Lost in Harry Potter: The Connection

Advice

Meteen als ik tot dat besef kom, voel ik mijn wangen kleuren, en ik kijk weg. 'Wanneer wil je weg?' vraag ik zo nonchalant mogelijk.

'Zo snel mogelijk,' Borg staat op, en pakt de boeken, die we nu officieel gejat hebben, bij elkaar, en loopt naar de tent.

Ik kijk hem na, en hoop vurig dat hij mijn hoofd niet rood heeft zien worden.

Waarom moet ik nou weer gevoelens krijgen voor hem?

Van alle mensen, val ik op Borg...

Als hij buiten komt, heeft hij onze rugzakken bij zich, en hij kijkt me vragend aan, 'Alec? Is er iets?'

Is het aan mijn gezicht af te lezen? Oh nee toch...

Fuck...

'Eh- nee, niks,' zeg ik, en pak de rugzakken aan, terwijl Borg de tent wegbergt.

'Wil jij het proberen? Of moet ik het doen?' vraagt Borg.

'Nee, doe jij het maar,' zeg ik, en ik pak hem bij zijn shirt beet net voor we verdwijnen.

We komen weer tevoorschijn op een kampeerplek.

Er brand een vuurtje, en erboven hangt vlees te braden.

Meteen voel ik hoeveel honger ik eigenlijk heb.

'Fen!?' roept Borg, en hij kijkt schuchter om zich heen, 'ben je hier?'

Alsof we het hebben afgesproken pakken we beide tegelijk onze toverstok, gewoon voor de zekerheid.

Borg klapt het tentdoek opzij, en ik kijk ook naar binnen.

Er staat maar één bed, en dat is onbeslapen. Er staat een gebruikte beker op de tafel, waar maar één stoel aan staat, en de tent is leeg.

'Shit,' hoor ik Borg zacht zeggen, terwijl hij om de tent heen loopt.

Hard roepen durven we allebei duidelijk niet.

'Alec, blijf hier, ik ga in de buurt kijken,' zegt Borg. En nog voor ik kan reageren loopt Borg weg.

Een tikje ongemakkelijk ga ik op een stronk zitten, en houd mijn toverstok paraat.

Bij elk klein geluidje kijk ik om me heen.

De geuren zijn me vreemd, en ik voel me niet zo op mijn gemak.

Dat komt omdat Borg er niet is.

Ik sluit mijn ogen, en haat het dat die stem in mijn hoofd gelijk heeft.

Als ik gekraak hoor, spring ik op, met een uitgestoken toverstok.

Maar- Fenrir komt de struiken uitlopen, terwijl hij met een handdoek zijn haren droogt. Verbaasd stopt hij daarmee, als hij mij ziet. En even zie ik hoe hij me in zich opneemt.

'Fen!'

Nog voor Fenrir iets heeft kunnen zeggen, komt Borg ook aanlopen.

'Wat doen jullie hier?' vraagt Fenrir, meer dan verbaasd, en hij kijkt van mij naar Borg.

'We willen je advies,' zegt Borg meteen, en hij gaat tegen de stronk waar ik op zit, zitten.

Fenrir gaat ook in het gras zitten, en kijkt ons om beurten even aan, 'advies over wat?'

'We zijn een paar uur geleden op de Wegisweg geweest,' legt Borg uit, 'omdat we- boeken nodig hadden over bepaalde spreuken, waarvan ik denk dat ze Alec kunnen helpen. Maar de eigenaar van Klieder en Vlek, evenals Tom, de waard van De Lekke Ketel, waren ongetwijfeld onder invloed van de Inperiusvloek.'