De handen van Zakaria bleven in de lucht staken. "Hij is er hè?" fluisterde Rayhan. Het volgende moment hoorde je gepiep. Die is hem gesmeerd, dacht Rachida. Ik pak haar nog wel. "Wat?" vroeg Zakaria. Dina hield haar lach in. Het was een shock voor hen beiden, merkte ze.
"Ik moet nog gaan werken." zei Dina. Ze keek Rachida spijtig aan en liep weg. Rachida hoorde Dina heel hard lachen in de gang. "Wie had je net aan de lijn?" vroeg Zakaria. Rachida bloosde en vloekte inwendig. "Dat was mijn zus." Zakaria grijnsde ondeugend. Zijn kuiltjes verscheen.
Ook zijn lachrimpels verschenen bij zijn ogen. Hij leek het grappig te vinden terwijl zij knalrood was geworden. "Je bent dus verliefd op mij," zei Zakaria. "Nee," zei Rachida gelijk terug. "Hmm, dus je zus liegt?" "Dus jij bent verliefd op mij," zei Rachida. "Misschien," zei Zakaria grijnzend.
"En jij?" vroeg hij. "Misschien," na-aapte ze hem. Zakaria deed een stap naar voren. Automatisch deed Rachida een stap naar achteren om afstand te creëren tussen hen. Maar het mocht niet baten. Ze kwam met haar voethak tegen de bank aan. Hij leunde met zijn handen tegen de bank.
"Ben je bang, blondje?" Rachida probeerde hem weg te duwen. "Nee ik ben niet bang." Zakaria zuchtte. "Ja, ik vind je leuk. Je manier van hoe je loopt, lacht, hoe koppig je bent. Je bent leuk als een gezellige meid. Iemand die lief en aardig is." Hij was opeens ernstig. Ze keek naar hem op.
"Ik kan niet zeggen dat ik van je houd, maar ik wil je wel om mij heen hebben," ging Zakaria verder. Rachida glimlachte. "Ik vindt jou ook leuk. Ik wil jou ook om mij heen hebben," zei ze. Ze zei niet dat ze niet van hem hield. Want anders zou ze liegen. Zakaria sloeg zijn armen om haar middel.
Zachtjes kuste hij haar. Ze sloot haar ogen. Ze voelde zich deels gelukkig. Ze had liever gehoord dat hij van haar hield. Maar ook wist ze dat zo iets niet zou gebeuren. Beiden openden hun ogen. Glimlachend omhelsde ze hem. Hij verschool zijn gezicht in haar hals. "Rachida," fluisterde Zakaria.
"Bedankt wat je voor Dina hebt gedaan," zei hij. Ze keek naar hem op. "Morgen komt er een einde hier aan. Bedankt voor alles." "Het maakt niet uit, wat ga je morgen doen dan?" vroeg ze. De onderwerp was veranderd, in één oogslag. Zakaria kuste haar voorhoofd maar zei niks. "Dat zie je wel later, blondje."
Rachida pakte zijn hand vast. "Nee, vertel het me, Zakaria." Zakaria keek op.Ik kan het je niet vertellen. Je zult het morgen zien," zei hij slechts. Ze liet zijn hand langzaam los. "Wat gaan jullie hem aan doen?" vroeg ze verder. Ze wilde het weten. "Na de modeshow neem jij Dina mee naar de uitgang van het gebouw morgen."
Hij zuchtte en woelde door zijn haren. "Neem haar mee naar de uitgang. Jullie moeten het grote beeld kunnen zien. Dat zal Dina alles zien." "Is goed," zei Rachida zachtjes. "Pas je op?" vroeg ze zachtjes. Zakaria lachte zachtjes en knikte. "Ik zal oppassen," zei hij. Ze durfde niet te vragen wat ze precies voor hem betekende.
Ze keek slechts in zijn ogen. "Wat wilde je vragen?" vroeg ze. "Al vergeten," zei hij. '"Ik moet ervandoor. Ik zie je later," zei hij. Hij kuste haar weer op haar voorhoofd en liep weg. Rachida bleef glimlachend achter. Daarna liet ze zichzelf op de bank vallen. Wat was er nou gebeurd?
Ze vroeg zich af of hij ook van haar hield zoals zij van hem hield. Nee, ze ging er niet meer om heen draaien. Ja, ze hield van hem. Ze kreunde zachtjes en drukte haar gezicht in een kussen. Ze wist wat de pijnlijke waarheid was. Hij hield niet van haar. Het deed haar pijn. Onbewust liet ze een traan.
Ze keek weer op. Hij vond haar ten minste leuk. Iets dan niets, dacht ze. Ze stond op en liep naar haar laptop. Het artikel was nog niet af. Het was nog niet heel. Ze keek daarna uit het raam. Ooit zou ze weggaan. Zou ze dat wel aankunnen? Zou ze wel weg van Zakaria kunnen? Was het niet te laat aangezien ze haar hart had verloren aan Zakaria..