een jongen met een brilletje, Harry Potter. "Mijn naam is Malfidus, Draco Malfidus. En dit zijn mijn vrienden, Korzel en Kwast" sprak de blonde jongen. Zijn haar zat strak naar achter met, teveel, gel. "Wat een namen" fluisterde Nai. Blijkbaar net zo hard genoeg dat een jongen met rood haar een kuchje probeerde te onderdrukken. "Vind je dat soms grappig?" Sprak Draco geërgerd naar de roodharige jongen. "Eens kijken. Rood haar, sproeten, tweedehands kleding. Jij moet een Wemel zijn" Draco deed zeer neerbuigend naar de roodharige jongen. Nai voelde zich schuldig, want dat lachje kwam waarschijnlijk door haar. Draco keerde zich tot Harry Potter. "Je kunt je maar beter bezig houden met de betere klasse tovenaars. Ik kan jou daarbij helpen" sprak Draco tot Harry, terwijl hij zijn hand uit stak. Harry nam deze hand niet aan. "Ik vind het prima zo" zei hij. Het gezicht van Draco betrok. Nai bekeek de jongens van hoofd tot teen terwijl zij aan Perkamentus zijn woorden dacht. Zowel die Harry als die roodharige jongen lijken aardig. Die Draco met zijn dom en dommer, die leken Nai vreselijk.
De deuren klapten open. "In een rij naar binnen lopen graag" riep professor Anderling. Alle kinderen liepen naar binnen, en Nai dus ook. Nai kwam binnen in de grote zaal. Om zich heen zag zij wel duizenden zwevende kaarsen, met daarboven een plafond dat leek op de buitenlucht. "Dat magische is wel prachtig" bedacht Nai. Ze stopten voor een kruk met een hoed erop. Nai keek naar de lange tafel erachter. Daar zat hij! Albus Perkamentus! Hij zat daar gewoon! Hij ziet er wel jonger uit, maar dat is hem! Maar dan wordt Nai haar aandacht gesleept naar de hoed. De hoed begon te praten! De hoed sprak over de diverse afdelingen van Zweinstein, waarin ieder hun eigen kwaliteiten heeft. Nai begon bij zichzelf te twijfelen welke het best passend was voor haar. Ze had moed voor Griffoendor, hield van dieren en optimisme zoals Huffelpuf, vind informatie interessant zoals een Ravenklauw, maar weet ook heel goed trucjes in te zetten voor Zwadderich. Één voor één ziet Nai kinderen naar de kruk lopen en de hoed op zetten. De roodharige jongen gaat naar Griffoendor, Ron heette hij. Een meisje met bruin haar ook, Hermelien. Ze ziet een aantal ook naar Huffelpuf en Ravenklauw gaan. Telkens als een afdeling werd geroepen, klonk er gejuich. Nai vroeg zich af of dit ook voor haar was. Dan hoort Nai de naam Draco Malfidus vallen. Hij gaat naar Zwadderich. Op het moment dat hij van de kruk af stapt, kijkt hij recht in Nai's ogen. Hij glimlacht. Uit vriendelijkheid glimlacht Nai terug. Dat had ze eerder niet achter hem uit gehaald.
"Harry Potter" de jongen met het brilletje gaat naar voren. Het duurt even voordat de hoed een afdeling kan benoemen. Harry zou een paar keer "Niet Zwadderich" hebben gezegd. De hoed besloot dat hij naar Griffoendor gaat. Er klinkt door de hele zaal hard gejuich en geklap. Nai begrijpt er niks van, de jongen is populair. Nai ziet iedereen verder naar de kruk lopen en de hoed op krijgen. Ze blijft als laatste over. "Nai Dracota" roept Anderling terwijl ze Nai aankijkt. Nai voelt alle ogen op haar gericht. Ze kijkt naar Perkamentus, die glimlachend naar haar kijkt. Zou hij haar al kennen? Al weten van haar opdracht? Heeft hij haar naam er trowens opgezet? Nai gaat zitten en krijgt de hoed op. "Dit is een bekend gevoel" mompelt de hoed. Hoe kan dat nou? Nai is hier nog nooit geweest. Ze wist zelfs niet dat dit bestond. "Vanalles wat. Moed, slim, teder, lief maar ergens ook zeer sluw en charmant" Nai voelde zich gevleid. "Zo bekend, maar van wat. Dit was ooit eerder" Nai hield haar adem in. "Meisje toch, wat doen we met jou" De hoed bleef zeker vijf minuten lang twijfelen, het duurde zelfs niet zo lang als bik Harry Potter. "Wederom overheerst de charme. ZWADDERICH" . Nai haalde weer adem. Zwadderich, oké. Stiekem hoopte Nai bij die vriendelijk uitziende Harry Potter en Ron Wemel te komen, maar goed. Zwadderich liet ze gebeuren. Een tafel volledig in groen gekleed applaudiseerde en juichde voor Nai. Ze waren blij dat ze bij hen kwam. Schuin tegenover Draco was er een plekje vrij, waar Nai kon zitten. "Mijn naam is Draco en dit zijn.." "Korzel en Kwast" vulde Nai aan. Draco keek haar verbaasd aan. "Ik hoorde je al net voorstellen aan die Harry Potter" vertelde Nai. Er verscheen een ongenoegen blik op Draco's gezicht. "Vrienden van je?" Vroeg hij nijdig. "Nog niet" antwoordde Nai luchtig. "Ik weet niet of je al eens van Potter had gehoord" snauwde Draco. "Maar hij denkt dat hij heel wat is omdat hij zogenaamd een dodespreuk heeft overleefd". Nai fronste haar wenkbrauw. "Dodespreuk overleefd? Dit hoor ik voor het eerst" gaf ze toe. "Dan heb je nog veel te leren" grijnsde Draco.
Nai genoot de rest van de avond van al het eten, drinken, toetjes en maakte kennis met een aantal medegenoten bij Zwadderich. Het was raar, maar voelde goed. Aan het eind van het grote diner liep Nai met de andere eerstejaars naar de afdelingskamer van Zwadderich. Verscholen in de kelder, kruipend door een gat, kwam Nai terecht in een groenige kamer die er verder knus uitzag. Door de ramen zag zij alleen maar water dat er juist voor zorgde dat de kamer groen leek. De haard brandde. "Meiden naar links. Jongens naar rechts. Jullie spullen staan al klaar" gaf de afdelingsoudste aan. Nai raakte op. Voor haar gevoel had ze al uren erop zitten, terwijl het nog altijd 1 september was. Voordat ze naar boven liep zag zij nog een aantal ouderenjaars naar Draco toelopen. Die Draco moest ook wel bekend zijn dan. Plots hoorde ze een bekende naam. "Welkom Draco, mijn naam is Kai. Kai Westerne. Ik ben een jaar eerder begonnen en daarom al tweedejaars". Nai bekeek de jongen goed. Was dit echt haar broer Kai?
Nai vluchtte naar boven. Bij een groot hemelbed stond een grote koffer met haar naam erop. Nai maakte deze open. In deze koffer zaten alle spullen die zij moest hebben. Toverstok, boeken, kleding. Nai plofte neer op haar bed. Ze was op. Perkamentus, Zweinstein, Zwadderich, Kai, verleden veranderen. Voordat ze in slaap valt schiet nog een keer het beeld van de blonde jongen voorbij. Wie is het? Wat heeft hij hiermee te maken? Hoe en wat moet zij gaan veranderen.
![](https://img.wattpad.com/cover/242792438-288-k455983.jpg)
JE LEEST
Timeturner/tijdverdrijver
FanficEindelijk is het 1 september, de dag dat Nai 18 wordt. Al 18 jaar leeft zij haar doodgewone Dreuzel leventje, die haar prima bevalt. Op haar verjaardag krijgt zij bezoek van een eigenaardig persoon, die beweert de grote tovenaar Albus Perkamentus te...