Hoofdstuk 13

3.5K 45 11
                                        

De rit naar het ziekenhuis is stil en gestrest. Zodra we aankomen snel ik me uit de auto en loop ik naar binnen. Ik zie April staan en snel me naar haar toe. Ik trek haar in een omhelzing en zucht even diep in en uit. 'Het is mijn schuld.' Zegt ze overstuur. 'Nee, dat is het niet. Niemand kon hier iets aan doen.' Zeg ik proberen om haar weer rustig te krijgen. 'Is er al meer nieuws?' Vraag ik aan Olivia die nu naar ons toe komt lopen van de balie. Ze schudt haar hoofd en kijkt even naar de grond. 'Ze is nog niet bij bewustzijn en ze doen nog een paar onderzoeken.' 'Heb je Mats gebeld?' Vraagt April zacht. Ze knikt en zucht even. 'Hij zou de rest inlichten.' We knikken en nemen plaats in de wachtkamer. 

Na zo een anderhalf uur komt er een dokter naar ons toegelopen. 'Weet u al iets? Mogen we naar haar toe?' Vraagt April nerveus. 'Ja, dat mag. Maar ze moet wel rust houden. Dus een beetje rustig aan.' Zegt hij serieus. We knikken en lopen achter hem aan naar de kamer waar Jade ligt.

We lopen naar binnen en zien Jade op bed liggen. 'Hé.' Zegt ze met een zwak glimlachje. 'Hé.' Zeggen we terwijl we naar haar toe lopen. 'Nou, dat is niet hoe ik verwacht had dat de dag zou verlopen.' Zegt ze zacht. April trekt haar in een omhelzing en lacht even. 'Jeetje wat heb je me laten schrikken.' Lacht ze. 'Je ouders zijn onderweg.' Zegt Olivia glimlachend. 'Dank je.' Ze kijkt even naar Luke en wordt langzaam rood. 'Oké wij gaan weer. Morgen zijn we terug.' Zeg ik terwijl ik naar haar knipoog. 

We lopen met zijn allen naar buiten behalve Luke. 'Ik moet eigenlijk gaan.' Zegt Ben die naar de tijd kijkt. Ik knik en trek hem in een omhelzing. 'Doei.' Zeggen we tegelijl. 'Mats is er ook om mij op te halen.' Zegt Olivia terwijl ze haar berichtje bekijkt. We knikken en wuiven haar gedag. 'Ga jij ook naar huis?' Vraag ik aan April. 'Nee, ik wacht even op haar ouders.' Zegt ze vastbesloten. Ik knik even en kijk naar de klok. 'Ik ga even wat water halen.' Zeg ik kort. Ze knikt en ik loop door de gang naar een automaat. 'Summer? Wat doe jij hier?' Ik draai me om en zie Shane staan. 'Wat doe jij hier?' Vraag ik met een opgetrokken wenkbrauw. 

'Je weet waar ik me mee bezig houd. Dan raken er wel eens mensen gewond. Ook van je eigen team.' Zegt hij schouder ophalend. 'Nu jij.' Zegt hij opdringerig. Ik zucht even en kijk hem dan aan. 'Jade is nu net aangereden.' 'Is ze oké?' Vraagt hij. 'Alsof jou dat wat interesseert.' Zeg ik spottend. 'Anders zou ik het toch niet vragen.' Grinnikt hij. 'Ze is weer bij bewust zijn. Luke is nu bij haar en haar ouders zijn onderweg.' Hij knikt en kijkt me dan even bedenkelijk aan. 'Moet je nog wat eten?' Vraagt hij. 'Nee dank je.' Zeg ik hoofdschuddend. Net nadat ik nee zeg begint mijn maag geluid te maken. We moeten beiden lachen en hij kijkt me weer even aan. 'Het voorstel staat nog steeds.' 'Oké goed dan.' Grinnik ik. Ik stuur Luke en April een berichtje dat ik naar huis ben. 

Ik loop met Shane naar buiten en volg hem naar de parkeerplaats. 'Waar wil je naartoe?' Vraagt hij. 'De Macdonalds is goed. Dan kun je me daarna afzetten.' Zeg ik serieus. Hij zegt niks, maar grijnst alleen. 

Eenmaal aangekomen bestellen we wat en rijdt hij weer weg. 'Uhm, mijn huis is de andere kant op.' Zeg ik fronsend. 'Ik ga je nog niet naar huis brengen.' Zegt hij simpel. 'Wa-' Ik zucht en laat het maar. Ik ga hem toch niet kunnen om praten.

Hij rijdt een oprit op en ik kijk mijn ogen uit. 'Waar zijn we?' Vraag ik terwijl we uitstappen. 'Mijn huis.' Zegt hij triomfantelijk. 'Erm, ik dacht dat we met het feest bij jou thuis waren.' Zeg ik fronsend. 'Klopt, maar dat is ons feest huis. Dit is mijn woonhuis.' Zegt hij terwijl hij de deur van slot draait. Ik kijk hem met nauwe ogen aan en schudt mijn hoofd. 'Je hebt een "feesthuis"?' Zeg ik afkeurend. 'Mhm. Zoals je zei, je weet wat ik doe. Denk je nu echt dat de maffia allemaal random mensen in zijn huis binnen laat?' Lacht hij sarcastisch. 'Ik had je iets slimmer ingeschat.' Ik zucht en kijk wat rondom. 'Kom je nog naar binnen?' Vraagt hij. 'O, ik mag wel het echte huis in van de maffia?' Vraag ik terwijl ik een wenkbrauw optrek.

'Kom nu maar binnen voordat je kou vat of dat ik me bedenkt.' Grinnikt hij. 'Doe maar niet alsof het je wat boeit of ik ziek wordt of niet.' Hij rolt zijn ogen en sluit de deur achter ons. Ik kijk mijn ogen uit zodra we binnen zijn. 'Wow.' Ik hoor Shane achter me lachen en negeer hem maar. 'Hallo daar.' Ik kijk opzij en zie Nathan staan. 'Summer was het toch?' Vraagt hij. Ik knik en kijk naar een andere jongen die er ook bij komt staan. Jace, Jace Kepler.' Grijnst hij. Ik knik en loop verder. 'Dat is niks persoonlijk. Het duurt even voordat je het verdiend om haar naam te weten.' Zegt Shane lachend. 'En als het aan mij zou liggen, dan had jij hem nog steeds niet geweten.'

Hij negeert mijn opmerking en zet het eten op tafel. 'Meen je dat, wij hebben al gegeten.' Zegt Jace teleurgesteld. 'Jammer  joh.' Antwoord Shane schouder ophalend. Ik pak mijn iced frappuccino en mijn frietjes. Ik negeer Shanes aanwezigheid en kijk wat op mijn telefoon. Ik word gebeld door Luke en neem op. 'Hé Luke.' Zeg ik vrolijk. 'Summer. Ik blijf hier vannacht. Het is Jade, het gaat niet goed. Ze weten niet wat er aan de hand is maar het gaat niet goed.' Zegt hij, aan zijn stem te horen, nerveus. Ik sta op en haal even diep adem. 'Het komt goed Luke.' Zeg ik meer tegen mezelf dan tegen hem. 'Waar ben jij?' Vraagt hij. 'Erm, ik ben bij Olivia.' Lieg ik. Ik voel Shanes ogen op me branden, maar ik negeer hem nog steeds. 'Luke?' Vraag ik zacht. 'Houd je me op de hoogte?' 'Natuurlijk.' Zegt hij zacht. We hangen op en ik probeer de tranen tegen te houden.

Shane ziet het en komt naar me toe gelopen. 'Wat is er?' Vraagt hij. Ik schud mijn hoofd. En ga gestrest met mijn hand door mijn haar. Hij trekt me in een omhelzing. Verast door zijn actie blijf ik even stilstaan. Het maakt me allemaal even niet uit en sla mijn armen ook om hem heen. 

'Wat is er?' Vraagt hij. 'Het gaat slechter met Jade. Ze weten niet of ze het gaat halen.' Zeg ik overstuur. Hij zucht even en probeert me gerust te stellen. Hij pakt mijn hand en ik volg hem even. 'Hier neem plaats.' Zegt hij glimlachend. Ik kijk hem bedenkelijk aan en kijk dan naar de enorme bank. Ik doe wat hij zegt en neem plaats. Hij loopt weer weg en na zo een 3 minuten komt hij terug. 'Hier.' Hij overhandigt me een mok en ik grinnik zodra ik zie wat er in zit. 'Warme chocomelk met slagroom.' 'Dan zit je eigenlijk altijd goed.' Zegt hij schouder ophalend. 'Klopt.' Antwoord ik nadat ik een slok heb genomen. 

Hij zet de televisie aan en start Netflix op. 'Het verbaasd me dat je geen mini bioscoop hebt in dit gigantische huis.' Zeg ik spottend. 'Die heb ik wel, maar dit was dichterbij.' Ik rol met mijn ogen en negeer hem weer. 'Laten we maar gewoon een film opzetten. Dan kun jij je gedachten op iets anders zetten.' Ik knik en drink mijn chocomelk verder op. 

Ik kijk even naar Shane maar die zit aandachtig naar de film te kijken. Het is één of andere comedy. Ik zet mijn mok op tafel en neem terug plaats op de bank. Ik probeer de film een beetje te volgen om mijn gedachten op wat anders te zetten. 



De maffiaWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu