shot-54

370 21 7
                                    

'wat?!' roep ik ongelovig met een schorre stem.

'sorry, ik snap dat het heel erg voor je is, maar we kunnen het niet meer helpen lieverd.' zegt Tijs en aait met zijn hand over mijn hoofd.

snel sla ik boos zijn hand weg, wat verschrikkelijk veel pijn doet aan mijn pols.

'oh, sorry.' zegt hij verbaasd. 'wil je misschien wat...' 

'rot op! allemaal!' schreeuw ik met een irritant hese stem.

ik hoor Lenna zuchten, en Tijs weglopen.

na een paar seconden hoor ik een klap, en dicht is de deur.

daar zit ik dan.

alleen.

zachtjes begin ik te huilen.

Jack, mijn enige goeie vriend op dit ellendige wrak.

en Noa, die eigenlijk niet eens meer mijn vriendin is.

maar ik misde haar zo.

en nu nog steeds.

waardoor zijn ze eigenlijk dood gegaan dan?

het liefste wil ik Tijs roepen, maar ik heb hem nu toch al boos gemaakt dus dat kan ik wel vergeten.

en zelf uit deze stoel komen is ook geen optie met al die wonden en littekens.

'Noa.' fluister ik, waardoor ik nog meer in huilen uitbarst.

ik zou nu echt alles overhebben om thuis te zijn.

bij mijn oude vriendinnen, bij mijn ouders, broertje, Noa, David, Jack.

wat als dit nou allemaal een droom zou zijn en ik wakker zou worden gewoon thuis?

net zoals ik laatst had gedroomd.

zou ik dat dan willen?

zou ik het willen om iedereen die ik hier ken kwijt te raken?

alsof ik ze nooit heb gekend?

ik weet het niet, maar ik wil gewoon thuis zijn.

lekker warm, lekker normaal weer.

maar goed btw, waarom zijn ze dood?

misschien begrijp ik het van Jack nog omdat hij al zo ziek was, maar Noa?

ik heb echt geen idee.

ik begin moe toe worden.

al dat denken, ik wordt echt gek.

ik sluit langzaam mijn ogen

ineens hoor ik de deur kraken.

'Tijs?' vraag ik en open mijn ogen.

geen geluid.

'hallo?' 

weer geen antwoord, maar dit keer weer het gekraak.

het is de deur.

heel langzaam, centimeter voor centimeter, schuift de deur een stukje verder open.

ik krijg er rillingen van over mijn rug.

'Joep?' roep ik gespannen.

ineens zie ik langzaam een voet vanachter de deur schuiven.

'Tijs?' schreeuw ik nu bijna.

twee witte handschoenen glijden langs het sleutelgat.

'Joep?! Tijs?! Lenna?!' schreeuw ik in paniek.

geen antwoord, alleen het gekraak.

en dan zie ik een gezicht van achter de deur komen.

héél langzaam.

Ik weet maar al te goed wie het is.

Deadline, oftewel Nova.

'rot op!' schreeuw ik, maar Nova blijft dichterbij komen.

stapje voor stapje zie ik meer van degene.

ik wil uit mijn stoel springen, maar ik kan niet weg.

de pijn is te erg, ik kan geen kant meer op.

tot mijn schrik zie ik ook nog dat hij een pistool vast heeft.

mijn tranen prikken als een gek achter mijn ogen.

'Nova alsjeblieft! doe het niet!' smeek ik hem.

maar nog steeds loopt hij steeds dichterbij in een slakkentempo.

na een tijdje staat hij vlak voor mijn neus.

ik wil mijn ogen dichtknijpen, maar iets in me zegt dat ze open moeten blijven.

ik hoor zijn ademhaling en voel het.

'Nova, please.' zeg ik hulpeloos.

hij duwt de trekker van zijn pistool naar achteren en richt op mij.

'NEE!' schreeuw ik.

'NOVA!'

een harde knal.

stilte.

Lost again (part 2)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu