'Taxi,' schreeuw ik door de drukke straten van New York. Gelukkig duurt het niet lang voordat een taxi pal voor mij stopt. Ik stap opgelucht in en houd het kunstboek dicht tegen mij aangedrukt.
'Waar wilt u naartoe mevrouw?' Ik merk hoe hij via de binnenspiegel afkeurend naar mijn doorweekte kleren kijkt. 'Naar het FBI-hoofdkwartier van Manhattan, alsjeblieft,' zeg ik haastig. Zijn gezichtsuitdrukking verandert meteen in verbazing.
'Natuurlijk.'
Onderweg naar het gebouw ben ik erg geneigd om het kunstboek open te slaan. Enerzijds wil ik maar al te graag ontdekken wat erin zit maar anderzijds raakt mijn hart in paniek bij de gedachten aan hetgeen dat erin zit. Ik besluit het gesloten te houden. Misschien heb ik daar na de training nog tijd voor.
'Bent u een agente?' vraagt de chauffeur mij nieuwsgierig. Ik schiet in de lach. Op deze vraag zat ik dus echt te wachten.
'Nee,' lach ik zachtjes.
'Gelukkig maar. Dan hoef ik ook niet meer zo langzaam te rijden,' lacht hij met mij mee. De frons tussen zijn wenkbrauwen verdwijnt meteen. Zijn ogen lichten op. Hij trapt op de gaspedaal en we schieten vooruit. Plotseling wordt onze weg geblokkeerd door een zwarte auto die recht voor ons stopt.
Ik kijk naar achteren en zie ook dat er daar een zwarte auto staat.
'Wat gebeurt er?' roep ik angstig. Mijn ademhaling versnelt zich. Ik voel mijn hart razendsnel in mijn keel kloppen. De taxichauffeur geeft geen gehoor en stapt boos uit de auto.
'Hé! Ga eens aan de kant,' schreeuwt hij woedend. Er stappen zo'n vijf mannen uit de auto voor ons. Alle vijf dragen ze een zwarte pak. Twee van hen hebben een wapen in bezit en richten die op de man.
'Hé... hé, rustig aan,' stottert hij achteruit lopend. 'Geef ons het meisje in uw taxi en er gebeurt u niks,' zegt een van de mannen. Ik raak in paniek. Wat moeten ze met mij? Met angstige ogen blik ik op de taxichauffeur die medelijdend naar me om kijkt.
'Wat willen jullie van haar?' probeert hij nog. Ik wil uitstappen en wegrennen, maar bedenk mij dat ik geen kant op kan. De twee mannen halen tegelijkertijd de slagpin van het pistool, maar staan net niet op het punt om te vuren.
'Oké... Oké! Neem haar maar mee,' piept de man en gooit zijn handen in de lucht. Ik kijk verslagen naar de mannen die mijn richting op lopen.
'Stap uit de auto,' wordt mij dwingend bevolen. Ik geef geen gehoor en probeer zo koppig als ik ben hun grens op te zoeken. Je bent verdomme in levensgevaar, denk ik geïrriteerd.
'Stap uit de auto!' herhaalt een van de mannen. Geen reactie. Ik stop haastig het kunstboek in de handen van de taxichauffeur die weer instapt.
'Geef dit alsjeblieft bij het FBI-hoofdkwartier af. Vraag naar Steve L'More en vertel hem dat zijn nichtje is meegenomen door waarschijnlijk dezelfde mannen als die voor mijn huis stonden. Alsjeblieft, hij zal u meteen begrijpen,' smeek ik hem met vochtige ogen. De man knikt en omsluit zijn handen om het boek.
'Het spijt mij zo erg,' mompelt hij bang. Ik schud mijn hoofd. 'Belooft u mij dat u dit zult afgeven?' Hij knikt nogmaals. Ik glimlach. 'Bedankt,' prevel ik.
Ik stap rustig uit en er wordt meteen een zwarte zak over mijn hoofd getrokken. Daarna word ik hardhandig in de auto gesleurd.
'We hebben het meisje,' hoor ik iemand zeggen. 'Geef aan de Sultan door dat we op zijn volgende instructies wachten,' vervolgt hij kalm. Sultan? Wat is een sultan?
Dag ladies, straks krijgen jullie nog meer! Laat een stem achter als het verhaal jullie aanspreekt.

JE LEEST
Eloise Belle
FantasiaProloog ... De Koning kantelde zijn hoofd opzij en keek met een glasharde blik naar de samengestelde teams. Hij was ziedend. Na al die jaren was dit niet het moment om erachter te komen dat ze nog leeft. De Prinses had hem een belofte gedaan. Ze zou...