Hoofdstuk 101.

91 5 1
                                    

~ vanuit Nils ~
Ik open mijn ogen. Ik kijk naast me. Me hart stopt even. Ik klim het bed uit en ren meteen naar beneden. Amber kijkt me verbaast aan. "Nils rustig" zegt ze lief. Ze drukt een kus op mijn lippen. "Ik heb ontbijt gemaakt". Ik laat me op een stoel vallen. "Niet zo stressen". Ik drink wat water. De bel gaat. Amber kijkt naar mij. "Ik kan zo niet open doen" zegt ze lachend. Ik zie nu pas dat ze nog een bh en onderbroek draagt. Ik sta op en open de deur. "Rein je bent te vroeg" zeg ik als ik Rein zie staan. "Nou en, Daan is hier ook hoor" zegt hij meteen als reactie. Daan en Rein lopen me voorbij naar de woonkamer. Ik loop achter ze aan en ga weer zitten aan de tafel. Ik trek mijn vest uit en gooi het naar Amber. Ze trekt het snel aan. "He Am". "He Reintje". Rein gaat naast mij zitten. Daan naast Amber. "Nou goodmorning". Ik neem een hap cornflakes. "Vandaag hebben we toetsdag" zegt Rein zuchtend. Ik spuug bijna me cornflakes uit. "Waarvan?" Vraagt Amber geschokken. "Maatschappijleer en economie". Zelfs Daan lijkt verbaast. "Maar daar wist ik niks van". Rein kijkt ons moeilijk aan. "Dat stond in die ouderinfo shit, me moeder appte het". Daan pakt meteen z'n mobiel. "Ha logisch, Am en ik hebben even geen ouders" zeg ik lachend. Amber glimlacht. "Naja lekker vroeg uit dus". Daan houd de telefoon bij z'n oor. "Mam, waarom heb je niet verteld dat ik toetsdag heb?" Roept hij bot in de telefoon. "Niet waar!". "Maar ik heb niet eens een vriendin!" Amber en Rein barsten in lachen uit. Ik glimlach. "Dus dan zeg je het maar niet?!". "Tot ziens". Daan gooit de telefoon op de tafel. "Was dat je moeder?" Vraagt Rein. "Nee ik noem me vader altijd mam" zegt Daan geïrriteerd. "Daan rustig, we halen samen een drie goed?" Stelt Amber voor. Daan kan gelukkig weer een beetje lachen. "Maar weet je wat chill is?" Vraagt Rein. "Je zit in je mentorklas!" Amber glimlacht. "Yes veilig!" Roept ze. "Maar kom, we moeten naar school". Rein trekt me mee. Ik trek mijn nieuwe gympen aan. "Wow Nils, hoe kom je daar aan?" Vraagt Rein. "Besteld" vertel ik. "Die zijn echt gaaf". Ik glimlach. "Dankje, ik stuur je de link wel even". Amber draagt nog steeds mijn vest. "Nils ik hou deze vandaag aan oke?" Vraagt ze lief. "Ja is goed". Ik sla een arm om haar heen en loop naar buiten. Rein zit al op z'n fiets rondjes te fietsen. Hij rijd steeds vlak langs Daan's fiets. "Rein, als die valt heb je een probleem" zegt Daan. "Ik ben toch pro" zegt Rein op een stoere manier. Hij rijd nog een rondje. "Kom Daan" zegt Amber. Rein knalt vol tegen de fiets van Daan aan waardoor die omvalt. "Oeps. Daan wacht het ging perongeluk!" Roept Rein paniekerig. Daan zet z'n fiets weer neer. Rein zegt allemaal manieren om sorry te zeggen. Amber en ik lachen alleen maar. "Rein mag ik weer voorop?" Vraagt ze. "Ja kom maar" antwoord Rein. Ik pak m'n fiets uit de schuur. Amber zit al bij Rein voorop. Ze zit met haar gezicht naar hem toe. Daan wrijft over z'n fietsbel die bekrast is. "Ik koop wel een nieuwe" zegt Rein lachend. Ik stap op en ga naast Rein fietsen. Daan komt aan mijn andere kant. "Amber doe dat vest eens los man, is dat niet veel te warm?" Zegt Rein. Hij steekt zijn hand uit en pakt de rits. "Nee!" Zegt Amber vel. Ze slaat zijn hand weg. Daan en Rein kijken haar verbaast aan. "Het kan niet" zegt ze rustiger. "Ik ben vergeten een shirt aan te doen oke?" Daan barst in lachen uit. "Nou Nils dan mag je wel goed op d'r passen vandaag" zegt Rein ook lachend. Amber kijkt me lief aan. "Nils past altijd goed op mij". Rein maakt een strakke bocht waardoor Amber bijna valt. "Rein, zeg het dan even ja?" Zegt ze lachend. "Bocht!" Roept Rein. We rijden het schoolplein na een tijdje op. Amber springt van Rein's fiets. "Thanks Reintjee". Ik haal de sleutel uit me fiets en pleur hem bij de rest. We hebben gelukkig nog wel even tijd. Daan zit de klooien met z'n slot. "Lukt ie Daan?" Vraag ik. "Ja ik heb 'm bijna..". De sleutel breekt af. "Das kut, slot kapot" zegt Rein. "Dat rijmt niet eens sukkel" zegt Amber. "Weet ik ook wel bitch" zegt Rein. "Oh nou als het zo moet" zegt Amber terug. Terwijl Amber en Rein bitchie staan te doen help ik Daan om uit het fietsenhok te komen. "Kut fietsen allemaal". Daan en ik lopen naar Rein en Amber. Amber pakt mijn hand. Op dat moment gaat de bel. Ik trek haar mee. We rennen ons mentorlokaal in. "He jongens, jullie zijn optijd" zegt mevrouw Baansma. "Waar is de mentor?" Vraagt Daan. "Hij is vandaag ziek, morgen is hij er weer. We beginnen om negen uur met de toetsen" zegt ze. Ze loopt het lokaal uit. Er zit verder niemand. Ik trek Amber mee achter Daan aan. We gaan met z'n vieren zitten bij het raam. Amber gaat naast mij. Daan en Rein voor ons. "Beter gaan we straks naar het strand" stelt Rein voor. "Jaaa" roept Amber. "Is goed, mag owen dan ook mee?". Ik luister naar wat ze allemaal zeggen en kijk uit het raam. "Oke, dus vanmiddag met Owen en Emma naar het strand?" Vraagt Daan. "Ja". Amber staat op. "Ik moet naar de wc" zegt ze. Iedereen kijkt haar raar aan. "Ja hallo ik ga niet alleen!" Ze kijkt naar de deur. "Naja misschien kan het ook wel". Ik zie Amber in de deuropening staan. Ze glimlacht en loopt weg. "App jij Owen even?" Vraag ik aan Daan. "Ja is goed". Ik kijk uit het raam. "Niiiiiiiiiiils!" Hoor ik Amber gillen. Ze rent gillend het lokaal in en gaat bij mij op schoot zitten. Ze slaat mijn armen om haar heen. Roy verschijnt in de deuropening. Er komen nog drie jongens achter hem aan. "Volgende keer pakken we je echt!" Roept hij dreigend. "Er komt geen volgende keer sukkel" roept Rein terug. Roy steekt zijn middelvinger op en verdwijnt weer. We zijn allemaal even stil. "Ga je dan nu mee naar de wc?" Vraagt Amber alsof er niks gebeurd is. "Ja sowieso". Amber pakt mijn hand en trekt me mee naar de wc's.

"Amber, don't give up.." || Mainstreet FanfictieWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu