Tension

752 69 54
                                    

'Alec!'

Ik hijs mijn tas iets hoger over mijn schouder en draai me om. Ik heb net bijles toverdranken gehad van Emma, en ze komt naar me toelopen met een klein flesje in haar handen.

'Zou je deze aan Dominic willen geven? Die heeft hij morgen nodig.'

Verbaasd neem ik het flesje aan, maar knik wel, 'eh- ja natuurlijk.'

Emma glimlacht me toe, en loopt weer naar haar bureau.

Dat is voor mij het teken dat ik vrij ben te gaan. En dat doe ik dus ook. Gelukkig is de leerlingenkamer niet ver lopen, aangezien het toverdrankenlokaal zich ook in de kerkers bevind.

Als ik binnen kom, zijn de meeste mensen al naar bed. Helaas voor mij, zitten René en haar vrienden nog bij de haard.

Shit.

Ik had hen na het incident in de bibliotheek weken weten te vermijden, maar ze hadden nu natuurlijk al gehoord dat er iemand binnen was gekomen, dus weer weglopen was geen optie meer.

René keek op bij mijn binnenkomst.

'Nee maar, kijk eens wie we daar hebben,' ze glimlacht, staat op van haar stoel, en komt naar me toelopen.

'Jij en je jaloezie kunnen beter bij hem uit de buurt blijven,' hoor ik Esmee zeggen, en ik kijk naast me. Zij, Oskar en Dominic staan met getrokken toverstok naast me. Blijkbaar zaten ze in de hoek die net aan mijn oog onttrokken werd.

René kijkt van mij naar hen, en besluit het verstandige te doen. Ze loopt terug naar haar vrienden. 'Je bent een verrader Dominic!' horen we haar zeggen, als ik met hen meeloop naar de hoek waar ze al die tijd al zaten.

'Dank jullie wel,' mompel ik, terwijl ik naast Dominic aan tafel ga zitten.

'Jaloezie?' Oskar kijkt Esmee nieuwsgierig aan. Die haalt haar schouders op, 'ik moest toch iets verzinnen,' zegt ze.

Oskar lacht, en leunt ontspannen achterover. Maar mijn ogen kruisen die van Esmee even, en haar blik zegt me, dat ze het wat René betreft bij het rechte eind had. Ik vraag echter niet verder.

'Hoe ging je bijles?' vraagt Oskar, en hij kijkt me nieuwsgierig aan.

'Steeds beter,' antwoord ik. 'Maar toverdranken zal nooit mijn beste vak worden.'

'Jij wordt later gewoon Verzorger van Fabeldieren,' zegt Dominic, 'voor zover ik weet is dat nu al je beste vak, en je komt niet eens uit deze wereld.'

'Met dank aan Newt,' zeg ik en ik haal nonchalant mijn schouders op.

'Bijna niemand heeft tegenwoordig nog echt ogen voor dat boek,' zegt Esmee, 'ook al staat het op de boekenlijst van alle leerlingen.'

'Jullie verlies,' glimlach ik.

'Ik weet niet hoe het met jullie zit, maar ik ben kapot,' Oskar staat op, en rekt zich uit, 'slaap lekker en morgen gezond weer op.'

'Pfff, ja hoor!' zeggen ik en Dominic in koor.

'Ik ga ook slapen,' zegt Esmee, die haar tas over haar schouder hangt, 'welterusten jullie.' Ze glimlacht even naar ons, voor ze de trap op loopt naar de meisjesslaapzaal.

'Ik moest je dit geven van je moeder,' ik haal het flesje uit mijn broekzak, en houd het Dominic voor. Hij kijkt ernaar, en ik zie zijn gezicht betrekken.

'Ja, dank je,' zegt hij timide, en hij pakt het flesje aan.

Er lijkt een elektrische schok door mijn arm te schieten, als ik zijn vingers tegen die van mij voel, op het moment dat hij het flesje aanneemt. Vlug trek ik mijn hand terug.

'Wat is er?' vraag ik, doelend op zijn gezichtsuitdrukking.

'Dit is- Wolfworteldrank,' zegt Dominic, en hij schud het flesje even heen en weer. Ik kan het drankje binnenin horen klotsen. 'Het helpt me bij- nou mijn transformatie,' gaat hij door. 'Maakt het minder pijnlijk enzo.'

'Maar-?' vraag ik.

'Als ik het niet drink, is de transformatie wél pijnlijk, maar ben ik me ook bewuster van alles,' Dominic kijkt naar zijn handen. 'Het is zo lekker om gewoon door de bossen te rennen, en je bewust te zijn van elke geur om je heen,' hij kijkt me aan, 'sorry. Dat- is natuurlijk iets waar jij je helemaal niets bij voor kan stellen.'

'Wat ik me voor kan stellen,' zeg ik, 'is dat als je dat drankje niet neemt, je ook extra gevaarlijk bent voor mensen.'

Dominic kijkt me aan. Ik denk niet dat hij zo'n opmerking verwacht had.

'Ja toch?' vraag ik.

Hij knikt, en kijkt naar het flesje, 'ik ben een keer met pa alleen samen geweest. Omdat ik wilde ervaren hoe het zou zijn zónder de drank. Maar sindsdien drink ik het liever niet meer. Mam was het er sowieso al niet mee eens dat we het zouden doen. Maar pap hield vol dat er niet over op zou houden, tot ik het een keer geprobeerd zou hebben. Ik denk dat hij bang was dat ik helemaal zou stoppen met de drank als ik eenmaal volwassen ben. En een volwassen weerwolf is gevaarlijker dan één van mijn formaat. Je zou pap eens moeten zien in zijn getransformeerde vorm.'

'Liever niet, als je het niet erg vind,' zeg ik droogjes.

Dominic lacht zacht, en zet het flesje op tafel.

'Ga je morgen met Melody en Emma samen?' vraag ik.

Dominic kijkt me aan.

'Morgen is het toch pas volle maan?' verklaar ik mezelf nader.

'Eh- ja,' zegt Dominic, terwijl hij even fronst. Maar voor de verandering is het eens geen boze frons, meer een verbaasde. 'Heb je de maanstanden in de gaten gehouden?' vraagt hij.

Ik voel me betrapt, en kijk hem niet aan, 'misschien,' zeg ik. Ik probeer het zo nonchalant mogelijk te zeggen. Maar heb het gevoel dat dat compleet mislukt.

Tegelijk kijken we op, als de vriendengroep van René in beweging komt. Ik en Dominic zaten zo in ons gesprek, dat we vergeten zijn dat zij er ook nog zaten.

Zouden ze ons hebben horen praten?

'Zouden ze ons hebben gehoord?' spreekt Dominic mijn gedachten uit, als ze naar hun slaapzalen vertrekken zijn.

'Die kans zit er wel in,' zeg ik naar alle eerlijkheid, en ik kijk Dominic weer aan. Hij bijt op zijn lip, terwijl hij me aankijkt, en ik zie de onzekerheid in zijn blik. 'Het is niet dat ze het niet van me wisten. Maar-' hij pauzeert.

'Nu zouden ze er misbruik van kunnen maken,' maak ik zijn zin af, en ik kijk weer naar de trap. Ik slik, Dominic's ogen boorden zich zo in de mijne, dat ik hem niet meer recht aan kon kijken...

'Eh- ja, precies.'

Ik dwing mezelf weer even om Dominic aan te kijken, 'al zouden ze het proberen, waar zouden ze het bewijs vandaan moeten halen dat je een weerwolf bent hm?'

Daar lijkt Dominic dan weer over na te denken.

Ik sta op, en pak mijn tas, 'ik ga naar bed als je het niet erg vindt,' zeg ik, en kijk hem aan. Ik wil hem net een goedenacht wensen, als hij ook opstaat.

'Ik ga mee,' zegt hij simpel, en loopt achter me aan de trap op, naar de jongensslaapzaal.

Terwijl ik me omkleed, ben ik me erg bewust van een nogal raar gevoel in mijn maag. Het houdt het midden tussen misselijkheid, en nervositeit. En ik kan niet de vinger leggen op waar het vandaan komt. Ik ben niet nerveus.

'Welterusten Al.'

Ik kijk naar het bed van Dominic.

'Ja. Slaap lekker,' antwoord ik, en kruip zelf ook in bed.

Lost in Harry Potter: The ConnectionWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu