48. In het dorp

558 35 0
                                    

Angel~

Meteen wanneer het kleine veerpontje de kant raakt spring ik ervan af en begin ik te rennen. precies twee minuten geleden hoorde ik een gil over het water kaatsten. Dat betekend dat het lijk is gevonden. Ik weet niet hoe lang het duurt voor men erachter komt dat ik hierachter zat, maar een ding weet ik wel. En dat is dat ik moet maken dat ik wegkom.

"Kom Kiezel!"

Samen rennen we de heuvel op. Wanneer we bovenaan komen, zie ik aan de voet een klein dorpje liggen. ik hoor mijn maag rommelen, dus  stop ik even en kijk in mijn rugzak. Een akelige geur van rottend vlees komt me tegemoet en ik haal mijn neus op. Op de bodem van de tas ligt Saskia's arm, verder is de tas leeg. Het vlees is gaan rotten, ik zie zelfs een paar maden rondkruipen. Dat is verre van eetbaar...

"Gadverdamme..."

Ik gooi de tas in de struiken en ren richting het dorpje. Daar zal toch wel iets eetbaars te halen zijn?

Wanneer we bij het dorpje aankomen komt Kiezel dicht bij me lopen en kijkt schuw om zich heen, zachtjes grommend naar de stille straat. Ik kijk om me heen, maar zie niets om me zorgen over te maken.

"Rustig maar Kiezel, er is hier niets!"

Ik kalmeer hem en aai hem zachtjes over zijn kopje. Ik wil een winkel inlopen, wanneer ik me iets realiseer. Een, ik heb geen geld. twee, ik word gezocht. en drie, het is zes uur s'morgens... de winkels zijn nog niet eens open. Zuchtend laat ik de deur van de winkel los. Eerst moet ik ervoor zorgen dat ze me niet meer herkennen. Ik kijk in het rond en zie een kapotgeslagen bierflesje liggen. Ik pak een van de scherven en snij een stuk van mijn haar eraf. Grote plukken haar vallen op de grond. ik kijk in de weerspiegeling van de winkelruit. Tevreden lach ik naar mezelf.

"Ik herken mezelf nauwelijks!"

Snel raap ik de haren op en stop ze in mijn zak. Als iemand die haren ziet, heb ik ze voor niks afgeknip- eh.. gesneden. Nu het geld. Weer werk gaan zoeken? Meteen werp ik de gedachte weg. Ik kan het me niet veroorloven om lang op een plek te blijven. Ze zullen me komen zoeken, en dit is natuurlijk een best wel voor de hand liggende plek. Ik moet alleen wat eten en drinken inslaan en dan maken dat ik hier wegkom. In gedachten verzonken loop ik naar het eind van de straat.

Wanneer ik de hoek omsla, stop ik meteen met lopen. Geschokt haal ik adem.

De persoon die voor mij staat, ken ik maar al te goed...

-----------------------------
Heyhey, Tia hier,
sorry dat ik zo lang niet geupdate heb, ik had een writersblock...

AngelWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu