Tuva

634 69 29
                                    

'Fen?'

Het is een vrouwenstem, en ik laat zacht mijn ingehouden adem ontsnappen.

'Tuva!' zegt Fenrir, en hij klinkt opgelucht.

'Wie heb je bij je?' vraagt de vrouwenstem.

Ik zie hun ogen op mij gericht, terwijl ik hen niet kan zien.

'Oh, ja, natuurlijk, sorry! Klaus!' zegt de vrouwenstem gedempt.

Ik hoor iemand in zijn of haar vingers knippen, en er verschijnt een klein lichtje, waardoor we elkaar tenminste kunnen zien.

Voor me zit een vrouw die qua uiterlijk al net zo op haar vader lijkt als Fenrir en Borg.

'Hoi, ik ben Tuva Vaalhaar,' zegt de vrouw glimlachend, en we schudden elkaar de hand.

'Alec, Donovan,' zegt ik mezelf aan haar voor.

Haar haar begint aan de zijkanten al wat te grijzen, maar in haar gezicht ziet ze er nog jeugdig uit. Ik mag haar wel. Ze lijkt me niet iemand die hetzelfde karakter heeft als Borg.

'Dat is Klaus, onze Huiself,' zegt Tuva, en ik volg haar vinger. Een klein wezentje met grote flaporen zit me aan te staren.

'Klaus!' Fenrir glimlacht.

'Meester Vaalhaar,' de huiself buigt even.

'Je mag me nu gewoon Fenrir noemen Klaus,' zegt Fenrir. Hij gaat in kleermakerszit zitten, 'dus, hoe komen we hieruit?'

'Klaus heeft al geprobeerd te verdwijnselen, maar ook hem lukt het niet,' zegt Tuva, ze kijkt mij aan, 'ben je een weerwolf Alec?'

'Eh- Nee,' antwoord ik stilletjes.

Tuva kijkt Fenrir aan, 'ik hoop dat jij weer een of ander briljant plan bedacht hebt?' zegt ze.

'Dat briljante plan ligt beneden in de huiskamer, in één van onze rugzakken,' zegt Fenrir.

'Oké, dus, of we bedenken nu iets, of Alec hier is over een kleine twee uur wolvenvoer.'

'Had je iets in gedachten?'

'Ze weten niet dat Klaus me al een paar keer heeft geholpen sinds ik hier ben?' oppert Tuva, 'hij zou jullie rugzakken met een smoesje kunnen gaan halen.'

Maar Fenrir schudt zijn hoofd, 'dan weten ze meteen dat hij namens ons komt, dat is te opvallend,' zegt hij bedenkelijk.

'Hij zou toch onze toverstokken kunnen jatten?' opper ik, en de twee weerwolven kijken me aan.

'Of dat,' zegt Fenrir, op mij wijzend, en ik zie hem glimlachen.

Tuva kijkt de huiself aan, 'kun je dat doen Klaus?' vraagt ze.

De kleine huiself buigt, en verdwijnt met een luide beng.

'Dus, hoe gaat het met je?' Fenrir kijkt zijn zus aan. Die gaat ook wat ontspannener zitten, en ze kijkt Fenrir aan, 'op het feit dat ik gevangen werd door broerlief, goed,' ze glimlacht, 'ik ben al blij dat ze Greg en de kinderen niets gedaan hebben,' ze kijkt even naar het lichtbolletje dat tussen ons in zweeft. 'Ik heb je gemist, broertje,' zegt ze, en ze kijkt Fenrir glimlachend aan, 'hoe is het met jou Emma en de kids?'

'Die "kids" zijn langzaamaan geen kids meer,' grinnikt Fenrir. 'En Emma-' hij houdt even zijn mond, en ik vermoed dat hij met zijn hoofd even bij haar zit.

'Emma is Emma,' glimlacht hij uiteindelijk liefdevol, en hij kijkt Tuva even aan.

'Ik zal haar voor eeuwig dankbaar zijn dat ze je de ogen heeft weten te openen, weet je dat,' zegt Tuva. 'Ik sta bij haar in het krijt.'

'Zo denkt zij er niet over, dat weet je toch,' zegt Fenrir.

Ik schrik, als Tuva haar aandacht op mij richt, 'en jij Alec? Waar kom jij vandaan?' vraagt ze met een schuin hoofd.

'London,' zeg ik, en ik pers er een kleine glimlach uit.

'Uit een portaal, Tuva,' flapt Fenrir eruit, en ik kijk hem geschrokken aan. Maar Tuva fronst, en kijkt me aan, 'oh nee maar,' zegt ze, 'dat hebben we eerder meegemaakt,' zegt ze, en Fenrir knikt.

Ik kijk van de een naar de ander, de twee lijken elkaar diep te vertrouwen, anders zou Fenrir mijn grootste geheim niet zomaar aan een voor mij nog vreemde vertellen. Ik bijt op min lip, dan moet ik haar misschien ook maar proberen te vertrouwen.

'Klaus doet er lang over,' zegt Tuva, en ze kijkt naar de plek waar de ladder, en dus ook onze uitweg daarstraks verdween.

'Waarom heb je niet geprobeerd te ontsnappen toen wij hier naartoe werden geleid?' vraag ik, en ik kijk Tuva vragend aan.

Ik zie een rimpel in haar neus verschijnen, 'door de bezwering die op de deur gezet is,' zegt ze. 'En die krijg ik alleen maar weg als ik mijn toverstok weer terug heb.'

'Hebben jullie nooit geprobeerd Borg over te halen naar de "goede" kant te stappen eigenlijk?' vraag ik, en ik kruis mijn benen over elkaar heen, terwijl ik de twee Vaalhaars aankijk.

'Misschien is het je ontvallen, maar hij is nogal ambitieus,' zegt Tuva nogal droog. 'En dat komt dan weer omdat hij van pa en ma gewoon nooit zo verwend is als bij andere nakomelingen gebeurd,' voegt ze eraan toe. 'Hij probeert hun aandacht te krijgen. Op de verkeerde manier.'

'No offense, maar zoals ik al zei, ik vind hem nogal een klootzak,' zeg ik nog eens.

Tuva kijkt me aan, en ik zie een geamuseerde glinstering in haar ogen, 'Alec,' zegt ze.

Ik trek een wenkbrauw op, en kijk haar aan, 'wil ik weten wat je gaat zeggen?' vraag ik.

Fenrir schiet in de lach, maar hij zegt niets.

'Alec, dat was zijn manier van flirten,' zegt Tuva, en nu schieten de broer en zus echt in de lach.

'STILTE DAARBOVEN!' horen we tot onze schrik Borg roepen. Wacht, is hij degene die bij de deur op wacht staat?

Fenrir en Tuva trekken zich er echter niet zoveel van aan.

'Kijk zijn gezicht nou Fen,' lacht Tuva, en ze wijst op mij. Weinig geamuseerd kijk ik haar aan.

Fenrir kijkt me lachend aan, 'Al, ze neemt je in de zeik, je hoeft echt niet zo rood te worden hoor,' zegt hij, en geeft me even een stootje tegen mijn schouder.

Ik ben de enige, die geschrokken opkijkt, als het woedende gezicht van Borg ineens verschijnt, en ons boos aankijkt.

Maar Fenrir en Tuva moeten alleen maar nog harder lachen, en ik voel gewoon dat het komt door mijn reactie.

Borg kijkt zijn broer en zus aan, 'als jullie je klep niet houden, sla ik hem dicht!' snauwt hij boos.

Zijn broer en zus, schenken er geen aandacht aan.

'Hopeloos geval,' hoor ik Tuva duidelijk zeggen, en tegelijk kijken ze Borg aan.

Die kijkt meer dan boos terug. Hij grijpt zijn toverstok, en ik zie hem bijna denken dat hij zijn broer en zus liever meteen hier en nu vermoordt.

Maar- hij doet het niet.

Ik frons, waarom doet hij het niet? Zijn Fenrir en Tuva dan zo belangrijk?

Maar, als ze dan zo belangrijk zijn, zouden ze niet zomaar opgesloten worden.

'Waar hebben ze zo'n lol om?' snauwt hij tegen me, en ik kijk hem aan.

'Eh-' stamel ik.

'Laat me je waarschuwen, ik ruik het als je liegt,' Borg wijst naar zijn neus.

Well, I'm dead. 

Lost in Harry Potter: The ConnectionWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu