Als we thuis aankomen, schop ik mijn schoenen uit en hang ik mijn jas op aan de kapstok. Zuchtend loop ik naar de bank en ga ik in de hoek zitten. Ik kan beter maar accepteren dat dit voorlopig mijn huis is. Ik kijk om me heen en nu pas kan ik de inrichting echt bewonderen. Het is merendeels Scandinavisch ingericht. De televisie hangt aan de muur aan de overkant van de bank en daarnaast is er alleen maar glas. Je kan vanuit het raam de stad mooi zien. Vooral nu het donker is. Je kan alle lichten van de gebouwen in Viata zien en misschien zelfs van de andere steden.
Dan loopt Mason voor mijn beeld en haalt me uit mijn gedachtes. Hij gaat naast me zitten, maar hij zegt niks. Er valt een dodelijke stilte en ik knuffel de kussen naast mij vanwege de kou. Ik lik mijn lippen en denk aan de kus van zojuist. Deed hij het echt alleen om Madelin te pakken? Eerlijk gezegd vond ik haar reactie wel grappig. Ze verdiende het wel, maar aan de andere kant weet ik niet hoe ik me moet voelen.
'Het spijt me,' zegt Mason dan om de stilte te verbreken. Ik draai mijn hoofd langzaam om en ik kijk hem aan.
'Wat bedoel je?' vraag ik. Bedoeld hij de kus? Ik bijt mijn onderlip en ik kijk hem vragend aan. Was het dan toch echt een fout? Biedt hij daarvoor zijn excuses aan? Hij kijkt mij nu ook aan, maar anders dan normaal. Niet boos en ook niet speels, maar meer op een verdrietige manier.
'Het spijt me van je ouders,' herhaalt hij en ik knik langzaam. Ik weet niet goed wat ik erop moet zeggen, dus blijf ik stil. Toont hij medeleven?
'Mag ik vragen wat er is gebeurd?' vraagt hij en ik knik nogmaals.
'Mijn ouders zijn omgekomen door een brandstichting.' Vertel ik en hij komt een beetje dichterbij zitten. 'De dader is nooit gevonden en ik ben er nog steeds niet achter gekomen waarom ze zijn vermoord. Ik weet ook niet waarom ik de enige ben die het heeft overleefd.'
'Hoelang is dat geleden?' vraagt hij verder. Hij is wel erg nieuwsgierig, denk ik bij mezelf. Het is momenteel wel een tijd geleden, maar het raakt me nog wel.
'Acht jaar geleden. Ik was twaalf toen het gebeurde,' antwoord ik zachtjes en ik kijk naar de grond. Ik laat een diepe zucht en ik sluit mijn ogen. Het moment dat ik werd opgehaald uit school door een politieagent vergeet ik nooit. Ik dacht dat ze een grapje maakten. Dat hoopte ik. Ze waren de enige ouders die mij wel wilden hebben. Niet zoals mijn biologische vader. Hij is me nooit komen halen of opzoeken toen mijn pleegouders doodgingen.
'Dat is vrij jong,' fluistert hij en ik voel dat hij nog dichterbij komt zitten. Dan voel ik twee grote armen om me heen en word ik zachtjes tegen zijn borst aangedrukt. Het blijft even stil en ik glimlach zachtjes.
'Waarom zoende je mij?' vraag ik dan om de stilte te bederven en Mason laat me los. Ik zit weer overeind en ik kijk hem aan.
'Het was grappig,' antwoord hij en staat op en loopt naar de keuken. Terwijl hij langs me loopt, laat hij wat vallen op mijn schoot. Ik kijk naar beneden en er ligt een sleutelbos waar een grote letter L aanhangt.
'Zolang je hier woont, heb je die nodig denk ik,' zegt hij nonchalant en ik pak ze op. Langzaam loop ik achter hem aan.
'Mag ik naar buiten dan?' vraag ik voorzichtig en hij knikt. Vol verbazing kijk ik hem aan en hij maakt een bakje koffie.
'Je bent geen gevangene, we hadden een deal gemaakt. Als je wegloopt en niet meer terugkomt, dan ga ik naar de politie,' zegt hij en ik knik langzaam. Ik mag dus nu weggaan? Ik kijk op de grote klok aan de muur en ik zie dat het net zes uur is. Vrijwillig naar buiten lopen deed ik nooit zomaar, maar nu zou ik het echt graag willen. Ik ga gewoon en als hij het niet leuk vindt, dan gaat hij maar mee.
'Ik ga naar buiten,' zeg ik dan en ik kan zien dat hij twijfelt, maar hij knikt ja. Hij laat het gaan en neemt zijn koffie mee naar het balkon. Ik zucht even en dan loop ik naar de gang en ik trek mijn schoenen en jas weer aan. Ik verlaat het appartement en ik neem de lift naar de begane grond. Blij loop ik naar buiten en kijk ik om me heen. Ik loop richting het grote plein midden in Omichi en ik zit op de rand van de grote fontein. Op zondag is er altijd een grote markt. Vroeger kwam ik hier heel vaak, maar toen ik de modewereld in ging, had ik er geen tijd meer voor. Ik kijk hoe de mensen de kramen afbreken en spullen opbergen voor de volgende keer en mijn ogen kijken omhoog naar de sterren. Een windvlaag komt op me af en ik glimlach zachtjes. Wat is frisse lucht toch heerlijk. Ik weet dat ik niet echt vrij ben, maar dit is veel beter dan elke dag, de hele dag, achter hem aan lopen. Een paar kinderen komen aanrennen om bij het fonteintje te spelen en ik kijk om me heen voor de ouders. Als ze niet opletten valt er zo één in. Gelukkig gebeurt er nog niks en ik draai mijn hoofd weg. Zonder ergen, gaan mijn gedachtes terug naar Mason. Waarom laat hij me nu zo gaan? Hij weet gewoon dat ik nergens naar toe kan, maar misschien voelt hij medeleven? Kan hij toch emoties hebben? Opeens voel ik tintelingen in mijn buik. Nee, stop! Dit is geen moment op zwak te worden en helemaal niet voor hem. Hij houdt mij nog steeds vast. Ik sta hier misschien op vrije voeten, maar ze zitten vast aan een hele lange ketting. Ik kijk even om me heen of ik echt niet in de gaten wordt gehouden, maar ik zie Mason nergens. Hij heeft wel een lief lachje. Net zoals Devin, maar Devin glimlacht met sprankels in zijn ogen. Toen we samen aan het poseren waren voor Masons tijdschrift voelde ik me echt op mijn gemak. Het is zo anders dan als ik bij Mason ben. Ze zijn echt niet elkaars evenbeeld. Het is aan de ene kant ook wel logisch. Devin zit in de modellen industrie en Mason is een acteur en bedrijfsleider. Mason is twee jaar ouder dan ik en nu al zo succesvol. Ik ben pas twintig en ik heb net een baan. Mason is pas tweeëntwintig en is rijker dan bijna iedereen in Omichi. Er zijn wel veel rijke mensen in Omichi en in de rest van Dimoury. Hetzelfde geldt voor Devin hij is ook succesvol, niet zoals Mason, maar hij komt in de buurt. Sommige mensen hebben gewoon geluk.
'Help!' Hoor ik een kinderstem schreeuwen en er valt water over mij heen. Ik schrik op en draai me om. Er is een klein meisje in het water gevallen en snel trek ik haar eruit en buk ik.
'Gaat het?' vraag ik bezorgd als ik haar probeer te kalmeren en ze kijkt me bang aan. Dan komt er een vrouw op me af lopen en ze kijkt nogal boos. Ze pakt het armpje van het meisje vast ent trekt haar weg van mij.
'Raak haar niet aan!' roept ze kwaad en dan loopt ze weg. Ik kijk verbaasd voor me uit en ik laat een diepe zucht.
'Een bedankje was genoeg geweest,' mompel ik nog na, maar ze zijn al weggestormd. Ik wou haar alleen maar helpen. Ze deed net alsof ik haar er zelf erin had gegooid. Teleurstellend schud ik mijn hoofd en ik kijk om me heen. Bijna alle kramen zijn nu weg en er lopen nog maar een paar mensen rond.
'Het wordt maar is tijd om terug te gaan, voordat Mason de politie belt,' mompel ik weer en ik loop via de zijstraatjes in het Vialaan terug naar het appartementencomplex. Alles lijkt op elkaar, zucht ik en ik kijk de zijstraatjes in. Welke nam ik daarnet nou? Ik loop het eerste straatje in, maar dan zie ik dat het de verkeerde is en loop ik weer terug. De tweede en derde zijn het ook niet en dan loop ik het vierde zijstraatje in.
'Dit is de goeie,' zeg ik blij en ik loop erdoorheen. Het Vialaan is een grote woonwijk met in totaal vijftien zijstraatjes waar allemaal maisonnette woningen staan. Achter het Vialaan staan alle luxe appartementencomplexen, waaronder die van Mason. Ik ben ervan overtuigt dat daar veel meer beroemde mensen wonen, maar ik heb nog niemand gezien. Even later hoor ik voetstappen achter me en al snel raak ik nerveus. Als ik omdraai, zie ik een schim achter me lopen, maar hij komt steeds dichterbij en voordat ik het door heb staat er iemand anders achter mij en ik probeer me los te vechten in angst. Maar dan voel ik een doekje voor mijn mond en al snel wordt alles donker.
JE LEEST
[ Verkocht ]
ActionDoor een vervelende situatie word de lieve Liana naar een veiling gestuurd zonder te beseffen dat zij het item is dat geveild word aan een beroemde acteur, niet wetend dat hij maar een pion in het spel is. Zou dit te maken hebben met de geschiedenis...