Na die ene dag had ze hem helaas niet meer gezien. Waar ze zich nog snel naar buiten snelde om hem weer te zien, was hij gewoon verdwenen. Met haar handen in het haar was ze zelfs in het midden van het trottoir gaan staan om te kijken waar hij was, tussen de mensen in. Om dan misschien nog een glimp op te kunnen vangen van zijn smoezelige jas. Met een luide zucht gaf ze het op en bedacht ze, dat hij vast een plekje aan het zoeken was voor vannacht. Hopelijk bij een opvang.
De volgende dag was het de dag dat ze naar school moest. Na het gebruikelijke ritueel in de ochtend hees ze haar rugzak op haar rug en pakte ze de fiets, nu het nog niet glad was.
Na ongeveer een kwartier te hebben gefietst, liep ze het plein op met haar fiets aan de hand. Wanneer ze haar gammele, verroeste fiets in het rek zette zag ze een eind verderop een zwartharige jongen voorbij lopen en zag ze zijn achterkant. Alleen zijn jas gaf al aan dat hij een echt rijkeluiskindje was en daarmee hoog in aanzien stond. Ze rolde met haar ogen, in tegenstelling tot deze populaire jongen bleef ze liever bescheiden en dat lukte haar nog goed ook.
Op school was ze nogal onzichtbaar, maar was ze tegelijkertijd wel één van de beste leerlingen van de klas. Ze deed altijd haar uiterste best om alles goed te volgen, dingen op te tekenen en de opdrachten te voltooien. De leraren prezen haar om haar inzet en leergedrag.
Ze was gewoon hét perfecte studente.
Zodra de school voorbij was, kwam één van haar klasgenoten naar haar toe en begroetten ze elkaar. 'Zullen we wat te drinken pakken in de stad?' Bood het andere meisje aan waarop ze een instemmend antwoord gaf en ze samen naar de stad gingen.
Eenmaal in de stad, hadden ze een gezellig cafeetje uitgekozen en vroeg het meisje gelijk, of zij Helène's huiswerk kon overschrijven. Met een luide zucht gaf zij haar, haar zin en haalde ze haar huiswerk tevoorschijn. Dat moest ze eigenlijk niet doen, maar dat is wat andere klasgenoten wel bij haar deden en ze was het gewend om niet meer tegen te stribbelen.
In de tijd dat het andere meisje haar huiswerk aan het overschrijven was, dwaalde Helène's ogen af en keek ze door het raam van de café naar buiten. Zoals altijd liepen al die mensen, gehaast in één hetzelfde stroom aan haar voorbij. Tijd is belangrijk. Tijd is schaars. Tijd is geld. Elk seconde.
Op het moment dat ze haar hoofd wilde afwenden en een slaak wilde zuchten, ving iets haar attentie en draaide ze haar hoofd terug. Meteen werden haar ogen groter als ze zag wie er zojuist aan de overkant voorbij kwam lopen!
Haar ogen priemden zich in diegene vast, die langzaam lopend vooruit sjokte. Haar hart maakte opnieuw een sprongetje als de zwerver zijn hoofd omdraaide en ze het smoezelige baardje zag. Ze kon precies zien wanneer de man ademde, want zijn adem kwam als kleine stoomwolkjes uit zijn neus. Dat gaf ook aan hoe koud het buiten wel niet was.
Naast haar probeerde haar klasgenoot iets tegen haar te zeggen, maar wuifde ze het gewoon weg. Ze hoorde, afwezig, hoe diegene de stoel achteruit schoof, opstond en de voetstappen ervan zich van haar verwijderden. Ze wilde niet omkijken of afscheid nemen, ze wilde en zou de man niet meer uit het oog verliezen. Ze moest weten waar de zwerver naartoe ging.
Nippend aan de laatste restjes van de hete thee die ze in haar handen had, hield ze de man nauwlettend in de gaten. Daar zag ze hoe de man opnieuw tegen de muur aan leunde en zich zo naar de grond liet zakken. Daar zag ze hoe hij een bekertje tevoorschijn haalde en naar voren bracht, duidelijk als een teken om te vragen voor geld.
Met haar gedachten wild in haar hoofd malend, zoekend naar een mogelijkheid om hem te helpen, zag ze ineens hoe een jongeman een sigarettenpeuk naar hem toe gooide. Verontwaardigd keek ze toe hoe de jongeman hem uitlachte en verder liep, terwijl de zwerver er niets tegen deed.
Hij haalde daarentegen slechts zijn capuchon af, zodat hij de schade aan zijn jas kon bekijken. Haar adem stokte even als ze nu dan eindelijk zijn gezicht ziet. Ze maakte op dat hij een donkergrijs maar vol kapsel heeft. Samen met het baardje dat hij had, zou hij zonder die vodden er nog best wel goed uit kunnen zien. Ze hoopte dat haar beredenering juist was.
Opeens schoot het haar te binnen als ze probeerde te zoeken waarom hij haar ergens bekend voorkwam. Ze sloeg haar hand voor haar mond als er een herinnering voorbij kwam schieten. 'Opa...,' stamelde ze geschokt als ze met grote ogen naar de zittende zwerver keek. Hij leek echt heel veel op haar geliefde opa, die een paar jaren terug al was overleden.
Ze moest en zou iets doen, vond ze. Na haar eigen ontdekking besloot ze er dit keer er echt iets aan te doen. Ze stond op, griste ze haar jas en merkte ze pas op dat de andere klasgenoot was verdwenen. Op de tafel lag er briefjes van een aantal dollar en besloot ze die te laten liggen, zodat hun drankjes daarmee ook waren afbetaald.
Graaiend in haar jaszak en tegelijk haar jas sluitend, stapte ze de gure winterdag in en zochten haar ogen meteen naar de oude zwerver. Met een kleine glimlach zag ze, dat hij al schuddend met de beker, nog steeds op zijn oude plek zat. Maar wat haar wel even zeer deed was, dat de mensen opnieuw met een boogje langs hem heen liepen.
Wacht maar eens, daar zal ik eens verandering brengen. Is wat zij dacht als ze ook naar de zebrapad toe liep en wachtte tot het stoplicht op groen sprong.
JE LEEST
The Winter Wanderer | Dutch - Watty Award Winner!
Teen Fiction♡ Winner van de Watty Awards 2019 - Nieuw Volwassen! ♡ Credits voor de cover gaat naar @Minkadesign! Wanneer Hélène, een jonge meid van twintig jaar op een koude, winterse dag haar gebruikelijke pad neemt naar de stad, komt ze hevig in een botsing...