Hoofdstuk 40

137 16 2
                                    

"Gaan we ze hier opzetten?" klinkt de stem van Luke vanaf buiten de cabine. Ik lig niet meer tegen Travis aan. Als ik mijn ogen open doe en overeind kom, omdat ik languit op de bank lag, zie ik dat de zon volop schijnt, iedereen omgekleed is en dat ze lopen te prutsen met een tentendoek. "Gaan we kamperen?" vraag ik terwijl ik uitstap. "Goedemiddag schone slaapster. Zo hé, wat kan jij slapen." zegt Luke grijnzend en hij trekt samen met Avery het tentdoek strak. Brooke steekt een eerste stok in een gat en het meisje steekt een stok aan de andere kant. Ik kijk naar het glinsterende meer dat voor ons ligt. De kleur past bij het groen van de bomen. "Kan ik helpen?" vraag ik. "Nee hoor. Wordt maar rustig wakker." zegt Travis. "Waar is Stagger?" Ik kijk zoekend om me heen, maar zie de jongen niet. "Hout zoeken  voor een kampvuur voor vanavond." zegt Travis en hij geeft een stok aan Brooke. "Anna. Pak even die stok." zegt Luke en hij wijst naar een stok die ver bij hem vandaan ligt. Het meisje pakt de stok en stopt hem in een gaten. Terwijl ze haar handen schoon wrijft aan haar broek loopt ze naar me toe. Ze strompelt een beetje. "Sorry. Ik ben me helemaal vergeten voor te stellen. Ik ben Anna." zegt ze. Ze bekijkt me keurend en er ligt een blik in haar ogen die me vertelt dat ik er niet uit zie. "Allison." zeg ik met een stem waarmee je merkt dat ik nog niet helemaal wakker ben. "Anders ga je Stagger helpen. Hij is die kant opgegaan." zegt Luke en hij wijst richting het noorden. "Ik ga eerst aankleden." zeg ik en ik pak mijn shirt en broek uit de bak van de auto. "Is goed." zegt Luke en hij gaat samen met Avery, Brooke, Anna en Travis verder aan de tent. Ik loop naar een bosje en voel takjes in mijn voet prikken. Ik kleed me snel om en loop vervolgens terug naar de bak om daar mijn pyjama in te leggen en mijn schoenen aan te trekken die er in liggen. Met grote stappen loop ik naar het meer en plens wat water in mijn gezicht. Travis geeft mij een vuurwapen en een stok. "Je weet maar nooit." zegt hij zachtjes voordat hij terugloopt naar de rest. Ik begin te lopen richting de plek die Luke had aangewezen. Het gras knispert en sommige takjes breken als ik erop sta. "Stagger?" vraag ik. "Hier." Ik schrik op van een stem die naast me klinkt. Stagger komt overeind vanachter een boomstam met een berg takken. "Zal ik helpen?" Stagger knikt en hij geeft me de stapel. "Breng deze alvast terug naar de groep. Dan ga ik alvast verder zoeken." zegt hij. Ik knik en loop terug naar de open plek waar de tent wordt neergezet. "Hout!" Verschrikt kijkt iedereen mij aan en ik laat de takken uit mijn handen rollen. Ze vallen met een plof op de grond. Ik pak een paar stenen van het grasveld en leg ze in een ruime kring. De takken leg ik op een mooi hoopje in de cirkel. Stagger loopt ook het veld op en hij geeft me nog een paar takken. Ik leg ze bij de rest. "Hoe gaat het met de tent?" vraagt Stagger. "Het lukt wel." zegt Avery. "Zoeken jullie maar het avondmaal bij elkaar." zegt Luke. Hij pakt een pijlenkoker en boog en loopt naar me toe. "Hoe kom je daaraan?" vraag ik verbaasd. "Die had Anna." Ik krijg de pijlen in een koker en boog in handen gedrukt en geef het vuurwapen aan Stagger. "Daar kan jij vast wel mee omgaan." zeg ik met een knipoog en Stagger glimlacht. "Tot zo." Met een zwaai doe ik de riem van de koker over mijn hoofd en de koker bonkt even tegen mijn rug.

Zonnestralen piepen tussen het bladerdek. Lichtvlekjes bevinden zich op de grond. Stagger hupt van het ene lichtpuntje naar het andere. Ik sla een tak aan de kant en ik moet alsnog bukken om hem niet in mijn gezicht te krijgen. Een muisje schiet piepend zijn holletje in. "We lijken boodschappenjochies. Eerst takken halen en nu het eten." zegt Stagger en ik begin te lachen. Met de boog in mijn linkerhand stap ik over een klein bergje opgehoopte bladeren. Stagger daarin tegen springt er midden in en de bladeren dwarrelen alle kanten op. "Sssst. Zo jaag je de dieren weg." zeg ik en Stagger trekt een beteuterd gezichtje. "Het zijn maar bladeren. Alsof ze in de winter nooit bladeren horen vallen." zegt hij. Ik rol met mijn ogen. "Maar je springt midden in een berg. Dat is iets anders dan dat bladeren vallen." Terwijl Stagger moppert over dat het een goede reden is volgt hij mij. Een vogel vliegt op en razendsnel pak ik een pijl uit de koker. Wanneer de pijl op de boog is geplaatst is de vogel allang verdwenen, maar ik laat hem er wel op zitten. Met bijna geruisloze stappen loop ik verder. Een eekhoorn schiet uit een boom en ik laat de pijl los. Hij suist door de lucht en komt ver bij het beestje vandaan op de grond. Stagger laad zijn wapen en schiet. Met een kort, piepend geluid valt de eekhoorn op zijn zij terwijl er bloed uit een wond druipt. Ik snel naar voren en pak het beestje aan zijn staart op. "Geef maar." zegt Stagger. Ik geef de eekhoorn aan Stagger en hij schuift de staart onder de riem van zijn broek. "Dier nummer één." Ik grijns en we vervolgen onze weg door het bos.

Als we terugkomen bij het kamp staan er twee tenten. Er zitten scheuren in, maar ze staan. Stagger heeft drie eekhoorns, twee konijnen en een fazant aan zijn riem hangen. Een flinke buit. Boven het kampvuur staan twee schuine takjes met een stevige tak ertussen. Waarschijnlijk kan je daarmee de dieren makkelijk braden. "Eten!!" roept Stagger en Avery en Luke stappen beide uit een andere tent. Anna, Travis en Brooke lopen vanaf het meer naar onze toe. "Oeh. Een konijntje. Lekker hoor." zegt Anna. Luke knielt neer bij het kampvuur en begint met een tak in de stapel te draaien. Na een paar seconde knispert er een lekker vuurtje en Avery pakt de tak van de twee schuine takken en prikt het konijn erop. Anna houdt haar handen bij de haardvuur en ze werpt even een geïrriteerde blik naar Luke die het konijn blijft ronddraaien. "Blijf er gewoon vanaf." zegt ze mopperend. Luke staat pissig op en hij loopt weg. Ondertussen haalt Stagger de rest van de dieren onder zijn riem vandaan en hij geeft ze aan Avery die ze meeneemt naar één van de tenten. "Eindelijk kunnen we een keer echt eten." zegt Travis en ik hoor mijn maag knorren. "Echt geweldig." zegt Anna terwijl ze met haar ogen rolt. Ik weet dat ze in zichzelf een vreugdedansje maakt, maar vanbuiten merk je daar niks van. Ik ga op de grond bij het kampvuur zitten en probeer te genieten van de warmte terwijl Anna's ogen mij bekijken van top tot teen. Ik vind het niet heel erg fijn. "Kan je het zien?" vraag ik en ik zie Anna even schrikken. "Wat?" "Kan je het zien? Je bekijkt me zo." herhaal ik. "o, sorry hoor dat ik naar je kijk." zegt ze met een niet menende toon. Ik tel tot tien in mijn hoofd en haal diep adem. Stagger komt naast me zitten en hij staart naar de vlammen. Ik trek hem tegen me aan en ik zie een blik van pijn in Anna's ogen komen. Ik doe alsof ik het niet zie en kijk net zoals Stagger naar de vlammen.

StormWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu