§ HOOFDSTUK 32 §

2.6K 104 10
                                    

P.O.V Danica

'Wat. De. Fack!!'

Geschrokken draai ik me om. Een man kijkt ons woest aan, zijn ogen veranderen naar rood. Geweldig, vampier!

Xandro veranderd naast me in zijn wolven vorm. Zijn wolf is best groot, en heeft een grijze vacht met her en der wat zwart. Dreigend gromt Xandro naar de vampier. De vampier laat zijn tanden groeien en sist dreigend terug.

Xandro rent op de man af en springt boven op hem. Hij neemt zijn hoofd in zijn bek en rukt hem er in één keer af. Wanneer het hoofd loze lichaam op de grond valt, blijft Xandro echter doorgaan met verslinden.

'Xandro,' sis ik fluisterend. Hij reageert niet en blijft doorgaan. Volgens mij heeft zijn wolf het overgenomen. Oké, Alpha McLogan zei tegen me dat ik een Hybrid stem, wat andere naar mij doet luisteren.

Focus, Danica, Focus.

Ik grom laag naar Xandro, die opkijkt en zich naar mij omdraait. 'Xandro, klaar nu!' brul ik met een aparte stem. Xandro piept en houd zijn kop laag. Een teken van spijt en onderdanigheid.

'We moeten die kamer in,' zeg ik. Xandro ademt één keer hard uit, als teken dat hij het begrijpt. Ik loop naar de grote deur toe en duw de deurkruk naar beneden. Zachtjes duw ik de deur open. Zodra de deur helemaal open is, zie ik dat we ons bevinden in nog een hal. Hoe groot is dit huis wel niet?!

Ik zucht gefrustreerd. 'Het moet een van deze deuren zijn,' Ik schrik op van Xandro zijn stem. Ik keer mij naar hem toe, maar kijk al snel de andere kant op. Langzaam worden mijn wangen rood. 'Had ff gewaarschuwd,' mompel ik beschaamd. 'Ach, kom op. Doe niet alsof je nog nooit iemand naakt hebt gezien,' zegt hij. Ik weet vrijwel zeker dat hij nu loopt te grijnzen. 'Haal die grijns van je smoel of ik sla hem er af,' sis ik.

'Je hebt nog nooit-'

'Nee, klaar nu. Hier, doe die gozer zijn broek aan,' onderbeek ik hem, terwijl ik naar het dode lichaam van de man loop die ik vermoord heb.

"Hebben we een onschuldige moord gepleegd?" vraagt Caillin plots. Ik verstijf van haar vraag. 'Ik-ik weet het niet.. Zou het?' stotter ik. "Misschien was hij niet onschuldig, hij is tenslotte een martelaar toch? Of-of misschien zijn onze ogen verandert, of zal de maangodin ons straffen," somt Caillin op. 'Caillin, chill.. We komen er snel genoeg achter,'

'Dani, mag ik die broek nog?' Ik schrik op en verbreek gelijk de link. 'Wat?'

'Die broek? Die je in je handen hebt?' vraagt Xandro. Ik kijk naar me handen, waar ik inderdaad een broek heb. Ik gooi hem snel naar Xandro toe en draai me van hem weg.

'Waar zat je met je gedachte?' vraagt Xandro, zodra hij de broek aan heeft. 'Nergens,' mompel ik. 'Laten we gewoon verder gaan, in één van deze kamers moet ze zitten,'

Xandro en ik lopen een beetje doelloos langs alle deuren, zonder ook maar één open te maken. Misschien dat ik haar geur herken..

Ik versterk mijn reukvermogen en zoek de juiste geur. Langs elke deur loop ik en neem de geur in mij op.

Weerwolf.. Vampier.. Weerwolf en vampier.. Weer vampier.. Een onbekende geur? Ik ruik nog eens goed en korte beelden van vroeger komen in gedachten. Hoe mijn moeder me trooste als ik in een dipje zat, hoe ze me knuffelde op mijn tiende verjaardag en hoe ze me knuffelde toen zij en papa weg moesten naar een andere pack.

'Xandro, volgens mij is het deze deur,' zeg ik. 'Hoe weet je dat zo zeker?' hij kijkt me twijfelend aan. 'Nou, ik ruik haar,' zeg ik op duh-toon. Xandro komt naast me staan en lijkt de deur in zich op te nemen. 'Zilver,' zegt hij dan. 'Wat?'

'De deur is van zilver,' zegt hij. 'Dan doen we het simpel,' Ik trek mijn mouw over mijn hand heen en pak voorzichtig de deurkruk vast. 'Zo lukt het wel,' zeg ik. Ik open de deur en duw hem gelijk open. Een aantal wezens kijken gelijk onze kant op. 'Maar kijk eens aan!' roept er één enthousiast. 'De dochter van Elenie, het zal eens niet,' gaat hij grijnzend verder.

'Waar is ze?' vraag ik boos. 'Ach, meisje,' grijnst hij.

"Jammer voor je meisje," Ik kijk de bloedzuiger in zijn rode ogen en voor ik het weet zet hij zijn tanden in mijn nek.

'Jij,' sis ik woest. 'Hoe kun je?!' schreeuw ik. De bloedzuiger begint luidruchtig te lachen. 'Het is een wonder dat je nog leeft,' zegt hij gefascineerd. 'Wat ben je? Een vampier? Een wolfje nog? Een Hybrid?' Bij het laatste kijkt hij mij met zijn gloeiende rode ogen aan.

Ik laat mijn Hybrid tanden en nagels groeien en ren schreeuwend op hem af. Woest duw ik hem tegen de muur aan. Een tikkeltje verbaast, van mijn kracht, kijkt hij mij aan. 'Prachtig,' fluistert hij. Ik grijp hem bij zijn keel en duw hem nog eens hard tegen de muur. Zijn gezicht verkrampt even van de pijn, maar hij herstelt zich snel. Hij duwt mij met veel kracht van zich af waardoor ik op de grond val.

'Waar is ze?! Waar is mijn moeder?!' schreeuw ik. 'Ik denk niet dat je dat wilt weten,' lacht hij. Xandro helpt me overeind en gromt naar de vampier. Alle andere vampieren in de kamer kijken toe naar het hele schouwspel voor hun.

Ik ren op Hybrid snelheid op de vampier af, duw hem tegen de muur en steek met al mijn kracht mijn nagels in zijn borstkas. De vampier zijn ogen worden groter en hij kijkt van mijn hand naar mij. 'Waar. Is. Ze.' sis ik. 'H-Hier naast,' zegt hij met pijn in zijn stem. Ik duw mijn nagels verder in zijn borstkas tot dat heel mijn hand er in gaat. De vampier schud wild zijn hoofd. Ik draai mijn hand een halve slag en hoor zijn ribben breken. Grommend grijp ik zijn hart vast en trek hem uit zijn lichaam. Als een hoopje afval gooi ik het op de grond en laat de rest aan Xandro over.

'Niets hoeft van hem over te blijven,' zeg ik emotieloos. Xandro grijnst en stapt op de vampier af. Ik loop naar de kamer hier naast en probeer te zien wat er allemaal is. Waarom is hier geen licht?

'Mam?' vraag ik zachtjes. Ik tast met mijn handen langs de muur tot ik het licht knopje vindt. Ik zet het licht aan en kijk langzaam de kamer rond.

Mijn adem stokt. Verslagen val ik op mijn knieën.

Mijn moeder. Mijn moeder hangt daar, aan het plafond. Met heel haar boven lichaam open gescheurd. Haar nek gebroken, haar nekwervels te zien.

'Nee.. Nee, nee, nee!' schreeuw ik gefrustreerd. Ik brul hard van woede.

Ik hoor Xandro de kamer binnen rennen.

'Dani, wat-' Xandro stopt met praten als hij haar ziet. Als een pop hangt ze daar maar.

Xandro zijn voetstappen komen dichterbij, tot ze voor mij stoppen. Hij gaat op zijn knieën voor mij zitten en tilt mijn hoofd omhoog. Hij slikt als hij mij in de ogen aankijkt.

'Wat?' vraag ik eentonig, met toch een gebroken stem. 'Ze zijn nu.. Rood.. Met ijsblauw..' zegt hij zachtjes.

Ik schud mijn hoofd langzaam. Mijn onderlip trilt van verdriet.

Xandro trekt me in een knuffel, en daarmee raakt hij de snaar.

Ik laat alles in zijn vrije loop gaan.

Tranen rollen over mijn wangen als regen.

Luide snikken verlaten mijn mond.

Woede verspreid door mijn lichaam

Ik ben van af nu, ongetemd.

A/N: Ik zal minder vaak kunnen uploaden, want ik heb sinds vandaag een baantje voorlopig. Tuurlijk ga ik wel zo veel mogelijk proberen te schrijven etc. Maar verwacht niet dat het nog elke dag word.

Ik zal het goed maken door soms twee hoofdstukken op één dag te uploaden.

Untamed | HerschrijvenWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu