The Ministry

748 64 34
                                    

A/N: Don't ask, maar dit nummer heeft op repeat gestaan tijdens het schrijven van dit hoofdstuk :3

------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

'Vandaag neem ik Alec mee naar mijn werk,' zegt Fenrir de volgende ochtend aan het ontbijt.

Iedereen kijkt hem aan, op mij na.

Maar als ik opkijk zie ik Dominic naar me kijken, en aan zijn blik kan ik zien dat hij weet dat ik het plan van het Ministerie gewoon door ga zetten.

'Weet je zeker dat dat geen problemen oplevert?' vraagt Emma.

Fenrir glimlacht, 'dat weet ik zeker, ik heb Dominic en Melody toch ook vaak genoeg meegenomen toen ze nog klein waren?'

'Mag ik ook mee pap?'

Fenrir kijkt Dominic verbaasd aan, 'wat, ben je nu ineens wel weer geïnteresseerd in wat je ouweheer doet?' vraagt hij, een tikje sarcastisch, 'de laatste keer dat jij mee wilde was je tien.'

Dominic kijkt zijn vader aan, 'ik wil gewoon mee, mag het?'

Fenrir kijkt van Dominic, naar mij, en ik kan bijna zien dat er puzzelstukjes op zijn plek vallen. 'Als je moeder het ook goed vind,' zegt hij droogjes, en neemt een hap van zijn toast met ham.

'Mam?' Dominic kijkt zijn moeder vragend aan.

Emma kijkt even op, en knikt, 'prima, ik moet toch nog voorbereidingen treffen voor het volgende schooljaar.'

'Mam, we kunnen toch ook samen iets leuks gaan doen?' Melody kijkt haar moeder vragend aan.

Emma glimlacht, 'dat, vind ik een nog beter idee.'

'Weet je hoe brandstof werkt?' vraagt Fenrir, en hij kijkt me aan.

'In theorie wel,' antwoord ik, terwijl ik naar het poeder kijk dat Fenrir me voorhoudt.

'Goed genoeg, goed articuleren, ik kom meteen achter je aan.'

Ik pak een handje brandstof, en gooi het in het vuur. Meteen worden de vlammen smaragdgroen, en ik stap erin. Het likt aan mijn kleren, maar ik voel er niets van. 'Ministerie van Toverkunst!' zeg ik luid en duidelijk. Meteen verdwijnt de woonkamer voor mijn neus, en schiet ik langs verschillende haardvuren.

Het voelt of ik word uitgespuugd, als ik bij de goede ben, en ik verlies mijn evenwicht. Meteen voel ik een sterke hand, die me weer overeind hijst. 'Goed gedaan,' zegt Fenrir, die naast me staat. Als ook Dominic bij ons staat, neem ik de tijd om om me heen te kijken.

De hal waar we in staan, is enorm, en het is me wel duidelijk dat we ons onder de grond bevinden, hoewel de ramen een weids uitzicht bieden.

'Is het een probleem als we eerst naar mijn afdeling gaan?' zegt Fenrir, 'ik moet nog wat dingen bespreken met mijn collega's. Daarna kan ik jullie naar het Departement van Mystyficatie brengen. Het is daar een doolhof, dus vergeet het maar dat ik jullie daar met zijn tweeën rond laat dwalen.'

Dominic en ik volgen Fenrir, aangezien we niet echt een andere keuze hebben. Terwijl ik achter Fenrir aan loop, besef ik me, dat Dominic behoorlijk veel op hem lijkt. Hoewel ik Fenrir meteen bij aankomst al mocht, en Dominic en ik eerst wel het een en ander uit te vechten hadden.

We lopen een lift in, en ik ga tegen de achterkant geleund staan. Als ik omhoog kijk, zie ik kleine een soort van origami vogeltjes boven mijn hoofd vliegen.

Lost in Harry Potter: The ConnectionWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu