Hoofdstuk 57

186 14 13
                                    

Perspectief Fabio

Ik geloof niet in angst maar op dit moment ben ik bang. Sinds het telefoontje die ik van mijn opa heb gekregen dat Fernando Farah heeft gaat er van alles door mijn hoofd. Aandachtig kijk ik naar de grote schermen van Juan, een goede vriend. Hij heeft bij de politie en in het leger gewerkt, hij is een computernerd wat me nu goed kan helpen.

Ik hoor hem zuchten, een paar beelden komen tevoorschijn waar ik van schrik.
"Hij laat er geen gras overheen groeien" Zegt Carlos met opeengeklemde kaken.
"Kun je alle beelden volgen van de straat camera's?"
"Ik doe me best" Voor even kijk ik mijn opa aan die er niet bij is met zijn hoofd. Juan zoekt naar zoveel mogelijk straatbeelden, het kenteken van Fernando zijn auto en probeert de telefoon van Farah te traceren.

"Dit is haar laatste locatie"
"Wat zit er allemaal in de buurt?"
"Op 23 kilometer een watertank en wat verderop een loods" Tijdens het bedenken van verschillende plannen kijken Ricardo en Opa beide naar hun telefoon.
"Ze heeft haar locatie gestuurd" Ricardo draait de telefoon om.
"De loods" Zegt Juan.

Gefrustreerd staar ik voor me uit. Het enige wat ik hoop is dat Farah en de baby oke zijn en daar bid ik uit de grond van mijn hart voor.

"Listo? - klaar?" Juan knipt zijn vingers voor me ogen.
"We gaan" Hij geeft me een schouderklop en ik sta snel op. Het is doodstil, iedereen trekt een kogelvrije vest aan, het zwarte overall en een bivakmuts. De wapens worden geladen voor ik het pand uit loop houdt mijn opa me tegen.
"We halen hun hier wel uit" Ik geef mijn opa een knuffel, hij zit er zwaar mee dat dit Farah moet overkomen en hij geeft zichzelf de schuld ervan.

Juan heeft een team geregeld met bekende van hem die mee op deze missie gaan. Als opa in de ambulance stapt doe ik de deur dicht.
De hele weg er naar toe zegt niemand iets, het is drie kwartier rijden en de hele weg heb ik alleen maar gebeden.

Een voor een stappen we uit, ik haal diep adem en doe nog een laatste schietgebedje en trek de bivak over mijn hoofd.
We omringen de loods, het geschreeuw van Fernando is vanaf buiten te horen. Kwaad, woest, woedend, vurig.
"Hoe ik dat weet? Mijn zusje is zo lief geweest om te vertellen dat je niet de huishoudster bent maar de vrouw van Fabio mentirosa - leugenaar!" Schreeuwt hij hard. Binnensmond vervloek ik Nicole. Ik hoor een aantal schoten en mijn hart staat even stil, de loods deur wordt ingetrapt en met ze'n alle rennen we naar binnen. Met de wapen geeft hij een harde klap tegen Farah haar hoofd, ik wil meteen schreeuwen maar dan verraad ik mezelf. Van binnen kook ik van woede, het liefst doorboor ik zijn hele hoofd en lichaam met plomos - kogels.
"Laat je wapen zakken!" Schreeuwt Juan, het echoot door de loods.
"Qual? Eso o eso - welke? Deze of deze?" Lacht Fernando vermaakt en een mes in zijn ene hand omhoog houdt en de wapen in zijn andere hand waar hij mee zwaait. Zijn lach verraadt dat hij hier intens van geniet, zieke geest. Carlos lost een schot op hem wat hem niks lijkt te doen.
"Dat was niet zo slim" Lacht hij nog harder en Farah bruut omhoog trekt, in een snelle fractie van een seconde steekt hij Farah met een mes en los ik kogels op hem. Farah haar blik breekt mijn hart, ze snapt niet wat er gebeurd, haar bambi ogen staan vol pijn, angst en paniek. Ze grijpt naar de zijkant van haar buik en staart onbegrijpelijk naar haar handen die rood gekleurd zijn van het bloed.
Fernando valt in een klap voor haar neer, ze in elkaar zakt en haar ogen sluit.

"Hang hem op" Schreeuwt Carlos genadeloos, ik snel me naar Farah toe.
"Farah! Farah!" Mijn hart gaat flink te keer en slik een diepe brok weg, de adrenaline giert door mijn lijf en het zweet breekt me uit. In een beweging til ik haar op, ze trilt en het bloed verlaat haar lichaam in een snelle tempo.
"Estoy contigo - ik ben met je" De loods ren ik uit en leg haar op de brancard waarna ze in de ambulance wordt gezet. Met grote ogen kijkt opa naar Farah en trekt wit weg.
"Ze gaat het halen toch? Zeg dat ze het gaat halen!" De ambulancebroeder knikt maar zegt niet veel. Met sirenes en piepende banden rijden ze weg en zet mijn handen op mijn knieën, mijn keel lijkt dicht geknepen te worden. De laatste keer dat ik me zo voelde was toen mijn broer overleed en ik aan coke begon. De tranen banen een weg en mijn hart lijkt het te begeven en hap naar adem en haal bruut de bivakmuts van mijn hoofd af.

"Hij hangt" Carlos pakt me bij mijn schouders vast terwijl Ricardo mijn ademhaling onder controle probeert te krijgen. Uit de truck haalt hij water die ik in een teug opdrink en draai me om en loop de loods binnen. Fernando hangt aan een ijzeren kettint en hij beweegt op en neer maar dat heeft voor hem geen zin. Zijn armen zitten omhoog vast en de ketting hangt aan een rails.
"Fabio, Fabio mira mi hermanito - kijk mijn broertje" Lacht hij ironisch.
"No es tu hermanito - ik ben je broertje niet"
"Je ziet er goed uit. Waar is je vrouw?" Lacht hij harder.
"Wauw ze is mooi!"

Ik reik mijn hand naar de broer van Juan die me een sigaret reikt, ik pak een stoel en schuif het voor Fernando en ga zitten. Met de aansteker steek ik de sigaret aan en duw het een voor een in zijn open wonden, zijn pijnkreet weergalmt door de ruimte.
"Denk je dat dit alles is? Wat dacht je van de honderden mensen die jij van alles hebt aangedaan?" Carlos lost nog een kogel in zijn been en met elektroden geven we hem een schok en hij het uitschreeuwt. Carlos laat los en herhaalt de handeling een aantal keren.

"Waarom heb je haar meegenomen?"
"Ze is mooi. Ik wil haar en ik de-" Met een ijzeren voorwerp sla ik hard in zijn buik. Na een lange marteling loop ik de loods uit.
"Misschien overleef je het en misschien ook niet!" Lacht Carlos, de benzine geur dringt mijn neus in. De loods ben ik nog niet uit en het vat vlam en me omdraai en alles in vuur zie op gaan. Carlos komt naar buiten gerend.
"Esta loco - ben je gek!" Schreeuw ik naar hem. Mij negerend loopt hij me voorbij.
"Doe wat jullie moeten doen, maar laat hem nog even lijden" Ik draai me om en zie een aantal brandweermannen.

"Wat doen we? Hem uitleveren aan Amerika of de zwaarste gevangenis?"
"Wat is erger?" Carlos en ik kijken elkaar lang aan.
"Zwaarste gevangenis" Zeggen we tegelijk.
"Hij kan uiteindelijk alsnog uitgeleverd worden" De broer van Juan knikt, hij werkt voor de politie. Fernando staat aan de top van de zwarte lijst. Een van de grootste criminelen en voortvluchtige.
"Nu is het aan jullie" Met een diepe zucht stappen we de truck in.
"Ga je nog rijden?" Carlos schudt zijn hoofd.
"Ik wil dit met mijn eigen ogen zien, Farah haalt het wel en opa is bij haar" Ik knik en wachten af tot hij de loods uitgebracht wordt en de boeien om krijgt.

Onderweg naar het ziekenhuis belt opa op.
"Waar zijn jullie?"
"Onderweg naar het ziekenhuis"
"Ze haalt het misschien niet" Ik hang op en Carlos racet over de wegen naar het ziekenhuis.
De auto is nog niet volledig gestopt als ik de auto uitstap en de eerste hulp in ren. Mijn hart gaat flink tekeer, mijn ademhaling wordt zwaar en secondes lijken uren te duren.

Survive For LoveWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu