AFLEVERING 2 - Prooi (deel 6)

406 23 4
                                    


"Mist er iets, meneer de Jong?"

Rudolf de Jong, die geschokt door zijn overhoopgehaalde huis liep, keek de roodharige agente aan. "Eh, ik weet het niet zo goed..." Hij schoof zijn ronde brilletje beter op zijn neus en keek weer rond.

Romeo liep naar hem toe met zijn notitieboekje. "Meneer, heeft u niet iets kostbaars in huis liggen? Dure sieraden, of kristallen? Of misschien heel veel geld ergens?"

"O God, o nee," mompelde hij ineens angstig. Hij rende gauw de kamer uit en ging naar boven. Marion keek haar collega even aan en ging er vlug achteraan.

Ze kwamen in een kamertje die gevuld was met actiefiguurtjes, strips en dvd's.

"Kut, kut, flash!" riep de man wanhopig. "Waar is flash?!"

"Flash?" vroeg Romeo, die niet zo bekend in de Marvel-wereld was.

"Ja! De eerste uitgave! God, nee!"

"Het gaat om een Comic van Flash, neem ik dan aan?" Marion keek met een troostende glimlach naar Rudolf.

"Ja, natuurlijk!" riep hij terug, al zoekend tussen zijn spullen. "Hij is weg!"

Romeo begon te gniffelen. "Wacht... Dit gaat om een simpele strip?"

De wanhopig-zoekende man draaide zich met een ruk om. "Simpele strip?! Dat ding is verdomme tweehonderdvijftigduizend euro waard!"

De laconieke agent keek even naar Marion terwijl hij zijn best deed om niet te lachen. Marion schraapte haar keel. "Wie weten er allemaal dat u zo'n strip heeft?"

"Ja, Jezus, gewoon, vrienden en familie enzo." Terneergeslagen keek hij de agenten aan. "Hij is gewoon weg."

"Meneer, denkt u nog eens heel goed na." drong Marion aan.

Hij deed zijn handen voor zijn gezicht en na een paar seconden trok hij ze ook weer weg. "Pas kwam de buurvrouw, Chantal, langs en heb ik het haar laten zien. Om indruk op haar te maken heb ik haar de prijs verteld. U denkt toch niet dat zij...?"

Marion keek wat teleurgesteld naar haar collega, die ze zo graag aan Chantal had willen koppelen. "We gaan het voor u uitzoeken, meneer."


***


Julia zat verveeld aan de touwtjes van haar trui te plukken. Ze had haar capuchon over haar hoofd getrokken en hing onderuit op de stoel. Ze ging pas weer recht zitten toen de deur open ging en Wolfs binnenkwam.

"Nou, dat mocht tijd worden." mompelde ze.

"Julia van Asten." Hij ging met een serieus gezicht tegenover haar zitten en richtte zich nog even kort op het papierwerk wat voor hem lag.

"Floris Wolfs." lachte Julia lief naar hem.

Hij keek haar aan. "Je hebt ingebroken in het politiesysteem."

"Technisch gezien is dat wat ik gedaan heb ja." Ze had een zelfverzekerdheid over zich heen die Wolfs niet graag bij een crimineel zag. "Maar eigenlijk heb ik jullie alleen maar geholpen." glimlachte ze. Wolfs keek haar vragend aan.

"Ik heb jullie inzicht gegeven wat jullie zwakke punten zijn." Ze grijnsde. "Maar goed, genoeg over mij geluld. Waar is dat paardenstaartje nou gebleven? Is ze een dagje vrij?"

"Zij is er niet vandaag." zei Wolfs vlug, terwijl hij even kort naar de ruit keek waar hij zij eigen spiegelbeeld in zag. Hij voelde haast de ogen van zijn chef door de spiegel brandden.

"Wat zocht je in ons systeem?" vroeg hij om haar vragen te ontwijken.

"Ze trapte me net wel flink onderuit zeg. Zag ik niet aankomen." lachte Julia. "Pittige tante, of niet?"

Wolfs keek haar venijnig aan.

"Oei, de baas kijkt mee, of niet?" Ze grijnsde voldaan.

"Die weet ook wel dat je zomaar wat lult."

"Je baas denkt toch zeker niet dat jíj mij hebt weten te vangen? Met jóúw conditie?"

Wolfs vond haar nu al uitermate irritant. "Ik vraag mij alleen af waarom je inbrak in ons systeem."

"Dat zeg ik alleen als jij beloofd mij te helpen."

Wolfs klikte zijn pen in en uit, puur om zijn frustratie wat te onderdrukken. "Waarmee?"

"Eerst beloven."

Wolfs zuchtte hoorbaar. "Wat jij wil."

"Eerst beloven." zei ze nogmaals.

"Beloofd." kwam het geïrriteerd zijn mond uit.

"Ik zocht vertrouwelijke informatie."

Wolfs kon haar minuscule grijns wel van haar gezicht slaan. "Nee echt joh?" Hij gooide zijn pen neer. "Van wíé?"

Haar grijns verdween en boog zich dichter naar Wolfs toe. "Lena Rietman."

"En wie is dat?"

"Mijn vriendin." Ze was even stil. "Ze heeft "zelfmoord" gepleegd."

"En jij gelooft dat niet?"

"Nee." zei Julia bloed serieus. "Want ik weet wie de moordenaar is, ik kan het alleen nog niet bewijzen."

Seizoen 13 - Flikken MaastrichtWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu