Confused

654 61 33
                                    

Claire P.o.V

Geïrriteerd sla ik zijn handen weg, 'zie je ze vliegen ofzo?' snauw ik, 'als ik jullie niet zou willen helpen had ik deze plek helemaal niet genoemd!' ik tik heb even tegen zijn voorhoofd, en Alec wrijft over de pijnlijke plek. Hij kijkt me aan.

'Als je je hersens weer gevonden hebt,' voeg ik er, een beetje arrogant, aan toe, 'kunnen we naar Zweinstein.'

Alec leunt tegen de muur tegenover me en hij kijkt me nu beschaamd aan, 'sorry,' mompelt hij. 'Het is gewoon een grote- puinzooi.'

'Jij wilde een strijd, nu heb je hem,' antwoord ik een tikkeltje bot, 'ga me nu niet vertellen dat je er toch niet klaar voor bent.'

Alec kijkt naar buiten, een miezerig, herfstig zonnetje schijnt over de voortuin. Insecten zoemen, en vliegen af en aan.

Alec wrijft met zijn hand over zijn gezicht, 'het spijt me Claire.'

Ik knik, ik kan horen dat hij het meent. 'Het is al goed,' zeg ik geruststellend met een glimlach.

'We moeten via Zweinsveld,' zegt Alec, 'jij weet ook dat we niet bij Zweinstein kunnen verschijnselen.

Ik knik opnieuw, 'we moeten rekening houden met een alarm,' zeg ik.

Hij zet zich af van de muur, en komt voor me staan, 'Claire...'

'Hm?' met opgetrokken wenkbrauw kijk ik hem aan.

'Ben je er wel klaar voor? Om- om je oude vrienden weer te zien?' vraagt hij.

Oh ja, want daar moest ik ook nog even aan herinnerd worden...

'Je moet het toch tegen ze opnemen,' voegt Alec eraan toe, die blijkbaar kan zien dat dat besef pas nu tot me door begint te dringen.

Ik geef dan ook geen antwoord. Gewoon omdat ik niet weet wat ik zou moeten zeggen.

'Kunnen we niet beter opsplitsen?' oppert Alec.

Wat? Oh nee...

'Ik naar het Ministerie, jij naar Zweinstein?'

'En hoe moeten we dan in contact blijven als één van ons Fenrir en Borg weer vinden?' ik sla mijn armen over elkaar heen, en voel me een tikje opgelucht dat ik daaraan dacht. Niet dat ik het ooit toe zou geven aan Alec, maar ik voel er niet zoveel voor om in mijn eentje misschien wel die "oude vrienden" tegen te komen.

Hij buigt zich iets naar me toe, en zijn ogen boren zich in die van mij. Holy shit...

'Claire, het is niet erg om bang te zijn,' zegt hij.

Hij lijkt recht mijn ziel in te kijken, en ik voel hoe mijn knieën beginnen te knikken. Stop. Hou je kop erbij!

'Dat weet ik ook wel!' zeg ik even met mijn tong klakkend, en kijk hem geïrriteerd aan. Hij trekt een wenkbrauw op, maar zegt verder niets. Maar ik zie aan zijn houding dat hij zich alles behalve geïntimideerd voelt. Sterker nog, hij kijkt me aan met een blik waarvan ik weet dat hij weet dat ik sta te liegen.

'Wil je zo graag samen gaan?' vraagt hij, en hij slaat zijn armen over elkaar. 'Claire, als dat zo is moet je het gewoon zeggen!' hij haalt een hand door zijn haar, en ik volg de beweging.

Godver...

Stop met zo kijken Al...

Ik slik, en wrijf over mijn arm, waarom voel ik me ineens zo klein bij hem in de buurt? Normaal voel ik me altijd- groter, of ouder. Maar hij heeft om de een of andere reden die rollen compleet om weten te keren, en nu voel ik me- 'Kijk niet naar me!' haal ik uit.

Lost in Harry Potter: The ConnectionWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu