30.

222 18 3
                                    

Evelien

'Ah! Daar ben je! Kom maar binnen.' Zei Luca toen hij me in de deuropening van zijn kamer zag staan. Ik bestudeerde de kamer en moest toegeven dat het er helemaal niet slechts uitzag. Het enige nadeel: ik moest het delen met Luca.

'Het is heel simpel, Lientje. Vandaag slaap je bij mij, morgen bij Pieter en overmorgen bij-'

'Jos. Ik weet het.' Zuchtte ik.

'Nou, dat kan wat enthousiaster! Er zijn veel meisjes die jaloers op je zouden zijn. Elke griet wilt met mij het bed induiken.' Grijnsde hij.

'Elke griet, behalve ik.' Verbeterde ik hem.

'Oh meisje, dat is wat je nu zegt. Ik krijg je wel op andere gedachten.' Lachte hij.

'Vergeet het, Luca. Of was je misschien van plan om me te verdoven of een slaappilletje te geven?'

'Nee, ik zal het spel eerlijk met je spelen.'

'Fijn, dan zet ik mijn joker in.'

'Dat zal niet gaan volgens mijn spelregels, maar wees niet bang. Straks zal je me smeken om meer. Je lippen zullen als magneten aan de mijne hangen en je handen zal je niet kunnen thuishouden. Jonas zal jaloers zijn.' Lachte hij.

'En dan ben ik hier de dromer...' Zuchtte ik al rollend met mijn ogen.

'Fout, Evelien. Ik ben een doener. Maak je borst dus maar alvast nat! Of nee, nog beter; maak je-'

'Ik hoef het niet te weten.' Snauwde ik snel.

'Komaan, het is zo'n geniale, dubbelzinnige woordspeling!'

'Ik. Hoef. Het. Niet. Te. Weten.' Gromde ik.

'...Omdat je al weet wat ik ga zeggen?' Gokte hij.

'Precies, idioot. In tegenstelling tot jou heb ik wel hersenen. Die woordspeling zag ik al van ver aankomen.'

'Vind je ze goed?'

'Nee.'

'Oh. Ik vond ze wel goed.'

'Dat komt omdat jij een aparte vorm van humor hebt.' Verklaarde ik.

Jonas

'Waar is ze?' Vroeg ik aan Pieter nadat ik alle koffers naar binnen had gedragen. 'Ze is bij Luca op de kamer.' Antwoordde hij. 'Wat doet ze bij hem?' Vroeg ik verward. 'Ze is haar nieuwe kamer aan het inspecteren. Ik weet zeker dat Luca haar met veel plezier alle hoeken van de kamer laar zien.' Grijnsde hij.

Wat?! Nee! Ik moest hem tegenhouden! Hij moest met zijn poten van haar afblijven! Ik liet alle koffers meteen uit mijn handen vallen en stormde de trap op.

Evelien

'Moet je kijken, Eef. Wat hebben wij een geluk. Een prachtig uitzicht op de bergen, een grote en mooi ingerichte kamer én een groot bed. Vooral dat laatste is handig, vind je niet?'

'Jep. Helemaal mee eens. Met zo'n groot bed kan ik vannacht ver genoeg van je vandaan liggen.'

'Ik hou ervan hoe je tegen me praat. Het wekt lust bij me op. Ik kan niet wachten om je te temmen.'

'Te temmen? Zie ik er soms uit als een dier?!' Riep ik.

'Nou... Als ik jou was... Ik zou me wel eens douchen. Je ruikt nogal naar... Dier.'

Locked by you [Herschrijving]Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu