|Hoofdstuk 39|

250 20 5
                                    

'Dankje.' Hij schudde verward zijn hoofd alsof er nog steeds iets mis was. 'Gaat het?' Hij bleef overal naar kijken. Naar alle hoeken van de zaal. Alsof hij ergens naar opzoek was. 'Hij is er..' Er klonk een luid gebrul waardoor Tyler nerveus zijn oren vastpakte. Alweer kleurde zijn ogen geel en zijn hoektanden werden steeds scherper. 'Vlucht!'schreeuwde hij maar ik liet hem niet alleen. Vooral niet omdat ik niet precies wist wat er aan de hand was. 'We moeten hier weg!' Tyler greep mijn hand vast en sleurde me mee de zaal uit. We renden langs de kluisjes waar niemand te bekennen was. Nog steeds leek Tyler niet op zijn gemak en nam hij me het scheikundelokaal in. 'Wat doe je!?' Hij barricadeerde de deur zo goed mogelijk. Zodat er niemand in kon, maar ook niemand uit. Ik wilde hem zachtjes kalmeren maar hij hield me op een afstand. 'Blijf! Ik wil je geen pijn doen!' Nog steeds hield hij zijn hoofd vast. 'Je doet me geen pijn.' Voorzichtig streelde ik langs zijn gezicht en merkte ik dat hij langzaam weer terug veranderde in zichzelf. 'Het is oké'zei ik zachtjes en ik voelde hoe hij zijn wang in mijn hand duwde. 'Het spijt me, ik wilde je niet laten schrikken. Ik had de controle gewoon niet meer.'

'Ze zijn er.. allebei.' Tyler had eindelijk weer de rust en kalmte gekregen om me te vertellen wat er precies aan de hand is. 'Wie?' 'De alfa's, ze komen me halen.' 'Natuurlijk niet, maar we moeten wel iets doen voordat ze het feest een bloedbad maken.' Ik probeerde met al mijn kracht de spullen weg te halen die Tyler neer had gezet voor de deur. 'Maar..' Tyler leek een beetje angstig omdat hij vast niet nog een slachtoffer wilde worden van de verdwijningen. 'We kunnen niet zomaar blijven staan en denken dat alles goed komt. Je weet nooit waar tot ze in staat zijn.' Gelukkig liet dat zijn gedachten veranderen.

Zo snel mogelijk rende we de deur uit, op weg naar de uitgang. Het beste was om de alfa's niet te confronteren als ze in de zaal zijn. Je weet nooit wat er dan allemaal zou gebeuren. 'Ze komen..' Tyler rook in de lucht en op dat moment dacht ik meteen wat een stom plan dit eigenlijk was. Een hulpeloos meisje met een beginner weerwolf, die het tegen twee alfa's zouden opnemen. Zinloos. Maar nu konden we al niet meer terug.

In de deuropening van het schoolgebouw zag ik twee gedaantes in het duister op ons afkomen. Ze waren allebei pikzwart waardoor ze niet goed opvielen in het donker. Één voor één stapte ze in het maanlicht en konden we hun eindelijk goed zien. Ze waren allebei heel anders. De ene was kleiner en leek veel meer op de andere weerwolven die ik kende. Er was niet veel haat in hem te vinden en ik wist zeker dat hij niet zo moordlustig was als de andere wolf die naast hem stond. Die was veel groter en angstaanjagender als ik ooit had kunnen dromen. Hij was de wolf die ons had aangevallen in het bos, waarbij iedereen die het tegen hem opnam verwond werd. 'Blijf achter me.' Ik voelde de beschermende arm van Tyler voor me slaan en hij liet zich duidelijk niet uit het veld slaan. De wolven gromden en hun rode ogen gaven licht in de duisternis. 'Laat eens zien wat je kunt!'schreeuwde Tyler die meteen in zijn witte wolven vorm transformeerde.

'Tyler!' Tranen liepen over mijn wangen terwijl ik naar de witte wolf waarbij het bloed langs mijn vacht stroomde. Hij gaf niet op maar het was duidelijk wie het gevecht leek te winnen. De duistere grote wolf smeet hem neer, terwijl de kleinere maar van een afstandje toekeek. Hij was niet van plan om ook maar iets te doen. Ik kon het niet meer aanzien, hoe hij vast werd gebeten en gemarteld werd. Het gepiep dat uit zijn keel kwam was ondraaglijk. Ik kon hem toch niet laten sterven! De zwarte wolf was te sterk, te intimiderend en te groot, en Tyler lukte het niet om terug te vechten. Hij gaf niet op maar zelfs ik zag dat hij het niet lang meer kon redden. Niet op deze manier.

Ik hoorde iets breken en de witte wolf viel op de grond. Zijn hele nek was gebroken en hij had moeite met ademen. Één genadeslag zou ervoor zorgen dat hij dood was. Dat wist ik zeker. En de grote zwarte wolf wist dat ook. Hij kwam langzaam op hem aflopen met zijn nagels prikkende in de grond. Zijn duistere blik gaf alles aan en niets kon hem nu nog tegenhouden. Alleen ik. 'Blijf van hem af!' Ik sprong voor Tyler en hield mijn handen voor mij uit. De wolf vond het amuserend. En ik zag hoe zijn tong langzaam langs zijn bek ging, alsof hij zijn nieuwe prooi in zicht had. De wolf was groter dan mij en zijn schaduw viel over me heen. Ik probeerde mezelf te beschermen, wachtend op de klap die me te wachten stond. Ik hoorde hem nog één laatste brul geven en ik voelde hoe hij steeds dichterbij kwam. Nu kwam het. Ik zag mezelf al op de grond vallen. Met mijn ogen wijd open en het bloed dat in een plas rond mij lag.

Alleen.. gebeurde er niets. Voorzichtig probeerde ik weer te kijken en tot mijn grote verbazing stond de kleinere zwarte wolf recht voor me. Ik begreep er niets meer van. Wilde hij me nou beschermen? De grote wolf gromde nogmaals maar dat deed hij ook. Hij was niet van plan om maar één stap opzij te doen, om maar enige zwakte te tonen. En dat zag de andere wolf. Hij vond het duidelijk niet de moeite waard maar nog steeds liep hij woest weg. 'Waarom..?' Ik zakte door mijn knieën en voelde aan de witte wolf die nog steeds piepend op de grond lag. De zwarte wolf draaide zich zachtjes om en keek me met medelijden aan. Ik was nog steeds bang maar iets aan hem gaf me een vertrouwd gevoel, waardoor ik voorzichtig met mijn hand naar hem toe reikte. Hij keek er naar alsof het iets waardevols was, wat nooit beschadigd mocht worden. En na die blik verdween hij zelf ook weer in de duisternis, achter de grotere wolf aan.



| Broken Spirit | Dutch | On Hold |Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu