shot-73

302 24 0
                                    

heey,

één ding: sommige stukken in het verhaal lijken onbelangrijk, maar ze zijn wel nogal belangrijk.

ook dit hoofdstuk heb je het weer.

succes met readennnn!

xxx

xleeniex

---------------

(vanaf Nova gezien.)

van ver af hoor ik iemand gillen.

shit, is ze al zo snel terug?

vloekend laat ik ze achter me en ren terug naar de plek.

dwars door alle tropische planten, bloemen, en beesten.

binnen vijf minuten ben ik er.

hijgend kom ik aangerend en ik zie Mila met grote ogen naar haar duim kijken waar bloed uit sijpelt en een klein krabbetje weg rennen.

'what the f...' 

'Mijn duim!' onderbreekt Mila me.

ik kijk haar niet begrijpend aan.

'pak die krab!' roept ze.

in een keer pak ik de krab vast en kijk van de geniepige krab naar Mila.

'wat heeft dit te betekenen?' vraag ik op dreigende toon.

'het eten, dat was het eten.' jammert ze.

'is dit het enige dat je in deze lange tijd hebt gevangen? is dit hier, dit kleine beestje, het enige dat je hebt gevangen? is dit ons godverdomme avond eten?' vraag ik woedend.

geschokt kijk ze me aan.

'ja...' stamelt ze na een tijdje.

'mooi is dat.' ik laat het krabbetje vallen en stamp woedend op het beest.

'wat doe je?' gilt Mila.

'jij dacht dat we hier iets aan hadden?' ik kijk haar woedend aan en geef een trap.

voor ik het weet ligt ze op de grond.

met rode ogen krabbelt ze overeind.

'jij...' trilt ze.

'jij.' zeg ik toonloos terug.

'kijk!' schreeuwt ze ineens en wijst naar rechts.

verbaasd laat ik mijn blik glijden naar de plek waar ze wees, maar er is niks.

'wat?' wil ik zeggen maar ze is weg.

verdwenen.

shit, straks ontdekt ze het nog.

ik mag dit niet riskeren!

'Mila!' ik schreeuw mijn longen uit mijn lijf en ren naar mijn pistool.

ik schiet wild om me heen en hoor vogels geschrokken uit de bomen vliegen.

hoe durft ze?

(vanaf Mila gezien).

'kijk!' schreeuw ik overtuigend.

zijn blik wendt zich af en ik ren weg.

ik vergeet de stekende pijn in mijn benen en spring over de takken, bladeren en bloemen heen.

'Mila!' hoor ik een angstaanjagend dreigende stem verder achter me schreeuwen.

ik zie door alle bladeren en takken die in mijn gezicht zwiepen niet waar ik naartoe ren.

ineens hoor ik een schot.

en nog één.

meteen laat ik me op mijn buik op de aardachtige grond vallen.

helaas knalt mijn hoofd tegen een tak op de grond aan.

ik doe moeite het niet uit te schreeuwen, maar ik moet doorgaan.

ik blijf stil op de grond liggen, in de hoop niet geraakt te worden door de kogels.

na een minuut is het geschiet opgehouden.

ik wacht nog twee minuten voor ik eindelijk een beetje in beweging kom.

hijgend duw ik mezelf tegen een boomstam omhoog en klamp me eraan vast.

ik wrijf met mijn goede arm tegen mijn hoofd aan.

bang kijk in naar mijn hand.

mijn hand is helemaal rood geworden.

mijn hoofd bloed.

ineens voel ik een koude hand mijn arm vastgrijpen.

ik gil het uit en draai me om.

ik kijk recht in de ogen van Nova.

wat moet ik doen?

maar voor ik het weet vliegt zijn vuist recht op mijn gezicht af.

nog net weet ik te bukken waardoor zijn vuist regelrecht tegen de boom aan beukt.

hij schreeuwt het uit en ik zie mijn kans.

zo hard ik kan trap ik in zijn "jeweetwel" en ren weg.

nog net zie ik hem in elkaar zakken.

zigzaggend om bomen en planten heen ren ik voor me uit.

holy shit, heb ik hem zo net in elkaar geslagen?

en waar moet ik naartoe?

hoe groot is dit eiland?

waar ben ik?

terwijl ik ren kijk ik kort naar boven.

het is aan eind van de middag zo te zien.

ik moet ergens gaan slapen.

ver weg van Nova.

-

na een lange, hele lange tijd rennen, stop ik.

hijgend kijk ik naar de grond en leun tegen een boom aan.

ik zie de zweetdruppels op de grond vallen en af en toe een rode druppels.

hoelang gaat dit nog duren?

ik wrijf in mijn ogen, en zak voorzichtig naar beneden op de vochtige grond.

de zon is bijna onder en het is gaan schemeren.

uitgeput staar ik voor me uit.

ik zie kleine muggetjes voor me vliegen en nog meer insectjes.

dan vliegt er ineens een prachtige vlinder voorbij.

zo een die je altijd in de vlindertuin ziet.

van buitenaf bruin en grijs, maar van binnen prachtig blauw.

ik heb nooit geweten hoe die vlinders heette.

ik glimlach, terwijl de vlinder wegfladdert.

ik zou die vlinder ook wel willen zijn.

lekker vrij rondvliegen, omringt door een prachtig groen woud met mooie gekleurde bloemen.

zouden hier ook roofdieren zitten?

op Animal Planet zag ik altijd gevaarlijke panters en tijgers rondsluipen in jungles.

misschien is het beter als ik ergens anders ga slapen.

ik wil opstaan, maar voel meteen een stekende pijn in mijn hoofd.

ik knijp mijn ogen dicht en krimp in elkaar.

oké, dat wordt toch maar hier blijven slapen.

ik maak me zo klein mogelijk en zorg ervoor dat er een paar takjes en blaadjes over me heen liggen.

dan sluit ik mijn ogen.

hopend dat ik niet een prooi van een roofdier wordt, of nog erger; door Nova wordt gevonden.

langzaam zak ik weg in een rusteloze nacht.

Lost again (part 2)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu