73

509 11 6
                                    

~vervolg

Met de test in mijn hand loop ik terug naar mijn kamer. Mijn gedachten razen nog steeds, en het voelt alsof ik elk moment in paniek kan raken, maar ik probeer mezelf te kalmeren. Matthy zit op het bed en kijkt me bezorgd aan. Zonder iets te zeggen, leg ik de test ondersteboven op mijn bureau. Het is alsof ik het ding niet wil zien, alsof het gezicht van die test iets definitiefs zal zeggen waar ik nog niet klaar voor ben.

Ik loop naar het bed en zak naast Matthy neer. Zodra ik mijn hoofd tegen zijn schouder leg, voel ik een klein beetje rust door mijn lichaam stromen. Zijn aanwezigheid is zo kalmerend, alsof alles buiten deze kamer even niet bestaat. Hij slaat zijn arm om me heen en drukt een kus op mijn voorhoofd.

"Hoe lang duurt zo'n test eigenlijk?" vraagt hij zacht, zijn lippen dicht bij mijn haar.

"Vijf minuten." antwoord ik net zo zacht, mijn stem is bijna een fluistering. De vijf langste minuten van mijn leven, denk ik, maar ik zeg het niet hardop.

Matthy knikt en drukt nog een zoen op mijn voorhoofd. "We komen er wel doorheen." zegt hij geruststellend. "Samen, weet je nog?"

Ik knik tegen zijn schouder, te uitgeput om echt iets terug te zeggen. Mijn gedachten zijn een chaos van 'wat als'. Maar Matthy is hier, en dat geeft me op de een of andere manier kracht. Hij tilt mijn gezicht zachtjes op en kijkt me in de ogen. "Weet je eigenlijk wel hoeveel ik van je hou?" zegt hij met een kleine glimlach, zijn ogen glinsteren.

Ik glimlach zwakjes terug en trek mijn knieën iets dichter naar me toe. "Vertel het me nog eens." fluister ik, en ik voel een lichte tinteling door mijn lichaam gaan. Hoe slecht ik me ook voel, Matthy's woorden maken altijd iets los in me.

"Ik hou van je, Lynn." zegt hij, zijn stem is laag en oprecht. "Meer dan ik ooit iemand heb liefgehad. Meer dan woorden kunnen zeggen. Dat je dit nu allemaal doormaakt, ik weet hoe moeilijk het is. Maar ik ben hier, en ik ga nergens heen."

Er schiet een brok in mijn keel. Zijn woorden raken me diep, en ik voel mijn ogen branden. "Ik hou ook van jou." fluister ik terug. "Meer dan ik soms kan uitdrukken."

Hij glimlacht, leunt naar voren en drukt een zachte kus op mijn lippen. Het is een liefdevol, stil moment. Er zijn geen woorden nodig om te beschrijven wat we voor elkaar voelen. Ondanks alles voel ik een diepe warmte door me heen trekken, alsof zijn liefde een soort schuilplaats biedt in de storm die door mijn hoofd raast.

We zitten een paar minuten zo, gewoon samen, terwijl de tijd langzaam tikt. Dan begint Matthy speels te glimlachen. "Oké, iets om ons af te leiden." zegt hij ineens, zijn toon is luchtig. "Als je één superkracht zou kunnen kiezen, wat zou het zijn?"

Ik kijk verbaasd op, zijn plotselinge vraag voelt bijna absurd, maar ergens ook precies wat ik nodig heb om mijn gedachten te verzetten. "Ehm... superkracht?" Ik denk even na. "Misschien de mogelijkheid om overal binnen vijf seconden naartoe te kunnen teleporteren. Stel je voor, geen files, geen lange ritten..."

Matthy grijnst. "Dat is best handig, ik kan me wel voorstellen dat je dat zou willen." Hij kijkt me ondeugend aan. "Maar... wat als je gewoon kon vliegen? Lijkt me ook wel wat, toch?"

Ik grinnik. "Vliegen zou cool zijn, maar ik zou denk ik alsnog liever teleporteren. Sneller en minder gedoe met zwaartekracht en zo."

Matthy knikt, alsof hij heel serieus over mijn keuze nadenkt. "Ja, daar heb je een punt. Minder kans om tegen vogels aan te botsen ook."

Ik lach, en het voelt fijn. Voor even kan ik de test vergeten, de spanning laten varen. "Wat zou jij kiezen dan?" vraag ik, terwijl ik hem speels een duwtje geef met mijn schouder.

Littekens van het VerledenWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu