Part 76

3.2K 81 0
                                    

• POV Jake •

Ik loop het pad op. Ik wil op de bel drukken maar voordat ik dat kan doen word de deur al open gedaan. Emma staat daar en kijkt me met grote ogen aan. Ik schud enkel met mijn hoofd. Haar schouder laat ze hangen en ze kijkt me verdrietig aan. Ik zucht en sluit haar in mijn armen. 'Ik weet het Em.' zucht ik. Ze staart me alleen maar aan. Ik druk een snelle kus op haar voorhoofd en sluit de deur dan achter me. Ik loop naar de woonkamer en ik zie iedereen onderuit gezakt in de stoel zitten.

'Ey gast! Heb je al wat gehoord?' 'Nope. Toen in wakker werd was Niels weg. Er lag een briefje op tafel dat hij weer naar het ziekenhuis was.' zeg ik en ik ga naast ze op de bank zitten. 'Maar ik moet jullie echt wat vertellen. Je raad nooit wat er gister is gebeurd.' 'Dit kan nooit veel goeds betekenen.' hoor ik Jason naar me mompelen. Ik grinnik maar kijk hem dan aan. 'Gister nadat Niels en ik uit het ziekenhuis kwamen is Niels bij mij blijven slapen. Ik ging douchen maar toen werd ik ineens geroepen dat er iemand voor de deur stond. Dan mogen jullie raden wie het was.' 'Je pa?' Ik geef Jason een moordende blik maar vertel dan weer verder. 'Brandon.' Meteen worden hun ogen groot. 'Wat moest die klootzak?' vraagt Luc met zijn kaken op elkaar geknepen. 'Hij heeft de waarheid verteld.' zucht ik. Meteen kijken ze me met grote ogen, vragend aan. 'Hoe bedoel je?' 'Om het even in het kort te zeggen,' zucht ik. 'Brandon werkte voor de vader van Liv. Toen ze bij ons kwam was het zijn taak ok haar in de gaten te houden en daar kreeg hij veel geld voor. Alles ging prima tot dat ze verliefd werd, op mij. Het was nooit zijn plan om mij of Liv te ontvoeren. Tenminste dat zegt hij. Toen gingen Liv en ik uit elkaar, hij heeft nooit meer wat van de man gehoord tot gister avond dus. Hij kwam aanlopen en toen stonden er al twee mensen. Die Bart en haar vader. Haar vader heeft gevraagd of Liv weer voor hem wilde werken maar ze wilde niet. Toen is ze neergeschoten en het appartement in de fik gezet. Met z'n drieën hebben ze het appartement verlaten maar Bart en Brandon hebben de hulpdiensten gebeld.'

Emma is wit weggetrokken en heeft haar handen voor haar mond geslagen. 'En jij geloofd hem?' vraagt Sophie fluisterend. 'Ja. Zijn blik... hij loog niet.' Boos staat Luc op van de bank. 'Wat ben jij naïef.' 'Hoe bedoel je?' 'Luc heeft gelijk. Je weet toch dat je het over Brandon heb?' Luc steekt zijn handen in zijn zakken en kijkt me boos aan. 'Jullie waren er niet bij. Hij loog niet.' Ik kijk naar Luc maar hij ontwijkt mijn blik. Hij staart naar Jason en bijt zijn kaken op elkaar. Ik kijk naar Jason die moeilijk maar met een sprankje hoop in zijn ogen naar Luc kijkt. Luc zucht en meteen kijk ik hem aan. 'Best. Als jij het zegt.' Ik grinnik en sta op. Ik loop naar hem toe en geef hem een bro - hug. 'Je bent de beste.' fluister ik. Hij grinnikt en dan laten we los.
Emma staart nog steeds voor haar uit. 'Em het komt echt goed met Liv. Je kent haar toch?' 'Ze had al wakker moeten zijn. Ze ligt daar nou 3 dagen. Het is toch een kunstmatige coma?' 'De dokter heeft gezegd dat hij niet wist wanneer ze wakker werd. Niels is nu bij haar. Als ze wakker word hadden we dat echt wel geweten.' Ze knikt en kijkt me dan eindelijk aan. 'Je heb gelijk.' 'Ik heb altijd gelijk.' 'En daar is zijn ego weer. Ik dacht al, waar zou die blijven?' Ik grinnik en rol met mijn ogen. 'Maar goed, dat wilde ik jullie vertellen. Dus ik ga maar weer.' Ik draai me om, hoor iedereen die me gedag roept en loop dan de deur uit.
Ik besluit om maar meteen langs de supermarkt te rijden.

Ik parkeer de auto en stap uit. Met een hoog tempo loop ik naar binnen. Ik pak een karretje en gooi het vol met eten. Ik ben onderweg naar de kassa als ik word tegengehouden. Ik kijk op en voor mijn kar staat een meisje. Vol make up en een "verleidelijke" glimlach. Ik rol met mijn ogen en zucht.
'Ik ga jou aangeven voor stalker.' Ze begint enkel schaapachtig te lachen. 'Wat moet je?' zucht ik. 'Jeetje, je kan wel wat aardiger doen Jakie. Je weet dat wij voor elkaar zijn gemaakt.' 'Amber. Rot. Op!' Ik trek mijn kar los en wil me weer omdraaien als me iets doet stoppen. 'Ik hoorde dat Liv in het ziekenhuis ligt. Ze is er ernstig aantoe.' Meteen sta in stil en draai me naar haar om. 'Hoe weet jij dat?' sis ik. 'Ik heb zo mijn connecties.' Ze zet een stap naar voren en komt dicht bij me staan. Té dichtbij als je het mij vraagt. 'Je weet dat wij voorbestemd zijn. Je kan altijd naar me toe komen als het blijkt dat Liv het niet heb gehaald.' zegt ze op een zachte toon , alleen zodat ik het kan horen. Terwijl ze het zegt glijd haar hand over mijn lichaam en ze blijft hangen bij de knoop van mijn broek. Meteen grijp ik haar hand vast en duw haar ruw naar achter. Geschokt kijkt ze me aan. 'Jij blijft met je poten van me af. Ik zweer als jij ook maar in de buurt komt van Liv, mijn vrienden of van mij. Ik doe je wat Amber. Je weet dat ik niet bluf.' Ze trekt wit weg. Ik geef er alleen geen aandacht aan want mijn telefoon stroomt vol met berichten.

I want you 2 Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu