14 april 1912
"U spreekt Vlaams?"
"Inderdaad."
"Uw achternaam doet nochtans vermoeden dan u Engelse bent."
"Mijn moeder is Vlaamse en mijn vader is een Engelse hertog.", aan hoeveel Vlaamse boeren had ik dat nu al moeten uitleggen.
"Nu ja. Ik zal vragen aan Michiel of dat hij u kan ontvangen."
"Dank u."
Ik zuchtte en opende mijn parasol. De zon scheen al erg hard voor begin april. Een koets reed voorbij en ik deed een stap naar links, verder de geplaveide markt op. Een vuile plas water spetste op de plaats waar ik juist gestaan had en ik trok mijn neus op.
"My Lady?", een jongeman van mijn leeftijd kustte mijn hand en stelde zich voor als Michiel Bossen.
"Jongeheer Bossen, wat fijn dat ik u kan ontmoeten."
"Het genoegen is geheel aan mij kant juffrouw...", hij liet een stilte vallen om duidelijk te maken dat hij naar mijn naam zocht.
"Johnston, Louise Johnston."
"U bent Engelse?"
"Inderdaad mijn vader is hertog maar mijn moeder is Vlaamse.", ik onderdrukte de neiging om te zuchten.
"Daarom dat u onze taal zo goed beheerst. Sta mij toe u rond te leiden in onze fantastische stad."
"Dat lijkt me heel aangenaam.", ik plakte een glimlach op mijn gezicht. Deze man was charmant, té charmant.Wat ik altijd al irritant heb gevonden is dat ik eerst wat tijd moet doorbrengen met mensen voor ik hun aura kan lezen. Dus toen Michiel op het einde van de dag mij bracht naar een koets kon ik me pas openstellen voor zijn aura, ik wenste dat ik wit licht ging zien, wat wou ik dat graag! In plaats daarvan was zijn ziel dieppaars. Die kleur hoort bij versierders en passionele mensen. Ik keek beteuterd en stapte de koets in. Michiel wuifde me na en ik draaide mijn hoofd weg van het raam, rolde mijn ogen en doorstreepte zijn naam op het lijstje.
15 april 1912
"Titanic is gezonken! De Titanic is gezonken!"
De enige zin die je overal hoorde, wenende mensen, bezorgde mensen, verbaasde mensen. Overal zag je hen en het aura van de stad (die kon ik gelukkig wél altijd zien!) was zwart. Geen enkele hoop meer. Als een onzinkbaar schip vergaat, hoe kan je dan nog ergens vertrouwen in hebben? Ik reed weg van Antwerpen, weg van alle grote steden. Steden zoals Gent en Brugge. Ik moest ergens naartoe waar de mensen iets anders om zich heen hadden dan zwart. Mijn koets reed langs Knokke en in het aura van de stad zag ik zwart, ik verdronk bijna in het zwart. Maar er was toch één puntje die anders kleurde. Geel, geel van hoop. Ik riep de koetsier dat hij moest stoppen, sprong van de koets en gaf hem een fooi. Met sierlijke passen wandelde ik Knokke binnen. Verder op de weg kon ik een paard huren, ik zocht tussen de merrie's en vond een beeldig wit exemplaar. Ik kocht haar, uit pure ironie dat ik al heel mijn leven naar wit zoek.Het gele aura zoeken was niet zo moeilijk eenmaal aangekomen was er immers maar 1 iemand die niet verdrietig keek.
"Excuseer jongeman, zou ik u iets mogen vragen?"
"Valt te zien wat."
"Bent u niet droevig dat de Titanic is vergaan?", ik zette mijn meest onschuldige gezicht op.
"Zeker, maar waarom zouden we stil blijven staan bij het verleden als het heden hetgeen is wat telt?"
"Inderdaad, mag ik me voorstellen, Lady Louise Johnston.", ik stak mijn had uit, hij schudde die en zei:
"Ulriek Schneidder, aangenaam juffrouw Johnston."
"Eens gelijks jongeheer Schneidder.", ik glimlachte, deze jongen deed me denken aan Uriël, goedgemutst en vol levenswijsheid.
"Mag ik u iets vragen?", ik keek hem vriendelijk aan.
"Natuurlijk."
"Waar kan je lekker eten? Ik sterf echt van de honger!"
"Sta mij toe u te vergezellen, dit is mijn stad en u bent hier duidelijk nog nooit geweest. Engels?"
"Inderdaad."
Hij stak zijn arm uit en ik nam die aan. Samen wandelde we naar een gezellig bistrootje.
"Juffrouw Johnston, als ik u vragen mag, waarom reist u helemaal alleen naar een onbekend land als België?"
"Ik ben al blij dat u niet vraagt waarom ik Vlaams kan," ik lachtte om mijn eigen grapje en werd toen weer serieus, "mijn ouders wouden mij op de Titanic naar Amerika zetten, maar ik wou Europa niet verlaten dus ben ik weggelopen.", vervormde versies van de waarheid zijn geen leugens... Dat is toch wat ik mezelf al heel m'n leven lang wijsmaak.
"Dan heb je geluk gehad."
"Inderdaad... Mijn verloofde zit op die boot.", ik snikte, "Of ja... Zát. Wie weet waar hij nu is."
"Juffrouw Johnston dat moet vreselijk zijn, maar u kan niet stil blijven staan. De beste manier om de pijn weg te krijgen is opnieuw beginnen."
Ik was stomverbaasd, het kon even goed Uriël zijn die hier tegen mij zat te praten.
"Zegt u alstublieft Louise. Zou ik u nog iets mogen vragen?"
"Natuurlijk."
"Schneidder, dat is Duits, is het niet?"
"Inderdaad Louise, ik ben van Duitse afkomst. Een Knokse dame ontdekte mijn talent voor poëzie en nu zit ik hier. Gedichten schrijven en er de kost mee verdienen.", Uriël leek trots, alsof hij echt was opgeklommen wat betreft sociale situatie.
Mijn vreugde kon niet op, op 16 jarige leeftijd heeft deze jongeman al iets bereikt. Wacht, was hij wel 16?
"Jongeheerd Schneidder," begon ik.
"Alstublieft, zegt u maar Ulriek!"
"Natuurlijk, Ulriek. Als ik vragen mag hoe oud bent u?"
"U bent ook niet van gisteren hé, inderdaad ik ben nog erg jong om al naam te hebben gemaakt, maar toch is het waar. Ik ben 16 jaar Louise. 16 jaar 3 maanden en 25 dagen."
Ik stond met mijn mond vol tanden de datum klopte! Normaal gezien is een uur doorbrengen veel te kort om zijn aura te zien maar ik moest het proberen. Mijn eerste poging mislukte, mijn tweede ook. Bij de derde zette ik zoveel mentale kracht in dat ik per ongeluk een engel had opgeroepen. Uriël.
"Rose, je weet dat het zinloos is dat je dit probeert je kan het niet. Ik zal je helpen.", ik hoorde een zucht. Maar ik negeerde hem en blee me concentreren. Terwijl Uriël de wijn aan het proeven was voelde ik zweetdruppeltjes op mijn voorhoofd parelen.
Uriël legde een hand op mijn schouder en ik voelde mezelf sterker worden ik dacht aan muziek, liefde, geluk, spelende kinderen...
Ik keek weer op naar Ulriek en zag een helder witte krans rond hem. Ik had mijn beatae gevonden.
JE LEEST
Engelen Ziel (Voltooid)
Historische RomaneRosemarie Kingstone. 16 jaar. Paranormaal begaafd. Ja, inderdaad, maar niet zonder reden. Rose heeft een missie opgedragen gekregen van de aartsengelen. Stop de Apocalyps. Maar. Wat als je ontdekt dat heel je leven een leugen was? Wat als je ontdekt...