35.

136 9 0
                                    

Farid heeft haar in bed gestoken omdat er niet viel te praten met haar. Ze kon niet stoppen met huilen dus misschien was de beste oplossing een poosje rust. 

Hij bleef aan het einde van het bed zitten, hijzelf kon niet slapen, hij kon enkel niet stoppen met denken. Huilde ze nog steeds over hem? Dacht ze nog steeds aan hem? Kon ze hem niet loslaten en gewoon hem een kans geven? 

Hij zat aan het einde van het bed met zijn handen door zijn haren en trilde zijn been op en neer. Hij wou haar zoveel vragen stellen, duizenden vragen, hij kon niet wachten tot ze wakker werd en helder kon beredeneren, want dit was voor hem te veel. Hoe kon ze zo over hem huilen? Hij was toch niet de moeite waard dacht hij. Waarom zou je over een man huilen die verder met zijn leven gaat, hij heeft zelfs niet de moeite gedaan om haar terug te winnen of haar te begrijpen of naar haar uitleg te luisteren, dus zo goed zou hij ook weer niet zijn. 

Hij drukt zich uiteindelijk recht en wandelt de kamer uit. Hij wandelt de trappen langzaam af en wandelt naar de tuin waar hij zich laat neer zitten op een bankje. Hij kijkt naar het water van zijn zwembad. Hij ziet hoe er zeer weinig beweging heerst in het water door de zachte wind die er heerst. 

Hij zucht zachtjes en kijkt nog steeds naar het water. Misschien moest hij beginnen beseffen dat het niet op deze manier werkt, dat niet iedereen zomaar verliefd wordt en zomaar hun geliefdes opgeven, misschien is dit geen manier om iemand voor jezelf te krijgen, of kan je dat wel überhaupt? Misschien moest hij meer tactischer te werk gaan, misschien moest hij rustiger te werk gaan, misschien moest hij romantischer zijn, misschien moest hij vriendelijker zijn en niet meteen de kwal uithangen die hij haar voordeed. Maar het enigste dat hij wou is haar, hij wou enkel dat ze van hem hield, hij werd gewoon op het eerste zich verliefde. Hij had niets een door wat er gebeurde op straat, tot hij haar geschreeuw hoorde en op dat moment op keek en een vrouw zag die woedend tegen de auto sloeg. En toen hij uitstapte en naar haar keek was hij helemaal in de wolken. Hoe haar lichte ogen zo overduidelijk werden door de zon die tegen haar scheen. Hoe haar roze wangen opvallend waren. Haar haren waren helemaal in de war en haar emoties waren onbeheerst. Hij glimlacht zachtjes wanneer hij terug denkt aan het moment dat hij haar voor het eerst leerde kennen. Hij glimlacht nog breder wanneer hij haar weer voor zich ziet wegrennen. Hij ziet hoe ze voor haar leven rende, het zou voor hem zo gemakkelijk geweest zijn om haar te achtervolgen en ingehaald te hebben, maar hij wist dat hij haar op een manier zou kunnen terug vinden, zo moeilijk vond hij dat ook weer niet. 

Wanneer hij zichzelf betrapt met het glimlachen schraapt hij zijn keel en kruist hij zijn armen over elkaar. Hij durft het niet tegen haar te zeggen, hij weet zelfs niet hoe hij het tegen haar moet zeggen. Hoe kan hij tegen Alyssa zeggen dat hij van haar houdt? Dat hij verliefd op haar is sinds de eerste ontmoeting en dat dat de reden is van zijn belachelijk gedrag? Want oh god, wat was hij bang om haar nooit meer terug te zien, hij wou zo graag dat ze hem een kans zou geven want wat zou de kans zijn dat hij ooit nog iemand als haar zou terug vinden? 

Alyssa was inmiddels al wakker geworden. Ze liep ook naar beneden want ze had zo'n overdreven dorst. Ze ziet Farid zitten in de tuin op een bakje. Naar hem gaan dacht ze echt niet te doen. Hij was de laatste persoon die ze wou zien of wou spreken. 

Ze wandelt naar de keuken en vult zichzelf een glas water en wandelt ermee naar de keukentafel. Ze drinkt zeer langzaam van haar glas en staart voor zich uit. Ze kan zich half herinneren wat er gebeurt is, ze weet zelfs niet hoe ze in bed geraakt is. 

'Wat vond je zo speciaal aan hem?' Ik kijk meteen op en zie Farid zeer rustig de keuken binnen wandelen. Hij zet zich over mij neer en kruist zijn armen over elkaar en kijkt mij met een verveelde blik aan. 

'Ik heb geen zin om te praten, ik heb hoofdpijn.' Ik wil wegwandelen, maar het was duidelijk dat hij er toch anders over dacht. 

'Moet je minder drinken of niet soms?'

'Heb je niet geslapen dat je mij hier nu op de vingers komt aantikken? Heb ik zitten snurken of heb ik je uit bed gegooid?' Hij lacht niet of vertoont geen sarcastische lach, hij kijkt enkel naar mij. 

'Waar heb je hem gezien?' 

'Zijn je zaken niet.'

'Waar vroeg ik je.' Herhaalt hij op dezelfde toon. Ik kruis mijn armen over elkaar en hef mijn wenkbrauwen op. 'Ik ga je echt niet vertellen waar ik hem gezien heb of wat ik gezien heb, of waarover we gesproken hebben, of welke shit je ook over hem wilt vragen, ik beantwoord niets, oke? Slaap lekker.' Ik wandel voorbij hem en hij grijpt meteen mijn pols. Ik kijk hem verbaasd aan. 

'Ga zitten.' Hij klonk weer zo kalm en beheerst, maar oh verdomme wat keken zijn ogen toch zo boos en ongeduldig. Ik deed maar wat hij zei. Ik rukte mijn pols los en zette me over hem neer. 

'Wat wil je?' 

'Waar heb je hem gezien?' 

'Ik weet het niet, op straat.' 

'Waar.' Antwoordt hij meteen achter mijn zin. De alertheid die er aanwezig was was overdreven. 

'Op straat.' 

'Waar.' Herhaalt hij. 

'Ik weet het niet, ik ken niet alle straten vanbuiten, ik was aan het wandelen en toevallig kwam ik hem tegen.' 

'Vanwaar kwam jij.'

'Sorry, ben ik op het politiebureau waarvan ik niets weet? Oh- nee, sorry, als ik het mij goed inbeeld zit ik in een keuken, met een glas water voor mij die ik niet eens op mijn gemak kan drinken.' 

'Vanwaar kwam jij.' 

Oh wat ergerde ik mij erg aan hem. 

'Ik was aan het wandelen zei ik. Weet ik veel vanwaar ik kwam.' 

'Dus je weet niet waar je wandelt? Je wandelt gewoon en je vindt je weg op een speciale manier weer naar huis.' 

'Ja, inderdaad, zo gebeurt het een beetje.' 

Hij knikt goedkeurend en haalt zeer diep adem. 

'Wie sprak eerst?' 

'Kan je stoppen met zo controlerend te zijn? Wie sprak eerst? Wie zag wie eerst? Wie ben je überhaupt? Wie ben jij om mij deze vragen te stellen?!' 

'Verhef je stem niet!' Roept hij tegen Alyssa terwijl hij zijn hand woedend op tafel slaat. Alyssa valt meteen stil en kijkt verbaasd naar hem. 

'Jij mag wel roepen?' Zegt ze kalmer. Farid plaatst zijn handen plat op tafel en wacht, hij gaat zijn vraag geen tweede keer stellen. 

'Ik weet het niet.' Zegt Alyssa zuchtend. 

'Ik weet niet wie eerst begon.' 

'Ahnee?' 

'Nee.' Reageert ze meteen. 

'Oké- geen probleem.' Hij gaat met zijn rechterhand over zijn stippelbaard en haalt dan weer zeer diep adem langs zijn neus en ademt het weer met dezelfde tempo langs zijn neus eruit. 

'Misschien- het spijt me dat ik mijn stem tegen je verhief.' Ik kijk enkel naar hem, alsof ik hem niet volledig begreep. Hij zat natuurlijk vol verassingen, dus ik kan alles van hem verwachten op het moment. 

'Ik had niet het recht om mijn stem op je te verheffen als ik niet eens duidelijk tegen je was. Ik heb je denk ik nog niet uitgelegd waar mijn grenzen liggen, nee?' Ik kijk nog steeds enkel naar hem, ik zeg geen woord, ik kijk enkel. 

'Als je hem de volgende keer tegen komt op straat, wat natuurlijk kan gebeuren, dan doe je alsof je hem niet kent, want- want eigenlijk ken je hem ook niet meer sinds de breuk tussen jullie plaats gevonden heeft.' 

Ik verlaag meteen mijn blik en kijk naar de tafel. Ik voel mijn ogen wateren en de woede in mij bruisen. Wie denkt hij te zijn? Wat denkt hij allemaal te bepalen in mijn leven? Wie is hij? Wat is hij? 

'Je spreekt niet tegen hem, je kijkt niet naar hem en moest hij iets zeggen negeer je hem, oké?' Ik reageer nog steeds niet, want ik wil niet in tranen uitbarsten voor hem, ik wil niet dat hij ziet dat hij met zijn woorden mij kwetst. 

'Is dat in orde, Alyssa?' 

Ik grijp mijn glas voor mij en drink het in een teug leeg. Ik druk mij weer recht en zonder iets te zeggen wandel ik de keuken uit. Ik ren gehaast de trappen op en kruip meteen terug in het bed en verstop mezelf onder het deken en huil zachtjes. Ik hou mijn handen voor mijn mond en huil zachtjes verder. 

Until you. VOLTOOIDWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu