Hoofdstuk 25.1

1.3K 77 15
                                    

Wat voorafging...

'Doe het,' fluister ik schor. Ik schop mijn hakken uit en laat mezelf verslapt op de grond vallen. Ik grijp naar de ketting van Danny en laat mijn tranen hun gang gaan. Hoe hypocriet zou het wel niet zijn om hem te smeken om mij te sparen?

Redouan kijkt mij verward aan. Ik veeg mijn tranen vurig weg.

'Doe het,' schreeuw ik. Ik voel de teleurstelling van Danny, Jack, Ryan en Aleser. Ik voel de teleurstelling van iedereen die mij heeft proberen te beschermen. Ik zit hier als een lafaard om de dood te smeken. Maar dit is de enige manier om hen te beschermen. Dat weet ik nu.

'Dit is voor Maher,' roept Redouan. De verwarring is duidelijk in zijn ogen te lezen. Ik sluit mijn ogen en probeer Alesers gezicht voor de geest te halen. Hij is het laatste wat ik wil zien.

....

De deur zwaait open. Ik houd mijn ogen gesloten en concentreer me op de geluiden. Getik. Er stapt een vrouw binnen. Haar warme stem vult de donkere ruimte.

'Laat uw wapen zakken.' Mijn ogen springen open. Haar stem moest waarschijnlijk angstaanjagend klinken, maar het is Redouans gezicht dat de rillingen over mijn rug doet kruipen. Aan zijn schouders kan ik opmerken dat hij ongecontroleerd adem haalt. Hij ziet lijkbleek. Zijn ogen sperren zich open. Hij kijkt alsof hij een spook heeft gezien. Hij prevelt iets in het Arabisch. Het is bloedheet maar toch gaan de haartjes in mijn nek recht overeind staan. Ik versta slechts één woord. Duivel. Zijn mond valt open.

'Ik mis nooit, Redouan. Dat weet u.' Ik geloof elke woord. Ze klinkt zo bekend. Mijn onderbewustzijn heeft gelijk. Het is net alsof ik de stem eerder heb gehoord.

'Maar dit.. het is.. onmogelijk,' stamelt hij. Zijn ogen zoeken de mijne. Hij verschuift zijn arm. Ik kijk recht in de loop van het vuurwapen.

'De koning kan jou nu niet beschermen. Als zij niet de trekker overhaalt, doe ik het.' De tranen springen in mijn ogen bij het horen van zijn stem.

'Jullie staan te ver weg. Het lukt je nooit,' schreeuwt Redouan.

'Ga weg Aleser,' fluister ik gebroken. Hij brengt zichzelf in gevaar. 'Het is oké.' Ik voel me verslagen en laat mijn hoofd zakken. De tranen rollen over mijn wangen. NEE! Het is niet oké! Je gaat niet dood! Wees geen lafaard en sta op om voor je leven te vechten. Denk aan Danny, Jack en iedereen die vanwege jou is gesneuveld.

'Ik zal het niet nog eens vragen. Laat uw wapen zakken!' schreeuwt de vrouw. Redouan verstevigt zijn grip om het vuurwapen. Ik veeg mijn tranen weg en kijk op. Mijn onderbewustzijn heeft wederom gelijk. Ik zie haar tevreden blik voor me. Ik ga niet dood. In ieder geval niet vandaag. Ik moet mijn gevoelens opzij zetten. Uitzetten. Het is me eerder gelukt. Ik kan het wel.

'Hij is een moordenaar,' prevel ik onverstaanbaar. De kilte verschijnt in mijn ogen. Mijn blik verhard.

'Jij bent niet echt. Ik verbeeld het me,' roept Redouan. Ik knijp mijn ogen samen. Zijn arm hangt laag. Zijn hand staat maar een paar centimeters van mijn gezicht verwijdert. Hij heeft zijn aandacht op de onbekende vrouw achter mij gevestigd. Denk.

Als ik snel ben kan ik het vuurwapen van hem afpakken. Je zult nooit snel genoeg zijn.

Ik kan proberen om snel weg te duiken en de anderen laten schieten. Wat nou als hij als eerst schiet?

Misschien moet ik hem proberen om te praten? Zijn broertje is vanwege jou gestorven. Ik denk niet dat dat zal werken.

Ik schud mijn hoofd. Mijn gedachten maken mij gek. Ik wil me naar Aleser omdraaien, maar dan zal Redouan zeker de trekker overhalen.

'Vergeet wat ik zei, Redouan. Ik wil nog niet sterven,' fluister ik. Ik zou iets moeten voelen. Angst, verdriet of haat. Maar ik voel niks. Helemaal niks? Hij lacht vreugdeloos.

'Dat had je dan eerder moeten bedenken.' Monster! Ik sta voorzichtig op. Zijn vuurwapen volgt elke beweging die ik maak. Nu staan we bijna oog in oog met elkaar. De angst in zijn ogen is verdwenen en heeft plaats gemaakt voor zijn duivelse blik. Ik ben net iets korter dan hem. Precies goed. Ik moet hem boos maken. Razend.

'Weet je wat echt goed voelde, Redouan? Toen de kogels in het lichaam van jouw broertje vlogen,' lieg ik. Zijn ogen gaan wagenwijd open staan. Zijn hoofd loopt rood aan van woede.

'Verdomme Eloise Belle!' roept Aleser. Ik grijns. Ga zo door. Wat gebeurt er met me?

'Ik moest ervan lachen. In zijn laatste seconden besefte hij dat zijn einde was gekomen. Hij voelde zich verslagen en ik voelde me zoo..' 'Houd je mond! Houd verdomme je mond dicht! Jij gaat eraan,' schreeuwt hij. In die ene seconde dat hij over mijn schouder kijkt grijp ik met mijn linkerhand naar het vuurwapen en sla ik tegelijkertijd met alle kracht zijn arm weg. Precies zoals ik het heb geleerd. Nu richt ik het vuurwapen op hém.

'Dit is niet het einde, Eloise Belle. Zolang ik nog leef zul jij gevaar lopen. Ik zal jouw familie en vrienden één voor één om het leven brengen. En jou als laatst. Je zal altijd met één oog open moeten slapen.' Je hebt gewonnen, Eloise. Ik schud mijn hoofd in gedachten. Nog niet.

De voetstappen komen dichterbij. Ik hoor ze op de achtergrond praten, maar het klinkt allemaal zo ver weg. Het enige wat ik luid en duidelijk kan horen zijn mijn gedachten. Zolang hij leeft loopt mijn familie gevaar.

'JULLIE GAAN ER ALLEMAAL AAN!' De oorverdovende schot snoert zijn mond. Ik sluit mijn ogen en blijf schieten tot er geen kogels meer over zijn. Ik laat het vuurwapen los en zodra het de grond bereikt besef ik dat ik mezelf ben verloren. Voor altijd..

Eloise BelleWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu