Hoofdstuk 100 - einde

140 9 14
                                    

Met een diepe zucht ga ik zitten in het zand en leun met mijn rug tegen de rots aan. Mijn knieën trek ik op en mijn armen om mijn knieën sla en mijn kin op mijn knieën laat rusten. De zon is nog maar net op, gefascineerd staar ik naar de zee, bet brengt me altijd tot rust, de zee, het geluid, de geluiden van de vogels ik geniet er intens van. Het frisse briesje snijdt langs mijn huid en voel ik door mijn haren.
Langzaam aan voel ik dat het warmer wordt voor de dag, de zon staat hoog en scherp en sluit mijn ogen terwijl ik de zonnestralen op mijn huid voel verwarmen.

Ik fluit Bunker na en hij niet veel later van de andere kant van het strand naar me toe komt rennen over het water en zand.
"Blijf je hier of wil je spelen?" Zijn oortjes gaan omhoog staan en kijkt me afwachtend aan en ik de bal uit mijn tasje haal. Enthousiast wilt hij al wegrennen alvorens ik de bal gegooid heb en ik ervan moet lachen, ik sta even op en werp hard de bal in de verte en hij er achteraan rent. Dit doen we een paar keer en als hij de bal voor me neer legt weet ik dat hij uitgespeeld is en weer ga zitten, hij gaat naast me liggen en onder zijn kin aai en een snoepje geef.

Kort rommel ik mijn tasje en er een joint en aansteker uithaal en aansteek en de eerste hijs neem. Mijn gedachten dwalen af terwijl ik naar de zee kijk en mijn notitieboekje erbij pak en alles van me afschrijf en tevreden het notitieboekje dichtklap en opsta.
Met mijn voeten speel ik in het zand en loop in het water, het voelt heerlijk om het water en zand onder mijn voeten en tussen mijn tenen te voelen. De bal van Bunker gooi ik het water in en hij erachter aan springt en terug komt zwemmen met de bal in zijn bek, we spelen nog even en ik weer ga zitten en van de zonnestralen op mijn huid geniet.
Na één uur besluit ik om het strand te verlaten en naar de pick-up loop en wacht tot Bunker achter in de bak springt.

Enkele dagen later.

"Farah?!" Mijn laatste spullen zet ik in de koffer en de badkamer in loop en mijn hygiëne spullen bij elkaar in een tasje doe en terug naar de inloopkast loop.
"Ja!" Carlos loopt naar binnen en hem groet.
"Ben je nog niet klaar?"
"Nee bijna, ik wist gewoon niet meer wat ik in moest pakken..."
"Tranquila- rustig aan, je hebt nog zat tijd. Ik ben gewoon vroeg..."

Mijn kinderen hebben me zomaar een ticket naar Bogota cadeau gegeven waarvoor ik nu aan het inpakken ben, Carlos brengt me naar de airport.

"Hoe is het met jou? Ben je nog aan je werk toegekomen?"
"Biën - goed, nog wel moe. Ik heb wat gewerkt maar heb niet alles weg kunnen werken zoals ik wou. Hoe is het met jou?" Carlos is bijna drie weken weg geweest en sinds zijn terugkomst moe en best afwezig, zijn tripje heeft hem denk ik toch wat aangedaan en daar is hij nog van aan het bijkomen. Ook Dani is het opgevallen en beide denken we dat het komt door Isabella, zijn moeder.

"Tia - tante!" Aan het geren weet ik dat het Rosa is die lachend binnen komt rennen en me om de hals vliegt, haar armpjes kruist ze in elkaar om me nek. Haar geweldige kinderlach vult mijn oren en ze me loslaat en zich aan Carlos zijn been vastklampt en optil, ze wordt beladen met kusjes, wanneer Carlos haar los laat gaat ze in mijn koffer op de kleding zitten.
"Ik ga mee tia!"
"Waar ga je mee naar toe?" Lach ik en haar bolle wangetjes van het gelach rood kleuren.
"No se - weet ik niet!" Lacht ze.
"Ga je mee in mijn koffer naar Bogota?"
"Si - ja!"
"Nou dat denk ik niet hoor" Zegt Dani die binnen loopt en kus drukt op mijn hoofd en kliert met zijn vader.
"Echt wel!"
"Nee echt niet!" Met haar armpjes gaat ze over elkaar.
"Waar is je broertje?"
"Slapen" Zegt ze kattig, Rosa is bijna vier en heeft echt een karakter gekregen waar je soms u tegen zegt.
"Ben je boos?" Plaag ik en ze knikt.
"Waarom?"
"Omdat ik niet met je mee mag"
"Nu niet, andere keer oke? Dan gaan we naar het vakantiehuisje" Ze knikt tevreden en bij Carlos, haar opa op schoot ga zitten en de koffer dan dichtrits.

"Heb je al plannen hermosa - knapperd?" Vraagt Dani.
"Nee, eigenlijk niet..."
Als ik hun gedag heb gezegd stap ik bij Carlos in en hij me naar de Airport brengt.
"Gaat alles goed? Je bent zo afwezig deze dagen..."
"Ja het gaat goed, gewoon een paar dingen wat ik moet regelen aan mijn hoofd"
"Zeker?" Hij kijkt me kort en geeft me een glimlach.
"Ja echt!"

Survive For LoveWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu