Deel 125

1.3K 65 14
                                    

Amal's perspectief.

Thuis aangekomen nam ik een douche, huilend, ging ik eten, snikkend, ging ik naar bed, huilend.
De volgende ochtend meldde ik me ziek. Na een half uur belde Rayan me meteen op. Ik had ook niets anders verwacht. Zodra hij erachter zou komen dat ik niet zou komen zou hij dwars liggen.
'Goedemorgen, je spreekt met Rayan, wat is de reden van jou ziekmelding?'
'De reden is dat ik ziek ben.' Zei ik op een domme manier. Mijn schorre huil stem hielp me daarbij een handje. Hij was even stil.
'Werkze.' Zei ik en hing op. Het kwam binnen als een steek in mijn hart. Hoe zakelijk hij met mij omging. Hij belde niet meer terug. Ik was zo in de war. Zo boos op mezelf. Ik had gemiste oproepen en een berichtje van Hatim met de vraag waarom ik niet ben gekomen gisteren. Ik reageerde niet op hem.

Ik liep aangekleed de deur uit. Ik reed naar het bedrijf van Walid. Ik ging naar de balie en vroeg naar mijn broer.
'Hij kan niet komen.' zei ze. 'Maak maar een afspraak.' Ik keek haar van top tot teen aan voor zover het kon achter die desk.
'Luister eens dame. Jij gaat hem nu bellen en zeggen dat Amal hier voor hem is.' Zei ik heel rustig maar ernstig.
'Wie ben jij, hij wilt echt niet gestoord worden.'
'Jawel dat wil hij wel, ik ken hem beter dan jou. Bel hem nu.'
Ze keek me vies aan en belde hem op.
'Ja ene Amal ofzo.' Zei ze tegen hem met een wenkbrauw omhoog.
Ze legde de telefoon neer en zei geen woord meer.
Die is duidelijk op haar plek gezet.

Hij kwam aangelopen en keek me fronsend aan. Ik wist niet of ik moest lachen of huilen. Hij omhelsde me en keek me bezorgd aan.
'Kom mee.' Zei hij. Dat meisje keek toe. Ik wilde iets naar haar hoofd gooien maar ik wist dat ze dat niet waard was. Ik liep mee naar zijn kantoor en barste daar in huilen uit.
'Ik weet niet meer wat ik moet doen. Hatim heeft alles voor me verpest. Rayan denkt dat ik wat met Hatim heb.'
'Huh wacht, heb jij iets met Rayan?' hij keek me verbaasd aan.
'Nee maar we hadden wel contact.' Zei ik.
'En nu? Hoezo is Rayan niet naar mij toe gekomen dan?' vroeg Walid een beetje boos. Hij probeerde zich voor mij in te houden.
'Omdat er niks is zeg ik toch! En daar gaat het nu niet om. Hij voelt misschien iets voor me en ik voor hem maar dat is niet uitgesproken. Snap je. Hatim die heeft tegen mij gezegd dat ik hij me wil en ik hem ook wil, maar dat is niet waar. Ik wil Rayan. Hij heeft dat voor mij verpest. Gisteren wilde ik naar Hatim gaan om hem duidelijk te maken dat hij niet meer moet stoken tussen mij en Rayan maar ik kwam daar Rayan tegen en die is nu woedend. Hij wilt mij zelfs op een andere plek hebben in zijn bedrijf om mij niet te hoeven zien. Ik heb me vandaag ziek gemeld.' Zei ik snikkend. Walid sloeg keihard op de tafel.
'Grappenmaker! Positie wijzigen? Vanwege een privé incident terwijl jij je 200 procent inzet voor zijn bedrijf??? Is hij wel goed bij zijn hoofd of wat?! Ik ga met hem praten, dit pik ik niet. Wollah meh dit gaat hij doen. Dus om je baan hoef je je geen zorgen te maken, en wat die contact tussen jullie betreft. Daar gaat een einde aan komen. Als hij jou wil en als hij jou waard is dan komt hij naar papa toe en zijn wij uitgepraat. Heb je me begrepen?' Zei Walid boos. Ik knikte. Ik stond helemaal achter hem.
'Kom hier kleintje.' Zei hij en omhelsde me.
'Het komt goed kleine.' Zei hij troostend.
Er werd geklopt op de deur.
'Sorry zusje ik moet verder, heb zo vergadering.' Ik knikte en bedankte hem voor zijn steun. Hij gaat in ieder geval mijn baan redden.

Ik reed naar huis. Ik besloot Hatim te bellen.
'Ja?' Hij klonk niet vrolijk.
'Sorry dat ik gister niets van me liet horen. Net voor ik bij je aankwam kreeg ik ruzie en was ik niet meer in staat om te praten.'
'Wat wil je nu?'
'Ik wil je nog steeds spreken.'
'Waar zie ik je?'
'Ben je op werk?'
'Ja.'
'Ik kom.'
'Oke. Tot zo.'
Ik stond op en reed zuchtend zijn richting op. Ik blijf aan de gang.
Ik werd doorgestuurd naar zijn kantoor.
'Wil je iets drinken?' vroeg hij aan me. Hij keek me bezorgd aan.
'Nee dankje. Hatim ik heb ruzie met Rayan en ik ben er kapot van.'
'Hoezo ruzie?'
'Ik was onderweg naar jou en ik parkeerde om naar jou toe te gaan. Ik kwam Rayan daar tegen. Hij denkt dat wij wat hebben en is woedend.'
'Ja hij was bij Bilal administratie doen.'
'Waarom heb je mij niet gewaarschuwd dan?!' vroeg ik boos.
'Weet ik veel. Je mag toch wel naar je eigen huis? En is het verboden om met mij te praten? Moeten we dan meteen iets met elkaar hebben?' zei hij terwijl hij achterover leunde in zijn draaistoel.
'Wat ben jij een sukkel! Nu heb ik ruzie met hem! Ik ben er kapot van.' Zei ik boos.
'Wat wil je nou van mij Amal?'
'Dat jij mij met rust laat, je stookt bewust of onbewust tussen mij en Rayan. Stop daar mee want ik wil jou niet meer.' Zei ik duidelijk tegen hem.
Hij keek me stilletjes aan.
'Je kan slecht liegen Amal.'
'Hou je kop. Ik zeg het je nog een keer. Jij laat mij met rust, heb je dat begrepen? Ik kom hier niet meer op terug. De eerst volgende verkeerde stap die je zet wordt aangekaart bij mijn vader. Dit zweer ik je.' Ik meende het. Ik zou me vader hier bij betrekken als hij ver zou gaan. Hij glimlachte rustig naar me en knikte.
'Mooie speech. Het lijkt meer alsof je jezelf wat aanpraat dan mij probeert te intimideren. Maar goed. Zijn we klaar nu, ik heb het nogal druk..?' ik keek hem met open mond aan. Deze jongen haalde het slechtste in mij naar boven. Ik liep zijn kantoor uit en gooide de deur met een harde knal dicht. Mensen keken me scheef aan. Ik liep met grote stappen naar de auto.
Wat een flikker zeg!! Hij neemt me niet eens serieus.

Walid's perspectief.

Ik belde na de vergadering Hatim op.
'yo broer.'
'Ey luister Hatim. Het is beter dat je me zusje met rust laat. Volgens haar heeft ze allerlei problemen met Rayan en daar zit ze echt mee. Ik heb jou al aangegeven dat je moet verwachten dat ze is doorgegaan. En ze was hier net bij mij, het ziet eruit dat ze het meent en dat er iets serieus is tussen haar en Rayan. Dus dan weet je hoe laat het is...'
'Geen probleem.' Hij hing op. Ik keek verbaasd naar mijn telefoon.
Oke die is boos.
Ik belde Rayan op.
'Met Rayan.'
'Broer. Wij moeten even samen lunchen, heb je tijd?'
'Heb ik keus?' zei hij zuur.
'Nee.'
'Ik rij jou kant op. Er is hier genoeg spanning.' Zei hij. Ik wilde bijna zeggen dat iedereen de afwezigheid van Amal mist natuurlijk. Ze is hét diamant van het bedrijf. Dat heb ik Rayan vaak genoeg horen zeggen. Maar ik dacht niet door. Nou snap ik wat hij bedoelt. Niemand kan zonder haar daar.
'Ik zie je verschijnen.' Zei ik. Ik hing op en maakte me klaar.
Nabila kwam met haar te hoge hakken mijn kantoor.
'Wie was dat brutale meisje vanochtend?' vroeg ze toen ze mijn agenda kwam brengen. Ik moest lachen.
'Mijn zusje.' Zei ik.
'Ze kon me wel opeten.' Zei ze.
'Neem het haar niet kwalijk. Ze was overstuur. En had me nodig.'
'Ow. Iets ernstigs of...?' vroeg ze meelevend.
'Ken je Hatim?' vroeg ik haar. Ze knikte.
'Jou vriend toch?'
'Klopt. Hij maakt het haar een beetje moeilijk.' Zei ik. Ze knikte.
'Als hij iets in zijn hoofd heeft dan is het klaar.' Zei ze. Ik knikte.
'Hoe weet jij dat?'
'Pff heb hem vaak genoeg agressief bij de balie gehad. Hij begon al te trippen als je zei dat iemand die hij nodig heeft niet aanwezig is.' Zei ze lachend.
'Ja hij kan agressief zijn.' Zei ik lachend terwijl ik mijn spullen bij elkaar zocht.
'Ga je buiten de deur eten?' vroeg ze. Ik keek haar even aan. Dit was de eerste keer dat ik een goed gesprek met haar heb gehad. Ze kwam altijd arrogant over op mij. Ik weet niet waarom.
'Ja. Als ik met collega's ging was je welkom geweest. Maar ik moet met een vriend gaan eten.' Zei ik.
Ze lachte hard.
'Je moet...hmm klinkt niet positief in mijn oren.' Ik lachte.
'Is het ook niet. Dus als je me straks alsnog ziet eten op kantoor dan weet je dat.' Zei ik lacherig.
'Haha dat is goed. Je was verloofd toch?' vroeg ze. Ik knikte.
'Inmiddels bijna getrouwd.' Zei ik trots.
'Nou mag ik de eerste zijn die je alvast persoonlijk feliciteert.' Ze stak haar hand zakelijk naar me uit.
'Dankjewel Nabila.' Nam ik haar felicitatie in ontvangst.
'Half 2 vergadering bosss.' Zei ze en liep vrolijk weg.
'Ik ben op tijd. Strijder.' Zei ik lachend en liep naar beneden. Ik moest wat meer om me heen kijken en contact maken met mijn personeel besefte ik in de lift ineens.

Verwacht het meest onverwachteWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu