Hoofdstuk 13

316 20 4
                                    

Geschokt hoort Van Zijverden het verhaal van zijn rechercheurs aan. Hij begint heen en weer te ijsberen, en werpt een blik op zijn team. Liselotte heeft haar armen stevig om haar zoontje heengeslagen, en haar gezicht tegen zijn kleine schoudertje aangedrukt. Evert staart uit het raam. Hij lijkt ongeïnteresseerd, maar zijn rode ogen verraden dat hij ontzettend emotioneel is. Bram tikt nerveus met zijn vingers tegen de leuningen van zijn stoel. Na een tijdje springt Evert op, en begint hij ook te ijsberen. "Er moet toch iets zijn wat we kunnen doen?" Nadat Fenna in het busje was gestapt, had het even geduurd voor er weer iets gebeurde. Op het moment dat de motor startte, klonk er een harde knal, dat de rechercheurs gelijk hadden herkend als een pistoolschot. Evert had zichzelf niet meer kunnen bedwingen en was naar het busje toe gesprint, maar voordat hij het voertuig bereikt had, was het hard weggereden.

Liselotte drukt haar gezicht nog steviger tegen Thomas aan. Ook zij kan zich het schot nog goed herinneren. Heel even had ze gehoopt dat het Fenna was, die op magische wijze een wapen tevoorschijn had getoverd en haar ontvoerder uit had geschakeld. Maar op het moment dat het busje wegreed, wist ze dat het niet zo was. Liselotte aait over de rug van haar zoontje. Ze was zielsgelukkig, dat korte moment dat ze hem in haar armen kreeg en Fenna haar jas nog niet had geopend. Nu heeft ze gemengde gevoelens. Ze is blij dat ze Thomas weer terug heeft, maar nu is Fenna weg, en dat is haar schuld.

Evert kijkt Van Zijverden wanhopig aan. "Er moet toch iets zijn?!" Roept hij uit. Van Zijverden zucht diep. Hij had Evert de eerste keer ook gehoord, maar hij moet dit nieuws even verwerken, en dan nadenken over een oplossing. Evert zucht. "Het kan toch dat-dat Fenna niet... Dat ze niet geraakt is? We moeten dat busje vinden!" Hij snapt niet waarom zijn teamgenoten niet fanatieker meezoeken naar oplossingen. Bram kijkt op. "Je hebt dat schot toch gehoord, gast? Als het Fenna was met het wapen dan was ze uit dat busje gestapt... Fen i-is..." Hij slikt, hij kan het niet zeggen. Evert schudt zijn hoofd. "Het is Fenna, die heeft zich wel vaker uit benarde situaties gered. Toen met die explosie, toen dachten we ook dat ze-dat ze..." Hij haalt diep adem. "Fenna redt zich wel. Zo lang ik geen-geen dode Fenna zie, is ze godverdomme niet dood!"

Langzaam kijkt Liselotte op. Ze kan de wanhoop van Evert niet aanzien. Zelf weet ze niet wat ze gelooft, het is waar dat Fenna zichzelf vaker heeft gered, maar Liselotte ziet niet in hoe ze dat nu voor elkaar gekregen zou hebben. Toch richt ze zich iets op. "We moeten Fenna traceren." Zegt ze met schorre stem. Van Zijverden kijkt haar aandachtig aan. "Hoe?" Is zijn enige vraag. "Fenna's zender is kapot." Liselotte knikt. "Maar we kunnen het nummerbord van de bus traceren." Ze staat op, geeft Thomas aan Bram, en gaat achter het bureau van Van Zijverden zitten. Al snel heeft ze de benodigde informatie voor zich. "Bus staat op naam van... Laurens Keuning." Ze ziet Evert al naar de deur lopen. "Wacht, bus is gestolen." De blonde rechercheur zucht diep. "En nu?"

Liselotte is alweer aan het typen. Op deze manier voelt ze zich in elk geval een klein beetje nuttig. Met een diepe zucht moet ze na een tijdje concluderen dat ze de bus niet kan vinden op de verkeerscamera's. "We weten ook niet waar dat ding heen is gegaan nadat het van de dijk wegreed." Mompelt Bram. Van Zijverden knikt. Evert laat zich moedeloos op een stoel zakken. Na een paar minuten stilte wordt er op de deur geklopt. Een van de agenten uit de meldkamer komt naar binnen, met een briefje in haar hand. "We hebben een melding gekregen van verlaten busje bij de speeltuin op de Marialaan. Volgens de vrouw die belde lag er een plas bloed in. Gaan jullie even kijken?" Evert veert op en pakt het briefje uit haar hand. "7-IDH-28" Leest hij voor. Liselotte springt op. "Dat is hem!" Roept ze uit. Bram staat ook op. Hij geeft Thomas aan Van Zijverden, die het jongetje aarzelend aanpakt. Dan kijkt hij zijn rechercheurs aan. "Rustig doen, blijf professioneel." Is zijn opdracht. Het drietal knikt. "En Liselotte, neem materiaal mee zodat je een monster van het bloed kan nemen." Na nog een knikt verdwijnt het drietal uit zijn kantoor. De woorden die Van Zijverden niet uitsprak drukken zwaar op ze; ze moeten kijken of dit bloed van Fenna is.

———————-
Beetje laat want kamp met studie ennnn is gezellig dus tijd vergeten dusss. Maar dit is deel 13 alweer 🎉

OpofferingWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu