Rachida rolde met haar ogen. Haar zus was weer bezorgd. Rachida drukte haar telefoon tegen haar oor. "Het gaat goed met mij, Rayhan. En met jou?" Rachida keek naar haar schoenen.
Rayhan zuchtte uit. Ze wist dat er iets met Rachida was. Haar zusje was vaak allesbehalve rustig. En nu, was Rachida wel rustig. "Het gaat goed met mij. Is het leuk daar?" Rachida keek weer op.
Ze liep door de slaapkamer naar het raam en keek naar het mooie uitzicht. "Ja. Het is leuk hier," zei ze. "Ik mis je Rayhan," zei Rachida zachtjes. Rayhan sloot haar ogen en liep ook naar het raam in haar kamer.
"Ik mis jou ook, blondje. Voordat je het weet ben je weer terug bij mij," zei Rayhan om haar zusje te troosten. Het was nu nacht in Nederland, maar Rayhan had haar zusje gemist. Ze moest haar bellen.
Rachida glimlachte toen ze haar zus blondje hoorde zeggen. Nu zei Zakaria het. Rachida sloot haar ogen. "Kan je goed opschieten met Dina en Zakaria?" vroeg Rayhan. "Ja. Ik kan goed om met Dina."
Ze zei niks over Zakaria. Dit merkte Rayhan. "En met Zakaria? Kan je ook goed met hem om gaan?" vroeg Rayhan met een snufje ondeugendheid in haar stem. Rachida lachte om haar zus. "Nee."
"Ach wat jammer. Ik vond jullie een leuke stelletje." Rachida keek sarcastisch uit het raam. "Je kent hem niet eens. En lieve schat, wij zijn geen stelletje." Rayhan grinnikte zachtjes aan de overkant van de wereld.
Althans, zo leek het voor Rachida. "Weet je zeker dat je hem niet leuk vindt?" vroeg Rayhan weer ondeugend. Rachida rolde met haar ogen en keek naar de mensen die zwommen in het grote zwembad buiten.
"Nee. Ja," zei ze met rode wangen. "Ik vind hem niet leuk. Dat weet ik zeker." Rayhan begon hard te lachen. "Nee en ja. Je hebt het te pakken." Rachida gromde boos. "Ik vind hem niet leuk. We kunnen niet eens met elkaar om!"
Rayhan was stil. "Is goed, blondje. Ik geloof je. Maar vertrouw mij, jullie zullen een stelletje worden." Rachida gromde weer en Rayhan begon over haar verloofde Aymane te praten. Ze vertelde dat ze serieus waren.
Rachida luisterde aandachtig. "Nadat jij bent gekomen, gaat hij mijn hand vragen. Ik wil jou daar ook bij hebben. Je bent mijn zusje en ik houd van je, blondje." Het klonk zo kwetsbaar. Rachida sloot pijnlijk haar ogen.
"Je mist ze of niet?" begon Dina zachtjes. Rachida draaide om. Ze had net afscheid genomen van haar zus. Ze had beloofd dat ze aanwezig zou zijn. "Ja. Heel erg," zei Rachida zachtjes. Dina ging naast haar staan.
"Ik mis ze ook," zei Dina. "Ik mis mijn moeder het meest. Terwijl ik haar hoor te haten." Rachida keek Dina geschrokken aan. Dina glimlachte scheef. "Ze heeft me verlaten toen ik 2 jaar was."
Rachida opende haar mond maar sloot het weer. Dina ging verder: "Mijn vader, broer en zus is mijn gezin. De ouders van Zakaria zijn ook net mijn ouders." Dina keek Rachida aan met een glimlach.
"Ik weet niet wat jij hebt meegemaakt, maar geloof me het komt goed." Rachida zei niks en omhelsde Dina. Dina verschool haar gezicht in de nek van Rachida. De deur ging open en Zakaria keek de tweetal intens aan.
"Dames, hoe gaat het met jullie?" Zakaria liep naar hen toe. Dina trok zichzelf terug en spreidde haar armen. "Kom op grote neef. Geef je kleine nichtje eens een grote knuffel." Zakaria lachte en omhelsde haar.
Rachida keek weg. Ze had geen woord gesproken met Zakaria sinds gisteren. Ze dacht weer aan de kus. Het bleef maar door haar heen spoken. "Wat gaan we vandaag doen?" vroeg Dina. Zakaria keek Rachida aan en grijnsde.
"Rachida zou me nog gaan interviewen."