'Je hebt bezoek,' roept een onbekende stem aan de andere kant van de deur. Het is vast één van mijn deurwachters. Ik gooi het dagboek wat ik al voor de vijfde keer heb uitgelezen onder het bed en ga recht zitten.
'Binnen,' roep ik kalm. Ik hoef niet te kijken om te weten wie binnen komt. Ik ben in deze dagen slechts drie keer bezocht. Twee keer door de koning. De duivel. Toen ik hem zag wilde ik mijn vuist in zijn wond boren. Jack raakte hem in de buurt van zijn schouder. Net boven het hart waardoor hij de schot heeft overleeft. Er zit nog wel een verband om zijn schouders maar hij beweegt zijn armen alsof er niks aan de hand is. Ik vervloek hem. Als ik niks doe is Jacks dood voor niks geweest. Ik probeer mijn opkomende tranen terug te dringen. Ik heb de afgelopen dagen alleen maar gehuild. Ik dacht dat de tranen nu vast op zouden zijn. Niet dus.
'Aarde aan Belle.' Ik kijk op naar een grijnzende Ryan. Met grote ogen vlieg ik hem om de hals en houd hem stevig vast. Bang dat als ik hem loslaat hij me ontnomen wordt. Wat ben ik blij dat het niet de duivel is.
'Ik ben verbaasd je te zien,' roep ik enthousiast. Ik laat hem even los om naar zijn gezicht te kijken. Hij blijft grijnzen.
'Ik heb je ook gemist, Belle,' lacht hij zachtjes. Ik sla wederom mijn armen om hem heen. De tranen staan op het punt om mijn ogen te verlaten. Alweer. Dit moet stoppen. Het gehuil en me steeds zwak voelen moet stoppen. Ik moet mijn kracht weer terug vinden. Mijn beschermende muur weer opbouwen. Ik ben nou al dagen in deze kamer aan het trainen. Ik voel me elke dag sterker worden, maar net niet genoeg. Net niet genoeg om te ontsnappen.
Ryan duwt me zachtjes van zich af en pakt mijn handen vast. 'We hebben slechts een uur,' zegt hij minder vrolijk. Ik knik. Meer had ik ook niet verwacht. 'De schoft leeft nog,' vervolgt hij somber. Ik knik wederom.
'Heb je Aleser gesproken?' vraagt hij me na een lange stilte. Ik schud mijn hoofd. Met zo weinig tijd moeten we snel een plan opstellen. Ik wil het niet over Aleser hebben. Hopelijk zal Ryan me niet zijn rug toekeren. Nooit, daar is hij te goed voor.
'Ik moet je iets vertellen,' begin ik met trillende stem. We gaan op het bed zitten. Hij staart me nieuwsgierig aan.
'Danny, hij wist ervan,' fluister ik zachtjes. Net verstaanbaar zodat ik het niet hoef te herhalen. Hij trekt een wenkbrauw op. 'Danny kende de dode prinses. Hij kende Aleser..' Ik huiver. Aleser heeft een enorme geheim achter gehouden. Waar liegt hij nog meer over? Concentreer je. Vergeet hem voor heel even. 'Ze studeerden samen en liepen hier stage. In Abu Dhabi. Ze werkten voor de geheime dienst. Voor de koning. Zo leerde Danny de prinses kennen. Het zusje van de koningin,' spreek ik gehaast. Ik wil het er snel uit hebben. Nog voordat ik in tranen uitbarst. 'Hij vond me sprekend op haar lijken en startte een onderzoek. Hij vertelde niemand hierover. Zelfs Aleser niet, terwijl hij de grootste deel van zijn tijd met hem besteedde. Hij begon de puzzelstukken bij elkaar te zetten. Hij ontdekte het geheim van de prinses,' zeg ik bibberig. Ik grijp naar het dagboek onder het bed en gooi hem op zijn schoot. Ik kan niet meer verder spreken.
Hij staart me met open mond aan. Hij sluit zijn ogen voor geen moment. Zo blijven we zwijgend zitten. Het lijkt een eeuwigheid voordat hij de stilte verbreekt.
'Wat was haar geheim, Eloise?' vraagt hij me verward. Ik barst in tranen uit. Hij wist het nog niet. Ik durf de woorden niet uit te spreken. Als ik het hardop zeg is het net alsof ik het accepteer.
'Wat is zo erg dat je ervan moet huilen?' Ik snik zachtjes.
'Ze is mijn moeder, Ryan. De dode prinses van Abu Dhabi is mijn biologische moeder.'
JE LEEST
Eloise Belle
FantasyProloog ... De Koning kantelde zijn hoofd opzij en keek met een glasharde blik naar de samengestelde teams. Hij was ziedend. Na al die jaren was dit niet het moment om erachter te komen dat ze nog leeft. De Prinses had hem een belofte gedaan. Ze zou...