"Je-je gaat Fenna vervangen?" Bram kijkt zijn chef stomverbaasd aan. Evert heeft zijn handen tot vuisten gebald en staart strak voor zich uit. Van Zijverden slikt. "Het spijt me... Ik weet dat dit vreselijk lastig is, maar het kan niet anders." Evert kijkt op, zowel woede als verdriet zichtbaar op zijn gezicht. "Dat meen je niet." Zijn stem is zacht, maar klinkt wel dreigend. Liselotte legt haar hand op zijn schouder en geeft er een zacht kneepje in. Van Zijverden opent zijn mond om wat te zeggen, maar dan gaat zijn telefoon. Hij werpt een blik op het scherm, kijkt Evert verontschuldigend aan, en neemt dan op.
Na een kort gesprek, kijkt Van Zijverden weer naar zijn rechercheurs. "Jongens, melding van een overval in het centrum." Hij zucht. "Kunnen jullie gaan? Dit gesprek maken we later af." Bram knikt kort. Evert staat op en grijpt zijn jas van de stoelleuning. Van Zijverden kijkt hem aan. "Evert? Kan je dit aan nu?" Everts blauwe ogen richten zich op zijn chef. "Ja." Antwoordt hij nors. Dan grist hij zijn autosleutels van zijn bureau en beent hij de deur uit, met Bram op zijn hielen. Buiten houdt Bram Evert tegen. "Geef mij die sleutels." Beveelt hij. Hij houdt zijn hand op, en uiteindelijk krijgt hij de sleutels erin. Hij opent de auto en gaat achter het stuur zitten. Als Evert naast hem zit, kijkt hij even opzij. "Gaat het, Evert?" Hij knikt, maar houdt zijn blik afgewend waardoor Bram twijfelt. "Ik moet straks op je kunnen vertrouwen hè?" Evert zucht diep. Hij wrijft over zijn voorhoofd, en kijkt Bram dan aan. "Komt goed." Belooft hij.
Eenmaal op locatie zien Bram en Evert gelijk waar ze heen moeten. Er staat een grote mensenmassa om een van de winkels. De rechercheurs trekken hun kogelvrije vesten aan en dringen door de massa heen. Voorzichtig gaan ze de winkel in en nemen ze de situatie in zich op. Een man met bivakmuts heeft een wapen gericht op de caissière, die trilt van angst en totaal verlamd van schrik lijkt. Hij draait zich razendsnel om als de rechercheurs binnenkomen. "Wegwezen." Beveelt hij, uiterst kalm. Bram zet een stap naar achteren, Evert blijft staan. Hij heft zijn handen in de lucht. "Ik doe niks, maar laat jij je wapen dan zakken?" de man met bivakmuts richt zijn wapen nu op Evert. "Nee. Weg. Laat me met rust." Zijn hand trilt niet, hij lijkt precies te weten wat hij doet.
"Evert?" Brams stem klinkt dwingend. Ze hebben versterking nodig, hij is er zeker van, en Evert zou het ook moeten weten. Maar de blonde rechercheur beweegt niet. Langzaam brengt Bram zijn hand weer naar zijn wapen. Als Evert echt niet gaat bewegen, wil Bram voorbereid zijn op wat er ook komen gaat. Evert staat rechtop, zijn handen nog steeds in de lucht. Dan zet hij ineens een stap naar voren. Het schot volgt meteen. Bram trekt meteen zijn wapen en richt het op de overvaller. Met een goed geplaatst schot in de arm is de man uitgeschakeld. Bram slaat hem snel nog in de boeien, dan knielt hij naast Evert, die een hevig bloedende wond op zijn been heeft.
Niet lang daarna ligt Evert in een ambulance. Bram zit naast hem, en probeert over het geluid van de sirene heen aan Van Zijverden uit te leggen wat er gebeurd is. Halverwege trekt Evert de telefoon uit zijn handen. "Inschattingsfout. Ik leg het straks wel uit." Dan hangt hij op. Bram is verontwaardigd, maar stiekem ook wel opgelucht. Evert is zo bleek geworden door het bloedverlies, en zijn wond is ernstig genoeg om met sirenes naar het ziekenhuis gebracht te worden, Bram maakte zich wel even echt zorgen.
Als ze bij het ziekenhuis aankomen, staat er al een arts klaar. Evert herkent haar voor zij hem herkent. Pas als ze zijn naam hoort van de ambulancebroeder gaat er een flits van herkenning over haar gezicht. Ze kijkt naar Evert. "Meneer Numan? Dat is nog niet zo lang geleden." Ze lijkt wat verbaasd te zijn. Evert glimlacht vriendelijk naar haar. "Dokter Wolters. Risico's van het vak denk ik." De pijnstillers werken goed en ze maken hem ontspannen en vrolijk. Hij laat zich naar binnen rijden en kijkt naar Bram, die met hem meeloopt en een zenuwachtige blik op zijn gezicht heeft. Evert tikt zijn arm aan. "Het komt wel goed." Bram zucht. "Zullen we die conclusie aan de artsen overlaten?" Wolters draait zich om. "Ik ben het denk ik wel met meneer Numan eens." Ze glimlacht zwakjes.
———————
Evert, Evert, Evert toch.... 🤔🤔

JE LEEST
Opoffering
Fanfiction"Als ik dit doe, dan ga ik dood. Als ik dit niet doe, dan gaan we allemaal dood."