5
Conversaties
Een stem haalde Isadora van heel ver uit haar gedachten. Het duurde even voordat de uitgesproken woorden goed en wel tot haar doordrongen. 'Isa... je hoort me niet, hè?' zei haar broer Valerian.
Isadora knipperde met haar ogen en keek op van haar boek waarin ze verdiept was geraakt. Het was alweer lang geleden dat dat gebeurd was en ze was blij dat ze zich eindelijk weer kon concentreren op iets – iets ánders dan haar zorgen.
'Sorry, ik was aan het lezen – wat zei je?'
Haar broer harkte zijn handen door zijn goudblonde haren en grinnikte om Isadora's gedrag. 'Ik vroeg of je meeging naar de ziekenzaal.'
'O,' zei ze, en ze ging verzitten, in de richting van haar broer. 'O, uh... ja, is goed.' Ze klapte haar boek dicht en duwde het terug in de boekenkast van haar favoriete, kleine bibliotheek, die ook nog eens het dichtst bij haar kamer lag.
Ellenora en Frederika stonden buiten de ruimte al op hen te wachten en begonnen door de gangen te lopen nadat ze hun broer en zus begroet hadden. Pratend met elkaar vonden ze gemakkelijk hun weg naar beneden, naar de afgelegen ziekenzaal ergens in de hoek. Isadora hield zich echter de gehele tijd afwezig. Even had ze geen behoefte aan een gesprek met haar broers en zussen. Meer dan eens voelde het alsof zij in alles veel beter was, en als zijzelf zich niet op haar allerbest voelde, was dat gevoel sterker dan anders.
Daarbij was al haar energie was immers al verbruikt vandaag, of zo ervaarde ze het. Terwijl ze naar haar herinnering slechts één vergadering, één ontbijt en wat jurken passen achter de rug had. De afgelopen drie dagen hadden geheel in het teken gestaan van dé aanval op het paleis en het land was tijdelijk in rep en roer geweest. Elke burger, in het paleis of daarbuiten, kampte met vragen. En helemaal niemand had de antwoorden ervoor – op die enkele mensen die vervolgd werden vanwege de aanval na. Isadora had zich af en toe op niets anders kunnen concentreren dan dat onderwerp én de verslechterende nachtmerries die ze nog altijd bijna iedere zware nacht moest meemaken.
Een diepe gaap trok haar mond gedwongen open, hoe hard ze zich daar ook tegen verzette. Ze wilde niet gapen, ze wilde niet wéér moe zijn. Kon ze niet voor één keer van top tot teen barsten van motivatie en energie? Lachen met haar dierbaren, kletsen over de laatste leuke onderwerpen, rijden op Valo Déseres zonder dat ze mogelijk belaagd werd door nog meer van die relschoppers of wat het ook waren... Om eerlijk te zijn was ze helemaal klaar met alles wat op haar pad was gekomen. En ze wist niet waarom ze zich toch steeds zo moe voelde.
'Is alles in orde? Of is dat een overbodige vraag?'
Isadora wilde stiekem dat laatste beamen, maar ze wilde niet dat haar oudste zus er verkeerd op zou reageren – haar mening betekende tamelijk veel voor Isadora – dus knikte ze naar haar. 'Ja hoor. Gewoon moe.'
'Door... de zaken die er spelen de laatste paar dagen?'
Langzaam knikte ze en wendde ze haar blik af naar de rok van haar jurk rond haar benen. 'Het is een beetje veel, denk ik.'
'Dat snap ik.'
Even bleven ze stil. De zussen praten de laatste tijd eigenlijk niet veel meer met elkaar, zeker niet met slechts hen twee-en.
'Hoe gaat 't momenteel met jou? En met de kleine?' Isadora wierp een blik op de voorzichtig bollende buik van haar zus. Nu ze veertien weken zwanger was, was er eindelijk een kleine ronding rondom haar buik te onderscheiden. Haar broers en zussen hadden het allemaal fascinerend gevonden dat hun zus nu werkelijk een dikkere buik kreeg, werkelijk zwanger was – en Isadora deed mee.
JE LEEST
Red me van de plekken waar ik thuishoor
FantasiJezelf zien is het moeilijkste ooit. Isadora's leven wordt op uiterst akelige manier overhoop gegooid als ze iets meemaakt wat niemand hoort mee te maken. Als ze uitgehuwelijkt wordt aan degene die hoog op haar lijstje met vervelende mensen staat, o...