56

229 3 0
                                    

5 januari, donderdag, 8:01

Het is al een beetje licht als ik wakker word. De stilte in het chalet is bijna overweldigend, maar niet rustgevend. Ik lig al een tijdje in bed, starend naar het plafond, terwijl mijn gedachten in cirkels draaien. De nachtmerries zijn er weer. Ze komen elke nacht terug, alsof mijn onderbewuste me geen enkele vorm van rust gunt. Ik zucht diep en wrijf vermoeid over mijn gezicht. De klok op mijn telefoon geeft aan dat het al bijna tijd is om op te staan, maar ik heb nauwelijks een oog dichtgedaan.

Langzaam schuif ik de dekens van me af en trek mezelf uit bed. De koude lucht in de kamer bijt in mijn huid, en ik ril terwijl ik snel naar mijn kledingkast loop. Vandaag gaan we weer de piste op. Ik pak mijn thermokleding en begin me mechanisch aan te kleden, mijn gedachten ver weg.

De laatste twee dagen zijn een waas van beweging geweest. Ik ben blij dat ik hier ben, weg van alles, maar tegelijkertijd voelt het alsof niets me echt bereikt. De sneeuw, de bergen, de frisse lucht... Het zou me normaal gesproken opbeuren, maar nu voel ik me vooral leeg.

Als ik me volledig heb aangekleed, loop ik naar de keuken, waar Jana en Maarten al zitten. Ze hebben het gezellig samen, zoals altijd. Jana lacht om iets dat Maarten zegt terwijl ze hem een zachte tik op zijn arm geeft. Ik probeer mee te doen, een glimlach op mijn gezicht te forceren, maar het voelt niet oprecht. Toch nemen ze er geen aanstoot aan. Ze lijken het te accepteren, mijn afwezigheid, alsof ze weten dat ik mijn eigen dingen doormaak.

"Goedemorgen, Lynn." zegt Jana vrolijk terwijl ze een kop koffie naar haar mond brengt. "Klaar voor weer een dag op de piste?" Ik knik terwijl ik plaatsneem aan de tafel, mijn blik naar het ontbijt gericht. Een verscheidenheid aan brood, fruit en beleg ligt op de tafel. Ik weet dat ik iets moet eten, dat het belangrijk is om energie te hebben voor een dag snowboarden, maar mijn maag knijpt zich samen. Een klein stemmetje in mijn hoofd fluistert dat ik de controle moet behouden, dat ik beter niet te veel kan eten. Het is alsof eten het enige is waarover ik controle heb, in een wereld waar alles steeds chaotischer aanvoelt.

Ik pak een halve boterham en smeer er dun wat jam op. Jana kijkt me even aan, alsof ze iets wil zeggen, maar ze houdt zich in. Ze weet dat het geen zin heeft om me te pushen. "Zin in vandaag?" vraagt Maarten terwijl hij zijn laatste hap van zijn ontbijt neemt. Hij kijkt me aan met een bezorgde blik, maar zijn toon blijft luchtig.

"Ja." lieg ik, mijn ogen op mijn bord gericht. "Ik kijk er wel naar uit." Nog een leugen. Het snowboarden helpt me meestal wel om mijn hoofd leeg te maken, maar de laatste tijd voel ik dat ik zelfs daar de controle verlies. Alsof niets echt helpt. Toch is het beter dan stilzitten en nadenken. Ik neem nog een kleine hap van mijn boterham en leg de rest opzij. Genoeg, denk ik bij mezelf.

Na het ontbijt pakken we onze spullen en rijden we naar de piste. Het is maar tien minuutjes rijden, maar de rit voelt langer. Jana en Maarten praten vrolijk met elkaar over de plannen voor vandaag, welke pistes ze willen nemen, hoe mooi het uitzicht is. Ik luister maar half, mijn gedachten afgeleid door het knagende gevoel van vermoeidheid en de constante druk in mijn borstkas.

Als we aankomen bij de piste, stappen we uit en halen we onze spullen uit de lockers. Ik trek mijn snowboard uit en voel het gewicht ervan in mijn handen. Het geeft me een gevoel van vastigheid, iets concreets in een wereld die zo vaak uit mijn vingers lijkt te glippen. Ik volg Maarten en Jana naar de lift. Zij skiën, ik snowboard. Altijd zo geweest.

De lift brengt ons langzaam omhoog, hoger en hoger de bergen in. De kou is scherp op mijn huid, maar het voelt goed. Het is tenminste echt. Ik adem de ijzige lucht in en sluit mijn ogen voor een moment, voelend hoe de kou mijn longen vult. Het maakt me even wakker.

"Weet je al welke piste je gaat doen?" vraagt Jana als we bovenaan aankomen. Ze is altijd zo zorgzaam, zo attent. Ik weet dat ze zich zorgen maakt, maar ze dringt niet aan. Ze geeft me de ruimte, en dat waardeer ik. "Ik denk dat ik de blauwe piste neem, om op te warmen." zeg ik, terwijl ik mijn snowboard op de sneeuw zet en mijn bindingen vastmaak. Ze knikt en glimlacht, voordat ze samen met Maarten richting de skilift skiet voor een meer uitdagende route.

Littekens van het VerledenWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu