Verbaasd keek ze hem aan. "Wat?" kon ze nog uitbrengen. Zakaria ging weer tegen zijn stoel leunen. Zijn woorden drongen hem later door. Maar dat liet hij natuurlijk niet merken. "Je bent koppig en wilt alles weten."
Ze trok haar wenkbrauw op. Beiden wisten dat het ontzettend dom klonk in de oren. Ze keek hem even aan en schudde met haar hoofd. Ze keek weer naar haar blaadje. Is er iemand in je leven, stond er op haar blaadje.
Ze keek naar haar blaadje en daarna weer naar Zakaria. Die keek haar afwachtend aan. "Heb je een relatie." Haar stem klonk zachtjes en ze keek niet in zijn ogen. Het blaadje in haar handen leken interessanter te zijn dan Zakaria.
"Nee." Ze schreef het op. Zijn stem klonk weer hard. Ik had het niet moeten vragen, zei ze in haar eigen. "Wat wil je bereiken met deze tournee?" Ze keek diep in zijn ogen. Ze zag zijn ogen veranderen van koud tot intense ogen.
'Beroemder worden. Meer publiciteit. Meer verdienen. Mensen trots maken," zei hij alles in één zin. Rachida knikte en schreef op wat Zakaria Tahir zei. "Wie wil je trots maken?" vroeg ze aan hem.
"Mijn familie." Hij trok het blaadje en pen uit haar handen. "Ik.." "Nee, Rachida. We moeten praten," onderbrak hij haar bruut. "Over wat?" vroeg ze wetend wat zijn antwoordt zou zijn. Hij grijnsde slechts. De ellendeling, dacht ze in haar eigen.
"Het spijt me voor vorige keer." Ze keek hem verbaasd aan. "Dat had je al gezegd." Zelfs toen ze het zelf zei, sneed er iets langs haar hart. Al wist ze niet wat.
Ze keek hem vragend aan. Nee, ze kon niet zeggen dat ze verliefd was. Integendeel, we kunnen elkaar niet eens uitstaan, dacht ze. "Ik heb vragen aan jou," zei hij haar woorden negerend.
Ze opende haar mond maar hij negeerde haar. "Ik heb spijt toen ik zei dat ik spijt van de kus had. Maar beantwoordt eerst mijn vraag. Waarom ben je uit het huis gezet?" Het leek alsof hij haar klapte.
"Wat?" vroeg ze zwakjes. Zakaria leunde vooruit en nam haar gezicht in zijn handen. Hij wist dat dit niet goed was voor zijn verlangens en gevoelens, maar hij kon het niet laten. "Waarom Rachida?"
Ze keek van hem weg en trok haar gezicht weg uit zijn handen. Haar wangen kleurden rood en ze keek naar het blaadje dat Zakaria op de grond had gezet. "Nee, Rachida. Je gaat het me vertellen. Nu."
Zijn stem klonk intimiderend. Gevaarlijk. Maar gevaarlijk kalm. Net als hijzelf, dacht ze in haar eigen, alweer. Ze wist niet of ze het moest vertellen. "Hoe weet je dat? Misschien is het niet waar," blufte ze.
Zakaria schudde met zijn hoofd. "Ik weet veel over jou. Maar ik weet alleen niet waarom je uit het huis bent gezet. ik weet dat je samen woont met je zus Rayhan die binnenkort gaat trouwen met Aymane Boumakdi."
Ze zei niks en keek slechts in zijn ogen. Ze wist niet wat ze moest vertellen. Of ze het wel moest vertellen. Dat was haar vraag. "Rachida," zei hij zachtjes. Ze keek naar hem op en wilde praten. Zijn volgende woorden klonken warm en gemeend: "Vertrouw me."