Deel 32

1.6K 78 0
                                    

De volgende ochtend hoor ik mijn telefoon af gaan.
Ik kwam net de douche uit en greep naar mijn telefoon.
'Ja?' zei ik zonder te kijken wie belde.
'Zo wat een blije Amal.' Hoorde ik Ilias lachen.
'Oh, sorry. Ik hoorde hem niet. Ik nam op voordat er werd neergelegd.' Gaf ik toe.
'Ow. Maar dat maakt niet uit. Ik zou je weer hebben gebeld totdat je wel zou opnemen.'
'Mooi. Hoe is het?'
'Goed, goed. Met jou?'
'Prima.' Zei ik.
'Wat ga je vandaag doen?'
'Ik ga winkelen met Amira, me vriendin.' Zei ik. Hij wilde zeker afspreken. Maar daar had ik geen zin in.
'Ow, oke. Jammer. Wilde wel wat leuks met je doen vandaag. Maar dat zit er vast niet meer in hé.'
'Ja, sorry. Ze blijf vandaag de hele dag bij me.' Zei ik quasi teleurgesteld. Terwijl ik superblij was dat ik een excuus had zonder te liegen. Na dat ik had opgehangen kleedde ik me om en rende naar beneden bij het horen van de vrolijke stem van Amira. Ze was in gesprek met Walid.
'Ow, daar is die heks.' Zei walid lachend. hij lachte zijn meest sexy lachje. Ik schoof mijn hoofd naar zijn oor.
'Sorry, broer. Ze is bijna verloofd. Dus verboden terrein voor jou.' Zei ik zacht. Hij keek me scheef aan en gaf me een speelse duw.
'Ik kijk door je heen, schat.' Zei ik toen hij zijn Ik-Weet-Niet-Waar-Het-Over-Hebt blik opzette. Amira begreep hem gelukkig niet en trok me lachend mee de deur uit. We stapte haar vader's auto in en reden naar de boulevard.
Onderweg vertelde ik haar het hele verhaal van gisteren. Ze keek me geschokt aan.
'En nu? Ga je wel of niet naar dat feest?' vroeg ze meelevend.
'Ik wil juist gaan, vooral omdat ik het Samir beloofd heb. Maar ik wil hem ook niet boos maken.' Zei ik aarzelend.
'Zullen we gewoon gaan?' vroeg Amira.
'Oke.' Gaf ik aarzelend toe. Ik wist niet of ik hier goed aan deed. Ik schudde het nare voorgevoel van me af en maakte de middag gezellig met Amira. Niet wetend dat me morgen een koude douche te wachten staat....
De volgende dag werd ik vrij vroeg wakker. Er knaagde de hele tijd iets aan me maar ik verdrong het. Ik wist wel dat het ongetwijfeld met Hatim te maken had, en dat ik tegen zijn zin in zou verschijnen vandaag.
Hatim's perspectief.
Onrustig liep ik heen en weer terwijl Walid ontspannen op zijn zij lag. Hij knipperde slaperig zijn ogen. 'Laat me slapen, jonge. Je gaat toch niet verloven?' riep hij kreunend en trok zijn kussen op zijn hoofd.
'Je zusje komt ook hé.' Zei ik plotseling. Hij keek me scheef aan.
'Ze kent Souhaila.' Zei ik snel. Anders had ik moeten zeggen dat zij en Samir bevriend waren. En dat wilde ik haar niet aandoen. Aangezien ik met de dag steeds meer om haar begin te geven. Ik kan het maar niet uit mijn hoofd zetten. Wat er gisteren gebeurde.
'Maar dan komt ze het wel te weten hé.' Hielp Walid me doodleuk herinneren aan hetgeen ik juist zo veel mogelijk verdrong.
'Amal mag niet gaan oké?' beveelde ik.
'Hoezzo niet, breekt dan de hel los?' kwam hij onbewust akelig dicht bij de waarheid.
'Ja, Walid. De hel breekt los.' Gaf ik een bot antwoord.
'Wat doe je nou raar, man.'
'Niks, laat maar.' Zei ik terwijl ik gefrustreerd door mijn haar ging.
Walid liep hoofdschuddend de kamer uit.
Met een diepe zucht hees ik me in mijn mooiste en duurste kleding. Ik maakte mijn kapsel.
Ik weet dat ik vele harten sneller doe kloppen. En ik weet dat vele ogen mijn kant op draaien zodra ik de ruimte in kom. Maar nu doet het me helemaal niks meer. Ik wil dat ik Amal 's hartje sneller laat kloppen. En ik wil dat Amal naar mij kijkt.
Schoorvoetend liep ik achter mijn ouders aan de auto in.
'Hatim, mijn zoon. Ik ben trots op je.' Wreef mijn vader het er even doodleuk voor me in. Ik wou dat ik hetzelfde over mezelf kon zeggen. En mijn moeder? Die straalde helemaal.
Ik reed met hoge snelheid de ongeorganiseerde Marokkaanse snelweg op. Ik draaide de volumeknop hoger om de vragenvuur te vermijden. Ik perste mijn lippen stijf op elkaar en reageerde mijn ingehouden woede af op het gaspedaal.
Daar aangekomen, -gek genoeg zonder ongelukken- groette ik iedereen. Tot mijn ergernis begonnen me tantes te joelen en te juichen. Ik werd gegroet door een geplamuurde Souhailla.
Please, give me a break! Ik liep snel naar het dak en belde Walid op. Mijn broer, een deel van mij.
'Hello?' nam hij melig op. Ik negeerde zijn grappen.
'Luister, jij zorgt er maar voor dat jij hier binnen een kwartier bent, begrepen! Ik hoef niet te weten Hoe je dat voor elkaar gaat krijgen, maar als je hier niet binnen een kwartier bent, dan kom ik je halen. Begrepen!'
'Relax man. Ik ben al onderweg.' Stelde hij me gerust. Zonder resultaat natuurlijk. Ik liep snel de woonkamer in waar de mannen zaten. Alleen hier was ik veilig verwijderd van Souhaila.

Verwacht het meest onverwachteWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu