~Deel 2, hoofdstuk 19.~

1.9K 137 107
                                    

A/N: HAPPY NEW YEAR! Moge 2018 een jaar zijn waarin ik eindelijk dit boek publiceer en vaker hoofdstukken zal posten *kuch* 
Enjoy, mijn kindjes ;D

YOU KNOW I LOVE YOU ALL, RIGHT?  (zelfs de stille lezers) ^o^

~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~ 

"Ik weet dat je wilt gaan. Voel je niet schuldig en kom met me mee." 

"Toen ik mezelf opofferde voor jou, raakte ik mijn krachten kwijt."

Owens woorden voelden aan als messen die me staken. 
Ik had hem nog zo gewaarschuwd. Mijn krachten waren nog niet goed, ik was nog niet zo ervaren.

'Hier.' Rafaël haalde me uit mijn gedachtes en zette een glas thee voor me neer op de salontafel. 'De thee zal je kalmeren. Je hoeft je geen zorgen te maken, Feli zal Owen beter maken. Voel je niet schuldig.'

Feli.
Elke keer was het Feli.
Woedend keek ik op. Voordat ik iets doms kon zeggen beet ik op mijn tong. 'Het is mijn schuld, snap je het dan nog niet? Denk wat je wilt denken, ik weet dat het mijn schuld is. Laat me gewoon met rust, wil je?' Het was niet mijn bedoeling zo kattig over te komen, maar toch gebeurde het.

Terughoudend keek hij me aan. Hij wilde iets zeggen, maar balde zijn vuisten en ging stilletjes de kamer uit.

Nu was ik de slechterik.

Met mijn hoofd in mijn handen zuchtte ik diep. Zou Rafe al door hebben dat ik niet in de Hel was? Zou Owen snel beter worden?

'Amara.' Feli kwam de woonkamer in en ging naast me zitten. Ik keek op. Diepe wallen sierden haar mooie gezicht, haar wenkbrauwen waren bij elkaar gekrompen in een frons. 'Owen is stabiel. Alles is in orde. Ik weet dat je ook uitgeput bent, daarom had ik Rafaël gevraagd kruidenthee te maken. Trouwens, de mensen waarmee Owen vocht waren niet normale mensen...' 

Maar ik luisterde al niet naar haar. 

Rafaël en Feli. Waarom was hij nog steeds hier? Moest hij niet terug naar de Hemel? Of woonde hij hier? Hadden ze een relatie?

Ik wist niet of het jaloezie was of woede.
Alsof het mij wat boeide. 

Terwijl ik overeind kwam kraakte ik mijn vingers. Feli stopte met praten en keek me aan, onzeker wat ik wilde doen. 'Ik ga kijken hoe het met Owen gaat.' Dat gezegd liep ik weg van de woonkamer, de thee achterlatend. 'Hij slaapt, maak hem niet wakker!' riep ze voordat ik de deur dicht gooide.

Dit was niet de Feli die ik ooit had gekend. Ze was veranderd. 

Alweer verliet een diepe zucht mijn lippen. Met mijn voet duwde ik de deur open naar de kamer waar Owen in hoorde te liggen.

Op het moment dat mijn ogen op hem vielen, kwam het schuldgevoel terug. Hij lag op zijn buik op het matras, zijn lichaam iets te groot voor het bed. Een bedlamp stond aan op het nachtkastje naast het bed, die een klein deel van de kamer verlichtte. Toen ik verder naar hem toe schuifelde, zag ik dat het dekbed alleen zijn onderlichaam bedekte, zijn rug glom in het beetje licht. Zijn vleugels waren verdwenen in zijn rug, twee lijnen langs zijn schouderbladen gaven aan waar de vleugels hoorden te zitten. Verband was om zijn ene schouder en schouderblad gebonden, die waarschijnlijk gebroken was. 

Had Feli zijn shirt uit gedaan?

Ik schudde de gedachte weg en knielde naast hem neer. Zijn ademhaling was rustig, zijn ogen gesloten. Ik opende mijn mond om iets tegen hem te fluisteren, maar opeens hoorde ik de woorden van Feli in mijn hoofd. 

Natuurlijk, ik mocht hem niet wakker maken.

Dus besloot ik niets te doen. Ik ging naast hem zitten op de grond en leunde mijn mijn hoofd tegen het matras aan, terwijl ik hem aanstaarde. 

Hoe kon ik me niet schuldig voelen? Owen was gewond geraakt door mij. En ik... ik zat toe te kijken. Ik keek toe hoe hij vocht met verschillende mensen tegelijk.

Zonder dat ik het merkte was er een brok gevormd in mijn keel. Mijn ene hand rees ik omhoog en raakte zijn verband aan. 

Hoeveel pijn moest hij wel niet voelen?

Mijn hand gleed naar de plek tussen zijn twee schouderbladen. Voorzichtig ging ik met mijn wijsvinger over de lijn waar zijn vleugels uit hoorden te komen, waardoor hij diep zuchtte en fronste. Ik stopte voor een moment, maar ging verder toen hij rustig verder sliep. 

Uit het niets werd mijn pols vast gegrepen en voordat ik het door had, werd ik omgedraaid en in het matras geduwd. Een kleine gil verliet mijn mond. Twee ogen staarden me diep aan, hard ademend. 

Bloed rees naar mijn wangen. Zijn lichaam drukte tegen de mijne aan, en opeens werd het een stuk warmer in de kamer.

'Wat,' hijgde hij, 'ben je aan het doen?' 

~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~

Kort hoofdstuk. Ja ik weet het.

IK WAS IN HAAST OKÉ. 

Gelukkig nieuwjaar, nog een keer :D

Ik moet opletten voordat ik een Duiveltje word... o.O

A-D-I-O-S

xXx Jaani 


He's the Angel, I'm the Demon ✔ || #Netties2017Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu