Chapter 9

5.1K 269 18
                                    

Ik schrik wakker door een verschrikkelijke steek. Het gaat komen.... Ik doe snel het licht aan. Shit. Mijn vliezen zijn gebroken. Ik kan niet een beseffen wat ik voel, alles door elkaar... het doet zo veel pijn.

Ik schreeuw het uit van de pijn. "MAROUANE!" schreeuw ik hard. Ik probeer op te staan maar het lukt me niet. Ik probeer steun te zoeken en leun met mijn armen tegen de muur. Ik voel de tranen vliegen. Een stressgevoel raast er door mijn lichaam.

Het doet pijn.

"MAROUANE!" gil ik nog een keer zo hard als ik kan. De deur vliegt open en zie hem daar staan met een slaperige hoofd. "Help!" Jank ik. "Pak de spullen." Er lijkt een knopje bij hem aan te gaan en hij gaat meteen in actie. Hij doet snel wat ik zeg en ondersteunt me naar de auto. Ik probeer diep in en uit te ademen.

Hij racet naar het ziekenhuis. "Je bent 3 dagen te vroeg" zegt hij. "Dat weet ik ook wel doe snell" gil ik. Hij kijkt me bezorgd aan en racet verder.

Met volle snelheid rijd Marouane richting het ziekenhuis. "Je bent 3 dagen te vroeg." Zegt hij dan. Ik kreun het uit van de pijn en knik dan. Ik slik hoorbaar. "Alles kan" zeg ik buiten adem en grijp naar de handvat boven mijn hoofd.

Als we eindelijk na een tijdje, wat een eeuwigheid duurde aangekomen zijn in het ziekenhuis vraagt Marouane meteen om hulp en komen er meteen zusters ons helpen. Ik wordt ondersteund naar een bed.

Ik knijp in Marouane zijn hand. "Haal Nourdinne, haal hem aub." Smeek ik en kijk hem met betraande ogen aan. Hij knikt. "Het komt goed Amirah, het komt goed."

De zuster trekt mijn aandacht en al snel zijn we in een beval kamer aangekomen waarna dokters meteen hun werk doen.

-

Het enige wat te horen is het gehuil. Met een trots en opgelucht gevoel kijk ik naar hoe de zuster mijn zoontje omkleed. "Wat wordt zijn naam?" Vraagt de dokter aan me. "Nasserdinne." Zeg ik dan. "Mooie naam." Zegt ze en schrijft wat op.

Nog steeds lijk ik niet te beseffen dat ik zojuist ben bevallen. Ik kijk rond door de kamer, het lijkt wel een droom. Maar dan besef ik dat Nourdinne nergens te bekennen is. "Marouane? Waar is Nourdinne?" Vraag ik dan met een zwakke stem. De trilling in mijn stem is te horen. Waar is hij?

"Hij kon niet komen." Zegt hij dan zacht. "Hoe bedoel je hij kon niet komen?!" Zeg ik dan botter dan bedoeld. "Rustig Amirah ik leg het zo uit" zegt hij en kijkt naar de zuster. Ik blijf stil en kijk naar Nasserdinne. Hij huilt nog steeds.

De dokter vertelt nog een paar laatste dingen en vertelt dat ze over een half uurtje terug komt, ze moet even mijn administratie afmaken. De zuster overhandigt Nourdinne aan mij en hij lijkt als snel stil te worden.

Ze verlaten de kamer waardoor alleen nog Marouane, Nasserdinne en ik overblijven.

Ik druk voorzichtig een kusje op Nasserdinne zijn wang en snuif zijn heerlijke geur op. Hij is prachtig.

Na mijn aandacht even op Nasserdinne gevestigd te hebben kijk ik naar Marouane. "Dus? Waar was hij?" Vraag ik dan. "Er waren problemen in de gevangenis, er waren twee domme gevangenen die aan het rellen waren en probeerden te ontsnappen. Het was een chaos, niemand mocht daar in of uit komen. Nourdinne heeft alles geprobeerd, maar ze lieten niemand weg" zegt hij. Stil kijk ik hem aan, deels in shock.

"Het spijt me Amirah" zegt hij om de stilte te verbreken. Van alles raast door me heen. Woede, angst, verdriet, teleurstelling, pijn...

"Daar kon jij niks aan doen Mar." Zeg ik dan. "Maar van alle dagen, van alle momenten... gebeurt dit precies wanneer ik ga bevallen?" Zucht ik. Marouane is stil. "Ik weet het Amirah, ik weet het." Zucht hij dan en pakt mijn hand vast.

Ik voel een traan over mijn wang glijden. "Niet huilen kleintje" zegt hij dan en veegt mijn traan weg. Ik had me er zo op verheugd... dat hij er bij kon zijn.

Ik slik hoorbaar en kijk dan uit het raam. Ik zie dat de zon net aan het opkomen is. Het is inmiddels al 5 uurtjes later.
*

Nasserdinne begint te huilen. Hij heeft zeker honger. "Geef maar" zeg ik schor. Hij geeft Nasserdinne voorzichtig aan me. Marouane trekt zijn jas aan. "Ik ga ontbijt halen" zegt hij Alsof hij me gedachtes kan lezen. Ik knik. Als hij de kamer uit is. Pak ik mijn borst die verschrikkelijk veel pijn doet en elk moment kan uitbarsten uit mijn shirt. Nasserdinne drinkt gulzig de melk uit mijn borst.

Ik kijk hem verliefd aan. "Ya Allah bedankt voor dit prachtig geschenk, ik ben u voor eeuwig dankbaar" zeg ik zacht. Mijn gedachtes worden verboken door de beltoon van mijn telefoon.

Het is de broer van Nourdinne. Ik neem op. "Salam Amirah" "Salam" "hoe gaat het?" "Ja gaat goed alleen wat vermoeiend" "hoe gaat het met je buik" "die is weer normaal" "wat?" "Ik ben in het ziekenhuis, Nasserdinne is geboren" zeg ik. "We komen der nu aan" "tot zo" zeg ik en hang op. Ik kijk voor me uit. En zucht.

Flashback:

"Amirah!" "Jaaa" "waar ben je" "in de slaapkamer" nourdinne komt binnen lopen. En kijkt me lustig aan. Hij komt naar me toe lopen. En plaats zijn lippen op de mijne. We belanden al snel in een ruwe zoenpartij.

Hij strijkt met zijn handen over mijn rug en gaat naar beneden. We liggen op het bed. We komen op adem en hij kijkt me doordringend aan. "Ik hou van je Amirah" zegt hij. En zoent me weer.

Verder weten jullie wel wat er gebeurde op dat bed.

Einde flashback.

Ik mis hem zo erg. Volgens mij werd die avond Nasserdinne gemaakt. Ik word warm van binnen bij die gedachten. Ik wil Nourdinne.

-

Ik eet gulzig de croissantjes op. Nasserdinne slaapt gelukkig nu. Mijn schoonouders, rayan en zijn gezin zitten tegen over me. En Marouane ook natuurlijk.

Ze bewonderen Nasserdinne allemaal. En toen hij wakker was heeft iedereen hem opgetilt.

"Mashallah het is een prachtjongen" zegt mijn schoonmoeder. Ze pakt mijn hand vast. "Ik ben trots op je Amirah, ik zie je als mijn eigen dochter. En het spijt me voor alles" zegt ze. Met betraande ogen. "Het is niet erg gelti" zeg ik lief. Ze geeft een me een knuffel.

-

Ze zijn en tijdje gebleven en zijn toen allemaal weg gegaan want ik ben moe. Ik mag naar huis. Alleen ik wacht nu op Marouane. Hij is de maxi cosi enzo gaan halen van huis. En komt dan terug.

De zuster heeft me geholpen met omkleden en opfrissen. Ik kijk naar het mini bedje waar Nasserdinne in slaapt.

Hij is prachtig. Ik ben blij dat ik hem op aarde heb gezet. Een traan rolt vanuit mijn ooghoek naar beneden.

Was Nourdinne maar der bij. Maar ja. Het is mektab. Voor alles is een reden.

Strijden voor Liefde (VOLTOOID)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu