AFLEVERING 9 - Hel (deel 6)

406 17 10
                                    


Wolfs was net zijn lunch aan het halen bij de dichtstbijzijnde bakker, toen Eva werd gebeld door Marie van der Linden, de directrice van de gevangenis. Ze meldde dat ze wat voor hen had.

Eva sprong op en trok haar jas aan.

"Marion, wil je Wolfs zeggen dat hij zo naar de gevangenis moet komen als hij terugkomt?" Nog voordat ze antwoord kreeg, vloog ze de deur al uit.


***


Toen Eva binnen was, werd ze begeleid naar een cellenblok die al ontruimt was voor haar bezoek. Een cipier liet haar een kamer in gaan en wees naar een muur. "Hier hingen posters overheen."

Eva's ogen gleden over de muur waar satanistische teksten en tekens opstonden.

"We vonden ook nog een uitgesneden bijbel. Hier zaten kruizen in."

"Kruizen? Dezelfde soort die Ter Wee in zijn nek had?"

De cipier knikte. "Zoiets ja."

"Van wie is deze kamer?"

"Lucie Kroos."

"Waar is zij nu?"

"We hebben haar opgesloten op de psychiatrische afdeling."

Eva knikte en bekeek de muur nog eens, maar nu van dichterbij.

"Wie aan de engelen des doods komt, zal zijn naaste laten branden." Las ze hardop voor. Ze keek om naar de cipier, die nog steeds bij haar stond. "Weten jullie wat die cijfercodes betekenen?" doelend op de cijfers die onder de zin stonden.

Ze schudde haar hoofd. "Nee, we hebben geen flauw idee."

Eva knikte. "Zou je mij naar die Lucia Kroos willen brengen?" vroeg ze. "Ik wil verder niks doen zonder mijn collega. Ik wil gewoon even kijken wie en hoe ze is." zei ze snel toen ze de cipier zag twijfelen. Ze stemde ermee in en liep met Eva mee.


***


Wolfs werd niet veel later naar diezelfde kamer begeleid, waar Eva net uit was, en bekeek dezelfde muur. Ook zijn oog viel op de cijfers. '16 1 21 12 14 9 10 2 15 5 18' en '6 12 15 18 9 19 23 15 12 6 19'. Achter de eerste code stond piepklein 'volbracht' achter.

Wolfs maakte er een foto van, maar toen bedacht hij zich dat het letters zouden kunnen zijn.

"Zestien... P. Eén, A. Eenentwintig..." mompelde hij voorzichtig terwijl hij op een notitieboekje meeschreef. "U. 12... L." Hij zette een stap naar achteren. "Paul." Hij ging verder, maar hij kon het al vlot afmaken: Paul Nijboer. 'Wie aan de engelen des doods komt, zal zijn naaste laten branden.'

Het is zijn schuld dat Thijs Ter Wee dood moest, dacht Wolfs met een versnelde hartslag. Hij slikte. Er stond nog een tweede code onder. Er was nog een tweede slachtoffer. Aarzelend begon hij weer op te schrijven. "Zes, F. Twaalf... L. Vijftien..." Hij stopte. "Dit ga je godverdomme niet menen." mompelde hij zacht. "Vijftien is O. Achttien... is... R. Negen is... I." Zijn maag draaide om. Floris. Floris Wolfs. Floris Wolfs was de tweede naam. Het tweede slachtoffer was zijn naaste.

Hij rende de cel uit en sprak de cipier aan die op de gang wachtte. "Waar is Eva?!"


***


Nietsvermoedend liep Eva de psychiatrische afdeling op. Ze kon Lucie Kroos door een raam bekijken. Ze zat vast aan een stoel, maar ze had haar ogen wagenwijd open en een rare grijns op haar gezicht.

"Zo ligt ze eigenlijk altijd." vertelde de cipier, die achter haar stond. "Soms met haar ogen dicht, als ze slaapt, maar altijd met die glimlach."

"Vreemd." mompelde Eva.

"Ja, fucking weird."

Eva keek de vrouw achter haar aan en glimlachte naar haar, waarnaar ze weer voor haar uit keek.

"Sinds wanneer zit ze hier?"

"Nu sinds een paar dagen denk ik. Toen we die teksten op haar muur vonden."

"Ze kan dus Ter Wee wel hebben vermoord?"

"Tja, kan..." mompelde de cipier. "Maar ze heeft haar vrouwen in haar macht. Ze zouden een moord voor haar doen."

Lucie's hoofd kwam ineens voorzichtig overeind en ze keek Eva recht in haar ogen aan. Een rilling liep over haar rug.

"Is dit een Oslo-spiegel?" vroeg Eva. Ze wilde omkijken toen ze niks hoorde, maar ineens ging het alarm af. Ze draaide haar hoofd met een ruk om en zag de cipier haar met grote ogen aankijken terwijl één gedetineerde haar vast had en een mes tegen haar keel aan drukte. Eva greep naar haar pistool, maar ontdekte dat ze hem niet meer had. Ze voelde het metaal van haar eigen wapen tegen haar hoofd worden gedrukt.

"Zocht je deze?" werd er zacht in haar oor fluistert.

"Wat willen jullie?" vroeg Eva kalmer dan dat ze eigenlijk was.

"Laten we eerst Lucie maar eens bevrijden."

De cipier werd voorzichtig naar de cel begeleidt en maakte de deur open met haar pas. Ook maakte ze de riemen die Lucie vasthielden, los.

Met een voldane grijns liep ze de cel uit en ging recht op Eva af. Ze streek over haar wang.

"Mijn vrouwen hadden mij al verteld hoe mooi je bent."

"Wat wil je van me?"

Lucie gleed met haar vingers over haar wang, richting haar nek en plaatste ze om haar keel heen.

"Mij vermoorden?" Eva trok haar wenkbrauw op.

"Ik heb plichten. Ik ben degene die dat moet doen."

"Je vindt jezelf heel belangrijk, of niet?" siste Eva. "Jij bent gewoon een psychische vrouw die denkt dat de duivel bestaat-"

"Eva." antwoordde ze kil. "Ik dénk niet dat de duivel bestaat. Ik wéét het;" Ze bracht haar lippen naar Eva's oor. "ík ben de duivel."

Seizoen 13 - Flikken MaastrichtWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu