Deel 66

716 44 1
                                    

Hamza keek uit het auto raam naar Nassira die aan het worstelen was met haar kind en de groote tas die ze zojuist van de grond heeft gepakt. "Wat fijn dat je komt helpen." Vormde ze geluidloos met haar lippen. "Wat zijn we aan het doen Hamza?" Zei ze zuchtend toen ze de auto instapte. "Geloof mij als ik zeg dat ik het ook niet weet." "Dat is niet mogelijk, je kan niet vluchten voor iets dat je niet eens weet." "Toch zijn we het nu aan het doen." "Waarom wou je precies ons meenemen?" "Ik kan iemand waar ik zo van hou niet achterlaten toch." En hij pkate haar hand vast. "Raak me niet aan. Van je hele familie, ouders, vrienden weet ik veel wat koos je voor ons. Iets wat verdacht vind je niet?" "Kan je niet gewoon blij zijn dat ik je niet heb achtergelaten?" "Nee ik kan niet blij zijn, mijn familie zit daar niets vermoedend binnen. Weetje wel hoe erg ze zullen schrikken als ze me niet kunnen vinden?." Met rollende ogen keek ze de andere kant op. "Wat ben ik eigenlijk aan het doen? Me verstand verloren ofzo." Gefrustreerd probeerde ze de deur te openen. "Opslot?" "Ik wist wel dat je zou proberen te vluchten." Zei Hamza knikkend. "Ik heb jou boven iedereen verkozen, ik wil jou zo graag als ik weet niet wat meenemen en toch ben je niet tevreden." "Je bedoelt het lief, dat weet ik Hamza maar ik maak me zorgen om jou. Uiteindelijk ben jij degene die zichzelf in de nesten heeft gewerkt, uiteindelijk ben jij degene die ze willen hebben. Ik wik niet dat jou wat overkomt dat moet je begrijpen." Zuchtend ging hij met zijn handen over zijn gezicht heen. "Ik weet het." Hij starte de auto en reed weg. Een halfuur lang hebben ze non-stop gereden, beide hebben ze geen woord uitgesproken en de kleine Ismael heeft zich ook stil kunnen houden. "Waar gaan we heen?" "Ik heb ergens wat kunnen regelen." "En dat is?" "Gewoon een hotel." "Hmm." Nassira liet haar hoofd tegen het portier aan leunen en sloot rustig haar ogen.
Na wat dagen leek te zijn opende ze haar ogen, nog in trans keek ze om zich heen en zag verassend genoeg niemand anders in de auto zitten. Nassira raakte in paniek en zag dat de auto op de vluchtstrook van de snelweg stond. Het was pikke donker buiten, op de weg waren zeker niet meer dan 3 auto's langsgereden, er waren geen borden waarop ze kon zien waar ze precies is, helemaal niks. Plots hoorde ze het portier aan de andere kant open gaan. Uit schrik liet ze een kreet los. "Doe eens even normaal man." "Ugh, Hamza waar was je." "Moest plassen, heb Ismael voor de zekerheid meegenomen." "Maak me de volgende keer gewoon wakker alsjeblieft." "Waar zijn we eigenlijk?" Vervolgde ze. "Nog even." "Dat vroeg ik niet, mijn vraag was waar zijn we?" Hamza zette Ismael goed vast op zijn plek en nam zelf plek op de bestuurders stoel. "Roermond, nog een kwartiertje á 20 minuten." Nassira liet haar stoel naar achter zakken en keek Hamza en Ismael aan. Wat houd ze toch veel van deze twee, niemand die het gaat begrijpen. "Oh mijn god! Ik heb het Andi niet verteld!" Riep Nassira alsof ze net een klap in der gezicht heeft gekregen. "Wat?" "Andi, de vader van mijn kind." Zei e alsof ze het tegen een twee jaar oud kind had. "Ja en dan." "Je kan me zo zwaar irriteren als je zo doet. Ik kan er niet zomaar vandoor gaan met zijn kind zonder wat door te geven." "Hoezo niet?" "Hamza!" Sprak ze hem streng aan. "Oké oké, maar wat wil je doen. Nieman echt niemand mag weten dat we weg zijn." "Hou je bek man, ik ben verplicht het hem door te geven." "Dan heb je nu pech want het kan niet." "En toch ga ik het doen." "Dacht het even niet, je gaat het niet niemand vertellen. Al helemaal niet aan hem." "Hoezo niet?" "Vor als je het nog niet wist, Andi en zijn broer zijn nou niet eenmaal de braafste." "Waar heb je het over?" "Ze kunnen net zo goed bij die gasten horen die ons willen hebben." "Zeg geen 'ons' ze willen jou. Jij hebt ervoor gezorgd dat ze nu achter je aan zitten. Je hebt mij en Ismael al ver genoeg meegesleurd in jou wereldje door ons mee te nemen. Niemand weet dat we weg zijn dus zoeken ze ook zeker niet naar 'ons' " Zij ze met telkens aanhalingstekens met haar vingers te maken. "Ik weet het."

Machakil.. (voltooid)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu